Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Simons over de sancties tegen Cuba
Vragen van het lid Simons (BIJ1) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de sancties tegen Cuba (ingezonden 15 juli 2021).
Antwoord van Minister Kaag (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 23 augustus 2021).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de demonstratie in Havana, Cuba tegen de economische crisis
en het tekort aan geneesmiddelen waaronder Cuba lijdt?
Antwoord 1
Ja. De demonstraties richtten zich behalve op de schaarste en het tekort aan medicijnen,
ook op het gebrek aan rechten en vrijheden voor de Cubaanse bevolking.
Vraag 2
Welke invloed heeft het Amerikaanse embargo volgens u op deze twee crises?
Antwoord 2
De Amerikaanse sancties hebben geen betrekking op de export van voedsel, medicijnen
en in beginsel op medische apparatuur vanuit de VS naar Cuba. Naast het Amerikaanse
embargo, zijn vooral het gebrek aan economische hervormingen en de nadelige effecten
van de coronacrisis op het toerisme van invloed op de economische crisis waar Cuba
zich in bevindt. Bovendien speelt daarbij ook de bovengenoemde politieke crisis over
het gebrek aan vrijheden en rechten van de bevolking.
De laatste weken is het aantal COVID-besmettingen op Cuba hard gestegen. De Cubaanse
regering heeft besloten af te zien van het importeren van in het buitenland geproduceerde
COVID-vaccins en heeft zich ook niet ingeschreven voor COVAX. Het vertrouwt op de
eigen (kandidaat-)vaccins.
Vraag 3 en 4
Bezien de Nederlandse positie tégen het economische, commerciële en financiële embargo,
zoals tot uiting komt in de sinds 1992 jaarlijkse stemming over een resolutie hieromtrent
bij de Algemene Vergadering van de VN, welke maatregelen kan Nederland nemen om aan
deze jaarlijks aangenomen resolutie politieke gevolgen te geven?
Is Nederland bereid politieke opvolging te geven aan de aangenomen VN-resoluties door
dergelijke maatregelen te nemen? Waarom wel of waarom niet?
Antwoord 3 en 4
Nederland steunt met andere Europese lidstaten de hier genoemde VN-resolutie. Nederland
en andere EU-lidstaten zijn tegen de onwenselijke gevolgen van de extraterritoriale
werking van sancties van derde landen. Dit is ten aanzien van Cuba specifiek vastgelegd
in de EU-antiboycotverordening (Verordening 2271/96)1. Opvolging hiervan geschiedt voornamelijk in EU-verband, o.a. via de Overeenkomst
inzake Politieke Dialoog en Samenwerking tussen de Europese Unie en haar lidstaten
enerzijds, en de Republiek Cuba anderzijds. Waar relevant worden ook in bilaterale
contacten van Nederland met de VS en Cuba, de Nederlandse bezwaren tegen het embargo
uitgesproken.
Vraag 5
Hebben er, sinds het uitbreken van de coronapandemie, situaties plaatsgevonden waarin
Nederland of in Nederland gevestigde bedrijven op enigerlei wijze hebben bijgedragen
aan het Amerikaanse embargo tegen Cuba? Hoe kan de Nederlandse regering dergelijke
situaties bestrijden, dan wel voorkomen?
Antwoord 5
In de praktijk kan het zo zijn dat bedrijven investeringen in, en transacties met
Cuba vermijden, vanwege mogelijke financiële consequenties. Bij de keuze om geen zaken
te doen met Cuba spelen meerdere factoren mee, zoals commerciële overwegingen en relevante
wet- en regelgeving, waaronder sancties. De Europese antiboycotverordening verbiedt
Europese bedrijven om gevolg te geven aan een aantal specifieke Amerikaanse sancties
tegen Cuba, zoals benoemd in de bijlage daarvan.
Vraag 6
Wat kan Nederland doen om het Cubaanse volk te hulp te schieten bij de crises waarin
het land verkeert? Is Nederland bereid hulp te verlenen aan Cuba? Zo ja, kunt u uitwijden
over welke hulp Nederland bereid is te verstrekken? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Cuba ontvangt geen bilaterale hulp zoals de partnerlanden van de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking.
Nederland draagt echter aanzienlijk bij aan activiteiten van VN-organisaties zoals
de FAO en UNDP en maatschappelijke organisaties, die in Cuba actief zijn. Daarnaast
lopen er in Cuba verschillende EU-programma’s, die zich richten op gezondheidszorg,
klimaat en versterking van lokaal bestuur. Daarmee draagt Nederland indirect bij aan
de hulp aan het Cubaanse volk.
Vraag 7
Bent u bereid om met de Cubaanse regering in gesprek te treden om te bezien waar Nederland
verder te hulp kan schieten om de Cubanen door de moeilijke coronaperiode te helpen?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Als reeds aangegeven, krijgt het Nederlandse Cuba-beleid met name vorm binnen de Europese
Unie en de hierboven genoemde Overeenkomst inzake Politieke Dialoog en Samenwerking.
In het kader van deze overeenkomst worden periodieke dialogen georganiseerd op een
groot aantal terreinen.
Op 29 juni jl. heeft de Europese Unie een Verklaring afgegeven over de situatie in
Cuba na de protesten van 11 juli. Daarin uit de Unie o.a. haar zorgen en wordt de
Cubaanse regering opgeroepen gehoor te geven aan de wensen van het Cubaanse volk voor
meer vrijheid en rechten en voor economische en politieke hervormingen. Ook geeft
de Unie aan klaar te staan om alle inspanningen te leveren ter verbetering van de
levensomstandigheden van Cubanen via bovengenoemde Overeenkomst inzake Politieke Dialoog
en Samenwerking.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.