Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Kwint en Leijten over een burgemeester die een boek schreef over kritische burgerjournalisten
Vragen van de leden Kwint en Leijten (beiden SP) aan de Ministers voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over een burgemeester die een boek schreef over kritische burgerjournalisten (ingezonden 30 september 2021).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede namens
de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 26 oktober 2021).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 323.
Vraag 1
Deelt u de mening dat lokale journalistiek essentieel is voor het functioneren van
de lokale democratie, bijvoorbeeld om het lokale bestuur te controleren en inwoners
te informeren over lokale aangelegenheden? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u zich voorstellen dat bij steeds verder afnemende lokale journalistiek, inwoners
zelf lokale kwesties over het voetlicht willen brengen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Inwoners hebben er belang bij om voldoende en goed geïnformeerd te zijn over de gebeurtenissen
in hun (directe) leefomgeving. De gebeurtenissen dicht bij huis hebben impact op de
levens van mensen, het is daarom goed en belangrijk dat daarvan verslag wordt gedaan.
Traditioneel wordt deze functie vervuld door de lokale en regionale media, die nog
steeds een voorname positie hebben in de informatievoorziening. Ik noem hierbij het
bereik en de impact van de huis-aan-huisbladen, de regionale dagbladen en de lokale
en regionale omroepen. De laatste jaren is de hyperlocal daar als fenomeen bijgekomen.
Hyperlocals kennen allerlei verschijningsvormen, het kan gaan om een website met aankondigingen
van bijvoorbeeld evenementen of een website zijn met lokale (onderzoeks)journalistiek.
De hyperlocal met inzet van betrokken inwoners komt inderdaad vaak voor.
Vraag 3
Vindt u het in dit licht gepast dat een burgemeester in een boek een kritisch lokaal
weblog op de hak neemt waarbij de gelijkenissen met een bestaande lokale weblog talrijk
zijn?1 2
Antwoord 3
Ook een burgemeester heeft vrijheid van meningsuiting en mag in een door hemzelf gekozen
vorm reflecteren op lokale media. De burgemeester heeft inmiddels publiekelijk op
de berichtgeving gereageerd en daarbij aangegeven hoe hij het in zijn boek heeft bedoeld3.
Vraag 4
Is er een protocol voor burgemeesters hoe zij om dienen te gaan met de democratie,
waar de media onderdeel van uitmaakt?
Antwoord 4
Nee, er is geen dergelijk protocol. Echter, de burgemeester legt, als hoeder van de
lokale democratie, verantwoording af aan de gemeenteraad. In die verantwoordelijkheid
ligt het bevorderen van een transparante bestuursstijl en het beantwoorden van kritische
vragen vanuit de media besloten. De burgemeester legt verantwoording af aan de gemeenteraad
over de wijze waarop aan die rol invulling wordt gegeven.
Vraag 5
Vindt u dat het lokale bestuur zelf ook een grote verantwoordelijkheid heeft in het
stimuleren van onafhankelijke lokale journalistiek? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Lokale democratie is gebaat bij een goed en vitaal lokaal medialandschap. Gemeenten
hebben een bekostigingsplicht voor een lokale publieke media-instelling (lokale omroep).
Daarnaast worden gemeenten door koepelorganisatie VNG uitgedaagd om zelf een mediabeleid
te ontwikkelen. Ik vind dat een positieve ontwikkeling.
Vraag 6
Wat doet de gemeente Ede om de lokale journalistiek te ondersteunen?
Antwoord 6
Navraag bij de gemeente Ede leert dat de gemeente de lokale omroep bekostigt en dat
er wekelijks minimaal twee pagina’s worden afgenomen in het lokale weekblad. Deze
pagina’s bevatten gemeentelijke informatie.
De lokale omroep zendt, behalve programma’s over bijvoorbeeld cultuur en economie,
ook de raadsvergaderingen en informatieavonden voor bewoners uit. Daarnaast faciliteert
de gemeente Ede in bijvoorbeeld de huisvesting van de studio’s.
De gemeente bekostigt de lokale omroep met een jaarlijks bedrag van circa € 240.000
euro, dat is (fors) hoger dan het bedrag dat Ede ontvangt voor deze taak uit het Gemeentefonds.
Vraag 7
Vindt u dat lokale besturen genoeg aandacht hebben voor het belang van kritische,
onafhankelijke lokale journalistiek? Zo ja, waar baseert u dit op? Zo nee, wat onderneemt
u hierop?
Antwoord 7
Het vaststellen van lokaal beleid is in eerste plaats aan de gemeenteraden. Ik onderschrijf
het belang van lokaal mediabeleid voor alle gemeenten, net zoals de VNG deed in de
handreiking van vorig jaar, maar ben wel van mening dat gemeenten het beleid zelf
moeten vormgeven. Het is van belang dat gemeenteraden hier zelf over debatteren en
besluiten.
Vraag 8
Kunt u aangeven in hoeverre er in de afgelopen vijf jaar is bezuinigd op lokale media,
nu gemeenten voor grote financiële uitdagingen staan? Kunt u cijfers hierover geven
en zo nee, bent u bereid hier onderzoek naar te doen? Hoeveel lokale kranten zijn
er verdwenen?
Antwoord 8
Jaarlijks komen gemeentelijke cijfers vanuit het openbaar toegankelijke Iv3-systeem
(Informatie voor Derden) beschikbaar. Deze gegevens bieden inzicht in de totale uitgaven
van gemeenten. Het is binnen Iv3 niet mogelijk de uitgaven voor de verschillende onderdelen
in het taakveld media apart in beeld te brengen. Inzicht in eventuele gemeentelijke
bezuinigingen op lokale media is dus niet te geven op basis van de beschikbare cijfers.
Het Commissariaat voor de Media doet eens in de drie jaar onderzoek naar de bekostiging
van lokale publieke media-instellingen. In 2020 is de evaluatie toegezonden aan de
Tweede Kamer4.
Op landelijk niveau wordt niet bijgehouden hoeveel lokale kranten zijn opgeheven.
Vraag 9
Kunt u aangeven hoeveel extra geld voor communicatiebeleid er gemiddeld is uitgetrokken
door gemeenten in de afgelopen 5 jaar? Zo nee, waarom niet en bent u bereid dit te
onderzoeken?
Antwoord 9
Het hierboven genoemde Iv3-systeem biedt geen inzicht in de specifieke gemeentelijke
uitgaven aan communicatiebeleid. Het is derhalve niet mogelijk nader inzicht te verschaffen
in deze cijfers.
Vraag 10
Kunt u deze vragen beantwoorden voor de behandeling van de begroting Binnenlandse
Zaken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 10
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media -
Mede namens
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.