Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Houwelingen over het dragen van mondkapjes en de mondkapjesverplichting
Vragen van het lid Van Houwelingen (FvD) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het dragen van mondkapjes en de mondkapjesverplichting (ingezonden 23 april 2021).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 28 juni
2021).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de negatieve gevolgen, zowel lichamelijk als psychisch, van
het dragen van mondkapjes, zoals aangetoond in talloze onderzoeken1 en via een kritisch advies van het RIVM (over het gebruik van mondkapjes)? Bent u
bekend met de grote financiële gevolgen van op straat rondslingerende en in het riool
terechtgekomen mondkapjes?2 Bent u bekend met de enorme schade aan natuur en milieu die achteloos weggegooide
mondkapjes opleveren?3 Bent u bekend met de studie4 die laat zien dat na het invoeren van een mondkapjesplicht het aantal doden lijkt
toe in plaats van af te nemen? Vindt u het dragen van mondkapjes gezien al deze onderzoeksresultaten
nog te verantwoorden, gezien ook het RIVM aangeeft dat niet-medische mondkapjes waarschijnlijk
niet of beperkt werken bij het voorkomen van besmettingen? Zou, gezien deze onderzoeksresultaten,
niet zo snel mogelijk een landelijk verbod (in plaats van gebod) op (niet-medische)
mondkapjes moeten worden ingevoerd?
Antwoord 1
Het dragen van mondkapjes levert, in combinatie met andere (basis)maatregelen, een
bijdrage aan het tegengaan van het verspreiden van het Coronavirus. De maatregel van
de mondkapjesplicht is in lijn met algemeen aanvaarde standaarden van de WHO, het
Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC) en een groot aantal andere
landen in de wereld. Daarbij is het van belang dat mensen hun mondkapje op de juiste
wijze dragen. Het RIVM wijst erop dat het correct dragen van mondkapjes nog verbetering
behoeft. Communicatie is erop gericht om mensen te informeren over hoe een mondkapje
op de juiste wijze gedragen zou moeten worden en mensen bewust te maken van het belang
van het goed dragen van mondkapjes.
Het achterlaten van mondkapjes in de natuur of openbare ruimte is onwenselijk. Net
zoals dat is voor ander afval. Als mensen mondkapjes weggooien dan horen deze thuis
bij het restafval en de gewone prullenbakken in de openbare ruimte. Gemeenten en rijksoverheid
attenderen mensen hierop. Er zijn daarom campagnes op gericht, ook vanuit milieuorganisaties.
We blijven hiervoor aandacht vragen.
Op vrijdag 18 juni 2021 heeft het kabinet versoepelingen aangekondigd. Een onderdeel
van de versoepelingen is dat de mondkapjesplicht is aangepast. De mondkapjesplicht
voor publieke binnenruimten vervalt. De mondkapjesplicht blijft op basis van de adviezen
van het OMT wel gelden in het voortgezet onderwijs, het openbaar vervoer, ander bedrijfsmatig
personenvervoer en de luchtvaart.
Vraag 2
Kunt u uitleggen, gezien het feit dat mondkapjes vorig jaar rond deze tijd werden
afgeraden, hoe de mondkapjesplicht uiteindelijk toch tot stand is gekomen?
Antwoord 2
Het kabinet en uw Kamer hebben over de inzet van mondkapjes in het najaar van 2020
verschillende debatten met elkaar gevoerd. De afweging is gemaakt de bijdrage van
het dragen van mondkapjes niet onbenut te laten. In combinatie met een aantal andere
maatregelen kunnen mondkapjes een functie hebben in het tegengaan van verspreiding
van het virus. Het dragen van mondkapjes is, na het aanvankelijke dringende advies,
per december verplicht geworden. Afweging hiervoor is de gewenste duidelijkheid in
de samenleving en de handhaafbaarheid van de maatregel. Het draagvlak voor deze maatregel
en de naleving ervan is hoog gebleken.
Vraag 3
Is het mogelijk dat de verspreiding van het coronavirus op termijn door onbedoelde
gedragseffecten, zoals het met de hand vaker aanraken van mond en neus om het mondkapje
recht te zetten of te verplaatsen, juist wordt bevorderd door het gebruik van mondkapjes?
Indien dit nog onbekend is, bent u bereid dit soort onbedoelde en schadelijke gedragseffecten
door het dragen van mondkapjes te laten onderzoeken?
Antwoord 3
In een eerder stadium heeft het NSCR gekeken naar gedragseffecten van het dragen mondkapjes.
Hieruit bleek dat het dragen van mondkapjes niet zorgt voor onvoorzichtiger gedrag.
Ook bleek niet dat mensen vaker of minder vaak hun gezicht aanraken.
Vraag 4
Vindt u het verstandig om een onderzoek in te stellen naar andere mogelijk nog onbekende
(negatieve) neveneffecten van het dragen van mondkapjes, gezien de snelle adoptie
en het wijdverspreid gebruik van mondkapjes in onze samenleving? Kunt u bijvoorbeeld
onderzoek doen naar de gevaren van het loslaten van vezels van de mondkapjes die vervolgens
ingeademd kunnen worden? Wat zijn de gevaren van de toenemende bacteriële groei op
het mondkapje na langdurig gebruik?
Antwoord 4
Het is belangrijk dat mensen hun mondkapje goed dragen en de adviezen hierover goed
opvolgen. Dat voorkomt eventuele hinder of overlast die met het gebruik gepaard kunnen
gaan. Tegen deze achtergrond is ook een NEN-specificatie gepubliceerd. Langdurig gebruik
van mondkapjes wordt ontraden. Ik zie geen aanleiding voor nader onderzoek naar neveneffecten
en/of de gevaren van bacteriële groei op mondkapjes na langdurig gebruik.
Vraag 5
Kunt u een onderzoek instellen naar de psychologische en sociale effecten van het
dragen van mondkapjes?
Antwoord 5
Ik zie geen meerwaarde in een onderzoek naar psychologische en sociale effecten van
het dragen van mondkapjes. De coronamaatregelen in algemene zin hebben een grote maatschappelijke
en sociale impact. De mondkapjesplicht heeft ook impact op ons leven. Tegelijkertijd
weten we dat het draagvlak voor de maatregel hoog is en dat vertaalt zich ook in een
goede naleving. Dit blijkt uit het gedragsonderzoek van het RIVM (www.rivm.nl/gedragsonderzoek). Mensen die vanwege een beperking of aandoening geen mondkapje kunnen dragen, zijn
uitgezonderd van de plicht. Zij worden hiermee ontzien van fysieke en psychische last.
Vraag 6
Kunt u het RIVM om een (korte) inhoudelijke reactie vragen op het artikel genoemd
in de eerste voetnoot?
Antwoord 6
Het genoemde artikel «Facemasks in the COVID-19 era: A health hypotheses» somt verschillende
studies kort op, zonder deze te vergelijken en opnieuw te analyseren. Het RIVM kan
niet al deze los genoemde en geciteerde studies nader beoordelen. Het huidige standpunt
van het RIVM over de effectiviteit en het gebruik van mondneusmaskers kunt u vinden
op Mondkapjes en handschoenen | RIVM.
Vraag 7
Tot slot, kunt u wellicht een indicatie geven hoeveel procent van het zorgpersoneel
dat uit voorzorg in quarantaine gaat naderhand ook daadwerkelijk besmet bleek te zijn
met het coronavirus?
Antwoord 7
Er is geen landelijke registratie van alle zorgmedewerkers die in quarantaine zijn.
Wel is bekend dat van de zorgmedewerkers die sinds 1 februari 2021 in de GGD-teststraten
getest zijn in het kader van bron- en contactonderzoek (en waarvan een groot deel
in quarantaine zal zijn) ongeveer 6,5% een positieve testuitslag had. Dit is 6,3%
voor ziekenhuismedewerkers, 7,0% voor medewerkers van verpleeg- en verzorgingshuizen
en 6,5% voor overige zorgmedewerkers, zie tabel 18 uit de wekelijkse COVID-19 update
van het RIVM van 27 april.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.