Schriftelijke vragen : Het bericht Provincie en gemeente Utrecht: 80 km/u alternatief voor verbreding A27
Vragen van het lid Hagen (D66) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht «Provincie en gemeente Utrecht: 80 km/u alternatief voor verbreding A27» (ingezonden 21 september 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Provincie en gemeente Utrecht: 80 km/u alternatief
voor verbreding A27»?1
Vraag 2
Kunt u toelichten wat de huidige stand van zaken is met betrekking tot de verbreding
van de A27?
Vraag 3
Staat u positief tegenover het voorstel van de provincie en gemeente Utrecht om een
onafhankelijke onderzoekscommissie in te stellen naar alternatieven voor de verbreding
van de A27? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Begrijpt u dat er een wens is bij de gemeente en provincie Utrecht tot een onderzoek
voor een alternatief, gezien de maatschappelijke weerstand tegen de voorgenomen verbreding
en de effecten op het landschap? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Hoe betrekt u de resultaten van het recente onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving
(PBL) naar de effecten van thuiswerken2 bij voorgenomen infrastructuurprojecten zoals de voorgenomen verbreding van de A27?
Vraag 6
Bent u het ermee eens dat de verwachte stijging van thuiswerken effect heeft op de
noodzaak voor de aanleg van nieuwe weginfrastructuur? Zo ja, bent u bereid te onderzoeken
welk effect thuiswerken heeft op het aantal vervoersbewegingen op de A27?
Vraag 7
Bent u bereid in het licht van meer thuiswerken de alternatieven voor de verbreding
van de A27, zoals verlaging van de maximumsnelheid en verbreding in de bak opnieuw
te onderzoeken?
Vraag 8
Erkent u dat infrastructurele knelpunten op de weg ook ondervangen kunnen worden door
investeringen in andere modaliteiten zoals het openbaar vervoer, het spoor en de fiets?
Vraag 9
Wilt u deze vragen individueel beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
B. Visser, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Indiener
K.B. Hagen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.