Motie : Motie van de leden Van der Plas en Van Haga over blijvende specifieke en passende steun voor de kermisbranche
35 420 Noodpakket banen en economie
Nr. 395
MOTIE VAN DE LEDEN VAN DER PLAS EN VAN HAGA
Voorgesteld 29 september 2021
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat «de kermis» thuishoort op de lijst immaterieel erfgoed;
constaterende dat kermissen, zeker in de honderden kleinere gemeenten op het platteland,
een belangrijke traditie zijn die zorgt voor een grote sociale binding;
overwegende dat de kermisbranche door alle coronamaatregelen ook in 2021 weinig heeft
kunnen verdienen, het kermisseizoen nu nagenoeg ten einde is en veel exploitanten
op omvallen staan;
verzoekt het kabinet, om (bij het stoppen met generieke steun en/of bij het in stand
houden van beperkende covidmaatregelen) in gesprek te gaan met de kermisbranche om
te kijken hoe deze sector, waarmee iedereen in Nederland groot is geworden, specifieke
en passende steun kan blijven ontvangen, voor de tijd die daarvoor nodig is, zodat
ook toekomstige generaties kunnen genieten van kermisplezier, een rijke traditie en
folklore voor Nederland behouden blijft en ook dorpen en kleine gemeenten op het platteland
hun jaarlijkse kermis niet hoeven te missen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Plas
Van Haga
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Caroline van der Plas, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
W.R. van Haga, Tweede Kamerlid