Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Sjoerdsma over de situatie in Tigray (Ethiopië) en de humanitaire crisis die daar plaatsvindt
Vragen van het lid Sjoerdsma (D66) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de situatie in Tigray (Ethiopië) en de humanitaire crisis die daar plaatsvindt (ingezonden 5 oktober 2021).
Antwoord van Minister Knapen (Buitenlandse Zaken), mede namens de Minister voor Buitenlandse
Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 14 oktober 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het laatste situatie-rapport van het Bureau voor de coördinatie
van humanitaire zaken van de Verenigde Naties (UNOCHA) aangaande de humanitaire situatie
in Noord-Ethiopië?1
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de bevindingen beschreven in dit rapport?
Antwoord 2
Het rapport beschrijft een zeer zorgelijke situatie, en die zorgen nemen alleen maar
toe. De humanitaire situatie is zeer slecht. Volgens het rapport bevinden zeker 400.000
mensen zich in de hoogste classificatie van voedselonzekerheid.2 Dit aantal stijgt snel. Volgens schattingen van Europese Commissie (DG ECHO) en USAID
zullen dat binnenkort al 1 miljoen mensen zijn. Van alle mensen wereldwijd in hongersnood
(de hoogste VN-classificatie voor voedselonzekerheid), bevindt momenteel 80% zich
in Tigray. Dit is een direct gevolg van obstakels die worden opgeworpen waardoor de
aanvoer van humanitaire hulp richting de regio stokt. De Secretaris-Generaal van de
VN heeft de situatie in de VN-Veiligheidsraad beschreven als een «de facto blokkade».
Honger wordt daarmee gebruikt als oorlogswapen. Nederland veroordeelt dat ten sterkste.
De VN en andere humanitaire organisaties ontbreekt het in Tigray volgens het UNOCHA-rapport
aan voorraden, brandstof, contant geld, elektriciteit en communicatiemiddelen. Deze
zijn essentieel voor hulporganisaties om hun werk te kunnen doen. Nederland is ook
zeer bezorgd over de enorme prijsstijgingen in Noord-Ethiopië als gevolg van deze
blokkade, waardoor de kosten voor essentiële levensmiddelen en brandstof met wel 2.300%
gestegen zijn.3
Vraag 3
Klopt het dat het conflict in Tigray zich verspreid over aangelegen gebieden in Ethiopië,
en wat zegt dat over de stabiliteit van het land en de zittende federale regering?
Antwoord 3
De oorlog beperkt zich inderdaad niet meer tot Tigray maar treft nu ook de omliggende
regio’s Afar en Amhara. Milities uit andere delen van het land zijn opgeroepen om
te vechten in Tigray.
Het conflict kent in steeds sterkere mate een etnische dimensie, met toegenomen polarisering
tussen bevolkingsgroepen. Dit vormt een bedreiging voor de sociale cohesie van het
land met 115 miljoen inwoners. Ook de economische situatie is, als gevolg van onder
meer het conflict, danig verslechterd. Al deze ontwikkelingen komen de stabiliteit
in het land niet ten goede. De recente verkiezingen, die door oppositie in meerdere
regio’s werd geboycot, hebben wel een duidelijke overwinning voor de partij van de
zittende premier Abiy Ahmed opgeleverd. Hij is op 4 oktober aan een nieuwe ambtstermijn
van vijf jaar begonnen.
Deze ontwikkelingen onderschrijven nogmaals de noodzaak om het conflict op vreedzame
wijze te beëindigen. Dat is de beste manier om de stabiliteit en integriteit van het
land te bewaken. Hiervoor is de medewerking van zowel de oppositiebeweging TPLF, als
de federale regering van Premier Abiy vereist.
Vraag 4
Wat voor concrete afspraken zijn er zowel op bilateraal als multilateraal verband
gemaakt met de federale regering in Ethiopië, het Volksbevrijdingsfront van Tigray
(TPLF) en de regering in Eritrea, om de situatie in Ethiopië te verbeteren?
Antwoord 4
Het is tot op heden niet gelukt om concrete afspraken te maken met de genoemde conflictpartijen
om te komen tot een vreedzame beëindiging van het conflict.
Er zijn door de VN en andere humanitaire actoren wel op diverse momenten afspraken
gemaakt met de Ethiopische overheid over humanitaire hulp. Toezeggingen worden in
de praktijk niet altijd nagekomen en met regelmaat worden nieuwe obstakels opgeworpen.
Zo poogt de EU, aanvullend op vervoer over de weg, om een luchtbrug op te zetten die
via het vliegveld van Addis Ababa hulpmiddelen moet vervoeren naar Tigray. Ondanks
een akkoord hierover met de Ethiopische autoriteiten zijn er sinds begin september
slechts twee vluchten uitgevoerd.
Donoren, waaronder Nederland, zijn voortdurend in contact met de Ethiopische regering
over de toevoer en verlening van humanitaire hulp. De plicht op basis van het humanitair
oorlogsrecht om onpartijdige humanitaire hulp aan burgers in nood toe te laten en
te faciliteren, met inachtneming van de humanitaire principes, staat daarbij wat Nederland
betreft niet ter discussie.
Humanitaire actoren ter plaatse in Tigray, waaronder de VN, hebben tevens contact
met TPLF als de facto machthebbers in het overgrote deel van de Tigray regio.
Eritrese troepen hebben zich inmiddels teruggetrokken uit grote delen van Tigray,
hoewel zij in grensgebieden nog altijd aanwezig zijn. De Tigrese bevolking heeft zich
in het algemeen teruggetrokken naar gebieden onder controle van TPLF, waardoor coördinatie
met de regering van Eritrea ten behoeve van humanitaire toegang minder relevant is
geworden.
Vraag 5
Is er op dit moment sprake van een dialoog tussen de federale regering en het TPLF?
Zo ja, wat wordt er besproken?
Antwoord 5
Ondanks herhaalde oproepen daartoe van de EU en VN, is op dit moment geen dialoog
tussen de genoemde partijen. Beide partijen lijken in te zetten op een militaire oplossing
van het conflict. Na de inauguratie van de regering op 4 oktober jl. zijn het federale
leger en regionale milities een nieuw militair offensief gestart.
Vraag 6
Volgens de Verenigde Naties hebben meer dan 400.000 mensen te kampen met hongersnood
en staan 1,8 miljoen mensen in Tigray op de rand van de hongersnood; op welke manier
zet Nederland zich op het moment in voor deze mensen en op welke manier zal Nederland
dit structureel blijven doen?
Antwoord 6
Nederland zet zich in voor mensen in hongersnood door via ongeoormerkte, meerjarige,
flexibele financiering bij te dragen aan het werk van humanitaire organisaties. Nederland
heeft inmiddels, via het Central Emergency Response Fund (CERF) van de VN, de Dutch Relief Alliance (DRA), het Nederlandse Rode Kruis en het Internationale Comité van het Rode Kruis
(ICRC) in totaal ruim EUR 15 miljoen bijgedragen aan humanitaire hulp. Het betreft
zowel hulp in Ethiopië, als hulp ten behoeve van de opvang van Ethiopische vluchtelingen
in Soedan.
Nederland zet tevens in op actieve humanitaire diplomatie, dat tot doel heeft dat
humanitaire hulp mensen in nood kan bereiken. Nederland zal zich hiervoor structureel
in blijven zetten. Dit gebeurt zowel gezamenlijk met andere donoren ter plaatse, als
op hoofdstedelijk niveau.
Tijdens een onderhoud met de Ethiopische Vicepremier Mekonnen, in de marge van de
Algemene Vergadering van de VN op 24 september jongsleden, heeft Minister-President
Rutte opgeroepen tot ongehinderde humanitaire toegang en een staakt-het-vuren.
Nederland zet zijn diplomatieke kanalen ook in om het essentiële werk van de VN en
humanitaire NGOs te ondersteunen, inclusief de toegenomen vijandige retoriek jegens
hulpverleners. Zowel individueel als in Europees verband heeft Nederland zich bijvoorbeeld
in sterke bewoordingen uitgesproken tegen de recente uitzetting van zeven hooggeplaatste
VN-medewerkers door de Ethiopische regering.
Vraag 7
Volgens het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties zijn er sinds 12 juli 445
vrachtwagens met humanitaire voorzieningen de Tigray-regio ingereden, waarvan er slechts
38 zijn teruggekeerd. Volgens hetzelfde VN-Wereldvoedselprogramma zijn deze verdwijningen
de voornaamste belemmering om deze humanitaire crisis te bestrijden. Hoe beoordeelt
u deze situatie?4
Antwoord 7
De berichtgeving van het Wereldvoedselprogramma (WFP) is mij bekend. Volgens UNOCHA
ligt een aantal redenen ten grondslag aan het feit dat deze trucks, die door WFP gehuurd
worden van commerciële transporteurs, na aankomst in Tigray niet terugkeren. Chauffeurs
van Tigrese afkomst keren vaak niet terug uit angst voor intimidatie tijdens de terugreis,
en blijven liever in Tigray. Ook wordt deze chauffeurs niet toegestaan voldoende brandstof
uit Addis Ababa mee te nemen voor de terugreis. Dat is deel van de voortdurende obstakels
die worden opgeworpen op humanitaire hulp.
Het WFP berichtte recent dat eind september een groter aantal trucks weer was teruggekeerd,
in totaal inmiddels 100.
Vraag 8
Hoe beoordeelt u het feit dat Tigray, zowel via hulpverlening, telecommunicatie als
het bankensysteem, is afgesneden van de rest van Ethiopië en de wereld? Ziet u mogelijkheden
voor het heropenen van internet en mediakanalen?5
Antwoord 8
Dat is een zeer zorgelijk feit, en vormt onderdeel van wat de Secretaris-Generaal
van de VN Guterres, een «de facto blokkade» van de regio heeft genoemd. EU Commissaris
voor Humanitaire Hulp en Crisismanagement Lenarčič heeft het systematisch afsnijden
van Tigray van zowel hulp, als telecommunicatie en het bankensysteem, beschreven als
een «belegering». Nederland benadrukt, waar mogelijk, het belang van onmiddellijke
heropening van telecommunicatie voorzieningen en het bankensysteem. Dit is technisch
ook eenvoudig te doen.
Vraag 9
Welke rol kan Nederland spelen om het conflict in Tigray te de-escaleren en de gevolgen
voor de bevolking in de nasleep van het conflict te ondervangen?
Antwoord 9
Nederland steunt de inzet van de nieuwe gezant van de Afrikaanse Unie, voormalig Nigeriaans
president Obasanjo, in zijn pogingen de partijen met elkaar in dialoog te laten gaan.
Ook is Nederland actief betrokken bij gesprekken over de opzet en mogelijke financiering
van een Nationale Dialoog, die de grondoorzaken van het conflict zal moeten adresseren.
Tegelijkertijd is de ruimte voor dialoog op dit moment klein, nu de federale regering
een nieuw militair offensief heeft ingezet. Een verdere intensivering van het conflict
zal de nu al catastrofale humanitaire situatie verder doen verslechteren. Daarom is
de Nederlandse inzet er in de eerste plaats op gericht humanitaire hulp Tigray binnen
te krijgen en om in EU en VN-verband de druk op de partijen op te voeren om wel te
kiezen voor een politieke oplossing van het conflict. Nederland heeft tijdens de RBZ
van juli het voorstel gesteund van Hoge Vertegenwoordiger Borrell om sancties op te
leggen aan alle partijen die humanitaire hulp blokkeren, een politiek proces frustreren,
en mensenrechtenschendingen begaan. Daar was indertijd niet voldoende steun voor in
de Raad.
Inmiddels is de situatie verder verslechterd, en is duidelijk geworden dat er sprake
is van een de facto blokkade van de Tigray regio. Ook zijn er nieuwe berichten over
grootschalige mensenrechtenschendingen door alle partijen. Nederland zal dan ook wederom
pleiten voor sancties tijdens de aankomende RBZ van 18 oktober. Tegelijkertijd lijkt
er bij een aantal lidstaten nog altijd twijfel over de inzet van het sanctie-instrument.
Nederland blijft in voortdurende dialoog met EU-partners over de mogelijke inzet van
alle EU-instrumenten die de partijen kunnen doen bewegen om te kiezen voor een politieke
oplossing van het conflict.
Het is voor Nederland wel van belang dat bij pogingen om druk op te voeren op de strijdende
partijen, de Ethiopische bevolking zo veel mogelijk ontzien wordt. Onderdeel hiervan
vormt het besluit om steun aan grote nationale ontwikkelingsprogramma’s waar Nederland
aan deelneemt, voort te zetten. Wel zal financiering waar mogelijk niet langer rechtstreeks
via de Ethiopische overheid lopen. Nederland ondersteunt daarmee ook actief de inzet
van EU-Commissaris Urpilainen tot versterkte coördinatie van de manier waarop donoren,
inclusief Internationale Financiële Instellingen, omgaan met hun financiering in relatie
tot het conflict in Tigray.
Vraag 10
Kunt u deze vragen afzonderlijk en voorafgaand aan de aankomende Raad Buitenlandse
Zaken van 14 oktober beantwoorden?
Antwoord 10
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.P.M. Knapen, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede namens
Th.J.A.M. de Bruijn, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.