Schriftelijke vragen : De dubbelrol van een Amsterdamse rechter
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister voor Rechtsbescherming over de dubbelrol van een Amsterdamse rechter (ingezonden 1 december 2021).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het artikel «Vraagtekens bij dubbelrol Amsterdamse rechter»?1
Vraag 2
Vindt u de rollen van directeur Strafrechtketen bij uw ministerie en die van politierechter
verenigbaar met het oog op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht?
Vraag 3
Hoe verhoudt deze aanstelling zich tot de onpartijdigheid van en het voorkomen van
belangenverstrengeling bij rechters? En bij de rechterlijke macht in meer algemene
zin?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het geen goed tegenargument is dat niet het ministerie, maar
de Raad voor de rechtspraak, het Openbaar Ministerie en de politie de opdrachtgever
van deze directeur zijn?
Vraag 5
Waarom is de regering van mening dat rechters geen lid kunnen zijn van de Staten-Generaal
of het Europees Parlement, zoals ook de Groep van Staten tegen Corruptie (GRECO) van
de Raad van Europa heeft aanbevolen, maar wel kunnen werken onder leiding van de Minister
van Justitie en Veiligheid en diens directeur-generaal en secretaris-generaal?
Vraag 6
Bent u bereid om de nevenfuncties van rechters verder aan banden te leggen in de wetswijziging
die u recent aankondigde in het kader van het rapport van de GRECO, bijvoorbeeld als
advocaat of ambtenaar van de uitvoerende macht? Zo nee, waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming -
Indiener
Michiel van Nispen, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.