Schriftelijke vragen : Rechterlijk ingrijpen in het waterbeheer.
Vragen van het lid Eppink (JA21) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over rechterlijk ingrijpen in het waterbeheer (ingezonden 11 juni 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten in het Nederlands Dagblad «Na stikstofcrisis vrezen
partijen een watercrisis» en «Waterkwaliteit is tikkende tijdbom» in Trouw?1
Vraag 2
Deelt u de verwachting van Tweede Kamerlid Tjeerd de Groot (D66) en Laura Bromet (GroenLinks)
dat de rechter het land op slot gaat zetten zodat na de stikstofcrisis een watercrisis
over ons heen dreigt te golven met grote economische en maatschappelijke gevolgen?
Vraag 3
Kunt u toezeggen dat u bij het kaart brengen van de juridische aspecten rond de wijze
waarop Nederland uitvoering geeft aan de Kaderrichtlijn Water alles op alles zet om
te voorkomen dat u onverhoopt actiegroepen in de kaart speelt die de uitkomsten van
het onderzoek zullen aangrijpen om rechtszaken te beginnen tegen de Staat?
Vraag 4
Onderkent u dat het verwijzen naar dreigende juridische procedures waarmee actiegroepen
buiten de politieke besluitvorming om bij de rechter hun gelijk kunnen halen opnieuw
aantoont dat het collectieve actierecht (art. 3:305a Burgerlijk Wetboek) dringend
bijstelling behoeft?
Vraag 5
Bent u van oordeel dat het aan het parlement is om uitleg te geven aan en keuzes te
maken met betrekking tot de uitvoering van de Kaderrichtlijn Water en niet aan de
rechter?
Indieners
-
Gericht aan
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Indiener
D.J. Eppink, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.