Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Westerveld en Van der Lee over vaccindonaties aan de WHO voor lage-inkomenslanden
Vragen van de leden Westerveld en Van der Lee (beiden GroenLinks) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over vaccindonaties aan de WHO voor lage-inkomenslanden (ingezonden 17 september 2021).
Antwoord van MinisterDe Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de
            Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 1 december 2021). Zie
            ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 224
Vraag 1
            
Heeft u kennisgenomen van het artikel «Nederland geeft nog geen vaccins aan WHO»,
               uit het Nederlands Dagblad van 16 september 2021?1
Antwoord 1
            
Ja.
Vraag 2
            
Klopt het dat Nederland nog geen harde toezeggingen heeft gedaan aan COVAX op het
               gebied van vaccindonaties voor lage-inkomenslanden? Zo ja, waarom niet? Wat heeft
               Nederland precies toegezegd rond het «voornemen» om 20 miljoen vaccins te doneren?
               Is daar een datum aan verbonden?
            
Antwoord 2
            
Nee, die toezeggingen zijn wel hard. Middels donatiemandaten heeft Nederland opdracht
               gegeven een groot deel van die vaccins waar Nederland dit jaar nog recht op heeft,
               maar nog niet geleverd zijn, aan Covax te doneren. In totaal gaat dit om 22 miljoen
               doses AstraZeneca, BioNTech/Pfizer, Janssen en Moderna. Daarnaast worden al geleverde
               vaccins bilateraal gedoneerd. Tot nog toe zijn zo’n 2,5 miljoen vaccins bilateraal
               gedoneerd; naar verwachting komen daar de komende weken nog eens 4,5 miljoen doses
               bij. Daarmee wordt tevens ruim voldaan aan de doelstelling dit jaar minstens zoveel
               vaccins te doneren als we zelf gebruiken («Get one – Give one»).
            
Vraag 3
            
Erkent u dat het eerlijk delen van schaarse vaccins in de wereld iets anders inhoudt
               dan alles voor jezelf houden en aan het eind kijken wat je toch niet kunt gebruiken,
               en daarom makkelijk weg kunt geven? Waarom kiest u tot nu toe, ondanks alle mooie
               woorden over het belang van internationale solidariteit, voor die laatste optie? En
               bent u bereid om nu alsnog een harde toezegging te doen en zo snel als mogelijk ook
               daadwerkelijk vaccins te leveren aan COVAX?
            
Antwoord 3
            
Zoals vermeld in het antwoord op vraag 2 is een harde toezegging al gedaan. Een eerlijke
               wereldwijde verdeling van coronavaccins is van groot belang, zowel vanuit een moreel
               als een gezondheids- en economisch perspectief. De sociaaleconomische kosten van het
               achterblijven van de vaccinatiegraad in lage- en middeninkomenslanden zijn groot.
               Daarom heeft Nederland financieel bijgedragen aan ACT-A en COVAX, en doneert Nederland
               minstens zo veel vaccins als het zelf gebruikt («Get one – Give one»).
            
Vraag 4
            
Hoe reflecteert u op het feit dat andere rijke landen al wel harde toezeggingen hebben
               gedaan voor vaccindonaties aan COVAX? Wat is de reden dat deze landen een andere afweging
               maken dan Nederland?
            
Antwoord 4
            
Zoals vermeld in het antwoord op vraag 2 heeft Nederland harde toezeggingen gedaan
               aan COVAX en worden ook aanzienlijke bilaterale donaties gedaan. Daarmee haalt Nederland
               ruim de beloofde «Get one – Give one». Verhoudingsgewijs doneert Nederland daarmee
               ongeveer evenveel als landen als Duitsland en de VS. Ik hecht eraan hier te benadrukken
               dat Nederland er op dit moment voor kiest om al ons surplus te doneren. Reden dat
               we hiervoor kiezen is dat Nederland het als verantwoordelijkheid voelt bij te dragen
               aan het bestrijden van de wereldwijde crisis. Dat doen we omdat we ons betrokken bij
               de rest van de wereld en kwetsbaren in het bijzonder, maar ook omdat het vanuit
            
volksgezondheidsoverwegingen van belang is om de pandemie ook elders in de wereld
               te bestrijden. Bovendien is het ook een Nederlands belang dat de mondiale economie
               zo snel als mogelijk kan herstellen.
            
Vraag 5
            
Hoe groot is de Nederlandse vaccinvoorraad momenteel? En hoeveel vaccins worden er
               dagelijks weggeprikt? Is de verhouding tussen beschikbare voorraad en huidige benodigdheden
               anders in rijke landen die wel vaccins toezeggen of leveren aan COVAX?
            
Antwoord 5
            
Het RIVM heeft momenteel ongeveer 7,5 miljoen vaccins op voorraad liggen in de centrale
               opslag. Hiervan worden circa 3,5 miljoen doses aangehouden om de huidige vaccinatiecampagne
               en de geplande boostercampagne af te kunnen ronden, en voor een noodzakelijke reservevoorraad.
               Er worden op dit moment in Nederland ongeveer 125.000 prikken per week gezet. Reeds
               aan Nederland geleverde vaccins kunnen niet aan COVAX worden gedoneerd. De komende
               weken zullen we nog circa 4 miljoen vaccins bilateraal doneren uit de nationale voorraad.
               De voorraad die andere landen aanhouden is van vele factoren afhankelijk; ik heb daar
               geen zicht op.
            
Vraag 6
            
Heeft Nederland daarnaast nog bestellingen voor vaccins uitstaan? Zo ja, voor hoeveel
               doses en op welke termijn? Bent u bereid om gehoor te geven aan de oproep van COVAX
               om de plek van Nederland vooraan in de rij te ruilen met lage-inkomenslanden die veel
               verder naar achteren staan in de rij en tegelijkertijd een zeer lage vaccinatiegraad
               hebben? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 6
            
Niet alle doses waar Nederland nog recht op heeft, zullen in 2021 nog geleverd worden.
               Naar verwachting zullen we dit jaar nog circa 22 miljoen doses tegemoet kunnen zien.
               Deze moeten zoveel mogelijk direct vanuit de fabriek aan COVAX geleverd gaan worden.
               Er zijn ook vaccins ingekocht voor de periode 2022/2023 (met name BionTech/Pfizer
               en Moderna). Bij deze inkoop zijn we uitgegaan van een voorzorgsprincipe. We willen
               over voldoende vaccins beschikken om in deze periode de hele Nederlandse bevolking
               boven de 12 volledig te kunnen vaccineren, mocht de Gezondheidsraad dit adviseren.
               Van deze volumes staat nog niet vast of en in welke mate deze in de komende jaren
               in Nederland ingezet zullen gaan worden. Over de mogelijkheden om ook deze vaccins
               te kunnen doneren, zal ik uw Kamer later nog separaat informeren. De plek van Nederland
               in de rij ruilen met andere landen levert in mijn ogen niets op: de vaccins die Nederland
               nu zou doneren, zouden in dat geval door COVAX (opnieuw) worden aangekocht, en de
               vaccins die dan op een later moment alsnog aan Nederland worden geleverd, zouden wij
               dan weer ter donatie afstaan.
            
Vraag 7
            
Wat is de reden dat COVAX niet in de buurt komt van het doel van 1,8 miljard vaccins
               voor lage-inkomenslanden tegen het eind van 2021? Welke rol speelt de houding van
               rijke landen zoals Nederland, die weigeren om vaccins te delen, hierbij?
            
Antwoord 7
            
COVAX verwacht het gestelde doel in maart 2022 te behalen: drie maanden later dan
               gepland. De CEO van Gavi geeft twee oorzaken voor deze vertraging: de beschikbaarheid
               van vaccins omdat deze zijn gereserveerd en het exportverbod van India op vaccins,
               waardoor één van de grootste leveranciers van COVAX niet kon leveren. Dit exportverbod
               is per oktober opgeheven en COVAX hervat momenteel onderhandelingen met producenten
               aldaar. Om de beschikbaarheid van vaccins voor ontwikkelingslanden te vergroten, is
               het belangrijk dat landen met grote voorraden hun surplus delen. Daarom zijn donaties
               in natura nu essentieel. Als gezegd zal Nederland hierbij nadrukkelijk zijn rol spelen.
               Daarnaast is het belangrijk de productiecapaciteit van vaccins op te schroeven.
            
Vraag 8
            
Wat zijn de gevolgen van het feit dat vaccinleveringen aan arme landen ernstig achterblijven?
               Kunt u daarbij ingaan op de sociaaleconomische gevolgen in lage-inkomenslanden, maar
               ook op de gevolgen voor de wereldeconomie, en voor het risico op het ontstaan van
               nieuwe besmettelijke varianten?
            
Antwoord 8
            
Alleen als COVID-19 wereldwijd wordt aangepakt kan deze pandemie effectief worden
               bestreden. Daarom moet nu vooral worden ingezet op de beschikbaarheid van vaccins
               en andere COVID-19-producten in landen die achterblijven. Een virus kent immers geen
               grenzen en ongecontroleerde verspreiding van infectie kan ervoor zorgen dat er steeds
               nieuwe mogelijke resistentere virusvarianten ontstaan.
            
Vooral lage-inkomenslanden met een lage vaccinatiegraad ondervinden de schadelijke
               gevolgen van het voortduren van de pandemie. Daarbij zijn vooral ook de secundaire
               effecten van de pandemie ingrijpend en schadelijk. Zo konden 1.5 miljard kinderen
               gedurende lockdowns geen lessen meer volgen, 77 miljoen kinderen zijn nog steeds niet zijn teruggekeerd
               naar school. We weten dat meisjes onevenredig hard getroffen worden en zien ook dat
               kinderarbeid, huiselijk geweld, gedwongen huwelijken en ongewenste zwangerschappen
               toenemen.
            
Het IMF verwacht dat de economische groei in lage inkomens landen dit jaar voor het
               éérst in 20 jaar minder sterk zal zijn dan in hoge inkomens landen. Daardoor neemt
               de wereldwijde ongelijkheid toe. Dit is het gevolg van een toenemend verschil in herstelperspectieven
               die voor een belangrijk deel voortkomen uit verschillen in vaccintoegang.
            
Vraag 9
            
Deelt u de mening dat de Europese Unie niet alleen arme landen in de steek laat, maar
               ook de gezondheid van haar eigen burgers in gevaar brengt, en haar ambities om een
               grotere geopolitieke rol te spelen verloochent, gezien het feit dat WHO-cijfers aantonen
               dat rijke landen tot nu toe 96 miljoen vaccindoses hebben gedoneerd aan COVAX, waarvan
               er 76 miljoen kwamen van de Verenigde Staten, 10 miljoen van Japan en slechts 5 miljoen
               van EU-lidstaten (vooral Frankrijk)?2
Antwoord 9
            
Met een totale bijdrage aan ACT-A van 4.821 miljard euro is de EU één van de grootste
               donoren wereldwijd. Het traject om donaties vanuit de EU juridisch mogelijk te maken
               was complex; zo moesten afspraken rondom aansprakelijkheid goed worden geborgd. Von
               der Leyen benoemde in de Staat van de Unie in september jl. dat Team Europe streeft
               naar een donatie van 500 miljoen vaccins voor zomer 2022. Hiervan zullen 300 miljoen
               vaccins gedoneerd worden door de lidstaten en de Commissie zal verder nog 200 miljoen
               vaccins aankopen voor de donatie aan partnerlanden. Inmiddels hebben de LS gezamenlijk
               279 miljoen vaccins aan Covax gecommitteerd. De levering van deze vaccins aan partnerlanden
               is nu grotendeels afhankelijk van de producenten.
            
Vraag 10
            
Wat is uw reactie op berekeningen van de WHO (de Access to COVID-19 Tools Accelerator, waar COVAX onderdeel vanuit maakt, bevat naast vaccindonaties ook een financiële
               component) die aantonen dat Nederland voor slechts 25% aan haar fair share heeft voldaan, terwijl Duitsland bijvoorbeeld al 130% van haar fair share heeft bijgedragen?3 Is Nederland van plan om op korte termijn aan haar fair sharete voldoen?
            
Antwoord 10
            
Met de recent aangekondigde extra bijdrage van 95 miljoen euro voor 2021 en 2022 draagt
               Nederland inmiddels 242 miljoen euro bij aan ACT-A. Daarnaast heeft Nederland een
               donatie in natura van 27 miljoen vaccins aangekondigd. Als zowel de waarde van de
               financiële bijdrage aan ACT-A en de donatie in natura in ogenschouw wordt genomen
               komt Nederland dicht in de buurt van de door ACT-A gehanteerde verdeelsleutel. De
               extra financiële inzet op de respons op COVID-19 moet niet ten koste gaan van onze
               reguliere inzet op gezondheid, inclusief seksuele en reproductieve gezondheid en rechten
               (SRGR). In veel lageinkomenslanden staat vooral basisgezondheidszorg als gevolg van
               COVID-19 onder druk. Daarom blijft Nederland vanuit de BHOS-begroting onveranderd
               investeren in basisgezondheidszorg en SRGR in ontwikkelingslanden. Bij gelijkblijvend
               BHOS budget zou nog eens extra bijdragen aan ACT-A uit de BHOS begroting betekenen
               dat minder middelen beschikbaar zijn voor reguliere OS.
            
Vraag 11
            
Hoe staat het met Europese inspanningen om lokale vaccinproductie, bijvoorbeeld in
               Afrikaanse landen, te ondersteunen? Deelt u de mening dat patenten een obstakel vormen
               voor de uitbreiding van de lokale productie? Hoe staat het met de gesprekken binnen
               de Wereldhandelsorganisatie (WTO) om patenten voor coronavaccins vrij te geven?
            
Antwoord 11
            
Een duurzame oplossing voor Afrika kan zijn om te investeren in het opbouwen van een
               eigen farmaceutische industrie. Daardoor ontstaat er minder afhankelijkheid. Dit is
               een belangrijke prioriteit van de EU, waar ook Nederland zich hard voor maakt. Tijdens
               de G20 in Rome werd een initiatief van Team Europa gepresenteerd van 1 miljard euro
               om de productie van en de toegang tot vaccins, geneesmiddelen en gezondheidstechnologieën
               in Afrika te vergroten. De EU heeft specifiek opgeroepen om te investeren in de opbouw
               van lokale productiecapaciteit in zuidelijke landen en verschillende initiatieven
               daartoe worden momenteel ontwikkeld, onder meer in Senegal, Zuid-Afrika en Rwanda.
               Om uitwisseling van kennis en technologie tussen farmaceuten en producenten te stimuleren,
               organiseert Nederland de komende World Local Production Summit.
            
Vaccinfabrikanten werken momenteel, binnen het bestaande stelsel van intellectueel
               eigendom, op grote schaal samen om de productiecapaciteit wereldwijd te vergroten.
               Dit werpt vruchten af zoals ook blijkt uit de meest recente productiecijfers. AstraZeneca
               werkt bijvoorbeeld samen met het Serum Institute of India voor de productie van 1
               miljard vaccins voor lage- en middeninkomenslanden. Ook werkt AstraZeneca samen met
               bijvoorbeeld Emergent, Catalent, Halix, Thermo Fisher en IDT Biologika. Het farmaceutische
               bedrijf Pfizer werkt samen met onder meer BioNtech, Sanofi en Novartis. Moderna werkt
               samen met Lonza, Catalent, Rovi en Recipharm. Als laatste kan worden aangegeven dat
               Janssen bijvoorbeeld samenwerkt met Emergent, Catalent, Reig Jofre, Merck, Biological
               E in India en Aspen in Zuid-Afrika. De wereldwijde productie van vaccins neemt snel
               toe. Met een wereldwijde productie van bijna 1,5 miljard doses per maand is de verwachting
               van de WHO inmiddels dat er vanuit het oogpunt van de voorziening voldoende doses
               zullen zijn om de wereldwijde vaccinatiedoelen te bereiken, mits er een billijke verdeling
               is.4
Tijdens het tweeminutendebat Informele EU-Gezondheidsraad van 12 oktober 20215 en tijdens het debat over de Europese top van 21 en 22 oktober 20216 is toegezegd uw Kamer nader te informeren over de door het kabinet getoonde inzet
               en de stand van zaken in de discussies omtrent voorstellen voor tijdelijke opschorting
               van octrooirechten (een zogenaamde TRIPS-waiver). Ter uitvoering van deze toezeggingen
               ga ik hieronder nader in op de stand van zaken en de inzet van het kabinet in de onderhandelingen
               over de TRIPS-waiver.
            
Zowel de inspanningen van Nederland als die van de Europese Commissie zijn er op gericht
               dat het stelsel van intellectueel eigendom geen blokkerende (maar juist een faciliterende)
               rol speelt bij het inzetten van de bestaande capaciteit of het creëren van nieuwe
               capaciteit voor de productie van COVID-19 vaccins.
            
Het kabinet heeft er, in lijn met de motie-Piri c.s. (Kamerstuk 35 663, nr. 21), binnen de Europese Unie in aanloop naar bijeenkomsten van de TRIPS-raad herhaaldelijk
               op aangedrongen dat de EU zich constructief opstelt wat betreft een beperkt waiver-voorstel
               gericht op coronavaccins. Gezien het uitstel van de 12eMinisteriële Conferentie van de WTO wordt de discussie over intellectueel eigendom
               omtrent Covid-19-vaccins de TRIPS-raad vervolgd, op basis van de voorstellen van India
               en Zuid-Afrika enerzijds, en de Europese Unie anderzijds.
            
Het kabinet zal binnen de EU blijven aandringen op proactieve en constructieve onderhandelingen
               aan de hand van concrete teksten over zowel het EU-voorstel als een beperkt waiver-voorstel
               om zo een uitweg te vinden in deze discussie over de rol van intellectuele eigendom
               bij het verbeteren van de toegang tot betaalbare COVID-19-vaccins. Doel blijft concrete
               en pragmatische oplossingen op korte en middellange termijn te vinden om de universele
               toegang tot COVID-19-vaccins tegen betaalbare prijzen te verbeteren.
            
Vraag 12
            
Kunt u, gezien de achterblijvende vaccinatiegraad in lage-inkomenslanden, helder uiteenzetten
               welke extra inspanningen Nederland gaat verrichten, op de korte en lange termijn,
               om dit wereldwijde probleem aan te pakken?
            
Antwoord 12
            
Zie ook het antwoord op vraag 2 en 10. Zoals aangegeven draagt Nederland 95 mln. euro
               extra bij aan ACT-A en is Nederland voornemens om in 2021 in totaal ruim 29 miljoen
               vaccins te doneren. Nederland heeft daarmee gedaan wat het voor dit jaar heeft beloofd
               en zal zich hiervoor blijven inspannen. Naast beschikbaarheid van vaccins zijn vooral
               ook extra investeringen nodig in de gereedheid van landen om vaccins effectief te
               kunnen prikken. Daarom draagt Nederland vooral ook bij aan het gereedmaken van landen
               voor effectieve vaccinatiecampagnes, maar ook aan het versterken van gezondheidssystemen.
               Dit is belangrijk om de pandemie te bestrijden, maar ook om de reguliere zorg in stand
               te houden en beter voorbereid te zijn op toekomstige pandemieën. Zoals ook in mijn
               antwoord op vraag 10 is aangegeven moeten de extra investeringen in de respons op
               COVID-19 niet ten koste gaan van reguliere zorg inclusief SRGR. Daarom blijft Nederland
               vanuit de BHOS-begroting onveranderd investeren in basisgezondheidszorg in ontwikkelingslanden.
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport - 
              
                  Mede namens
Th.J.A.M. de Bruijn, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.