Schriftelijke vragen : Gezinnen die door Vestia uit de Tweebosbuurt verdreven worden.
Vragen van het lid Beckerman (SP) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie over gezinnen die door Vestia uit de Tweebosbuurt verdreven worden (ingezonden 24 augustus 2021).
Vraag 1
            
Kent u het bericht «Woningcorporatie wil gezinnen uit woningen Tweebosbuurt laten
               zetten: «Ze willen ons wegpesten»»? Zo ja, wat is hierop uw reactie?1
Vraag 2
            
Is het waar dat Vestia RVV (Regeling Vermindering Verhuurderheffing)-gelden misloopt
               wanneer deze woningcorporatie niet op tijd de geplande woningen in de Tweebosbuurt
               heeft gesloopt? Kunt u dit toelichten?
            
Vraag 3
            
Wat vindt u van de argumentatie met betrekking tot de door u ingestelde RVV als reden
               voor de ontruiming? Kunt u dit toelichten?
            
Vraag 4
            
Vindt u dat Vestia hiermee het bewijs levert dat de RVV tot een perverse financiële
               prikkel kan leiden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u deze prikkel wegnemen?
            
Vraag 5
            
Hoe staat het met de uitvoering van de aangenomen motie van het lid Beckerman c.s.
               over bij het verlenen van financiële steun eisen dat zeggenschap van bewoners goed
               geregeld is?2 Kunt u dit nader toelichten?
            
Vraag 6
            
Is er volgens u, in dit geval, voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in de motie?
               Kunt u dit toelichten?
            
Vraag 7
            
Bent u van mening dat, zolang het hoger beroep nog loopt, deze gezinnen in de woningen
               moeten kunnen blijven wonen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer zult u Vestia
               hiervan op de hoogte brengen?
            
Vraag 8
            
Bent u van mening dat deze huurders, die een rechtszaak gewonnen hebben die door de
               woningcorporatie is gestart, niet gekarakteriseerd mogen worden als dwarsliggers als
               zij vervolgens na de door hen gewonnen rechtszaak niet meewerken aan een gedwongen
               verhuizing? Kunt u dit toelichten?
            
Vraag 9
            
Vindt u dat met het instellen van deze vordering de rechtsgang na de gewonnen rechtszaak
               nog steeds gerespecteerd wordt? Zo ja, kunt u dat nader toelichten? Zo nee, wat gaat
               u hiertegen doen?
            
Vraag 10
            
Vindt u dat het inzetten van een zwaarwegend rechtsmiddel als de provisionele vordering
               deze Rotterdammers verder in de problemen kan brengen? Zo ja, wanneer brengt u Vestia
               hiervan op de hoogte? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 11
            
Vindt u dat Vestia met het instellen van de provisionele vordering het recht op zeggenschap
               over de eigen woning geschonden heeft? Zo ja, per wanneer zult u Vestia hiervan op
               de hoogte brengen? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 12
            
Wat vindt u van de stelling van de Speciale Rapporteurs van de Verenigde Naties dat
               het woonbeleid van Vestia, Nationaal Programma Rotterdam Zuid, de woonvisie van het
               gemeentebestuur van Rotterdam kan leiden tot dakloosheid? Kunt u dit toelichten?
            
Vraag 13
            
Wat vindt u van het feit dat bewoners nog steeds geen gesprek met Vestia gekregen
               hebben over de brief van de Verenigde Naties terwijl deze opriep om met de bewoners
               in gesprek te gaan?
            
Vraag 14
            
Bent u van mening dat rechten van de kinderen in kwestie, die mede voortvloeien uit
               het Internationale Verdrag inzake de Rechten van het Kind, geschonden worden met de
               instelling van deze provisionele vordering? Zo ja, wanneer zult u Vestia hiervan op
               de hoogte brengen? Zo nee, waarom niet?
            
Vraag 15
            
Heeft (of hebben) de Speciale Rapporteur(s) inmiddels contact met u gezocht/opgenomen?
               Zo ja, wat was de uitkomst van dit gesprek?
            
Vraag 16
            
Bent u van mening dat Vestia en de gemeente Rotterdam de sloop conform de oproep van
               de Verenigde naties stop moeten zetten? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wanneer zult u
               Vestia en de gemeente hiervan op de hoogte brengen?
            
Vraag 17
            
Bent u bereid om zich in te zetten om de gesprekken conform de oproep van de Verenigde
               Naties tussen Vestia en haar huurders enerzijds en tussen de verantwoordelijke wethouder
               en de bewoners anderzijds tot stand te laten komen? Zo ja, wanneer zullen deze inspanningen
               plaatsvinden en kunt u ons informeren over de uitkomsten? Zo nee, waarom niet?
            
Indieners
- 
              
                  Gericht aan
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties - 
              
                  Indiener
Sandra Beckerman, Kamerlid 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.