Schriftelijke vragen : De dood van een lammergier na botsing met een Nederlandse windmolen
Vragen van de leden Vestering en Van Raan (beiden PvdD) aan de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Economische Zaken en Klimaat over de dood van een lammergier na botsing met een Nederlandse windmolen (ingezonden 9 juni 2021).
Vraag 1
Kent u de berichten «Lammergier dood na botsing met Nederlandse windmolen», «Dood
zeldzame lammergier had voorkomen kunnen worden met alarmsysteem» en «De vogels zijn
het haasje»?1 2 3
Vraag 2
Onderschrijft u beiden dat de dood van de lammergier voorkomen had kunnen worden wanneer
de windturbine uitgerust was met een detectiesysteem, aangezien uit onderzoek blijkt
dat het aantal botsingen door cameradetectie met meer dan 80% afneemt?4 Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Kunt u aangeven hoeveel het plaatsen van een (camera)detectiesysteem kost, aangezien
onderzoek aantoont dat de techniek relatief niet zo duur is en het verlies van energieopbrengst
heel beperkt blijft?
Vraag 4
Bent u beiden bereid om middels samenwerking ervoor te zorgen dat alle windturbines
uitgerust worden met één zwarte wiek en een (camera)detectiesysteem, dat ervoor zorgt
dat de wieken automatisch stoppen met draaien als er een grote vogel of vleermuis
in de buurt komt? Zo nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer?
Vraag 5
Klopt het dat het IJsselmeer, een internationaal beschermd natuurgebied, onder andere
vanwege de vogeltrekroutes, als zoekgebied staat aangewezen voor de plaatsing van
windturbines en zonnepanelen als onderdeel van de Regionale Energie Strategie?5
Vraag 6
Klopt het dat de Commissie voor de Milieueffectrapportage de provincie Noord-Holland
heeft gewezen op de mogelijke nadelige gevolgen van windturbines en drijvende zonnepanelen
in het IJsselmeer en dat de Milieueffectrapportage adviseerde eerst een «regio-overstijgende,
cumulatieve analyse» te laten doen? Zo ja, is deze analyse inmiddels uitgevoerd en
wat zijn dan de conclusies? Zo nee, waarom niet, en wat is de stand van zaken rondom
de pilot, die de Minister van Economische Zaken en Klimaat heeft aangevraagd bij Rijkswaterstaat?6
Vraag 7
Onderschrijft u dat het plaatsen van windturbines en zonnepanelen op en rond het IJsselmeer
niet wenselijk kan zijn, aangezien de nadelige gevolgen voor vogels? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 8
Deelt u beiden de mening dat natuurgebieden met beschermde soorten, die negatieve
effecten ondervinden van de turbines, niet zouden mogen worden aangewezen als zoekgebied
voor de plaatsing van windturbines? Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Bent u beiden bereid om in gesprek te gaan met gemeenten en provincies om te onderzoeken
of zoekgebieden met negatieve impact op natuur verplaatst kunnen worden? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 10
Klopt het dat energiebedrijven ontheffingen hebben aangevraagd of verkregen om 175
windturbines in Natura2000- gebied te plaatsen?7 Zo ja, hoeveel ontheffingen zijn al vergeven en op welke grond zijn deze gegeven?
Zo nee, wat is de stand van zaken?
Vraag 11
Klopt het dat energiebedrijven ontheffingen hebben aangevraagd of verkregen om 125
windturbines pal naast beschermde natuurgebieden te plaatsen? Zo ja, hoeveel ontheffingen
zijn al vergeven en op welke grond zijn deze gegeven? Zo nee, wat is de stand van
zaken?
Vraag 12
Is er voor elke vergeven ontheffing onderzoek gedaan naar de aanwezigheid van beschermde
plant- en diersoorten? Zo ja, is voor elke ontheffing geconcludeerd dat kwetsbare
en beschermde diersoorten geen «significante negatieve» effecten zullen ondervinden?
Zo nee, welke beschermde plant- en diersoorten zullen negatieve gevolgen ondergaan
van de plaatsing van windturbines in Natura2000- gebied, graag uitgesplitst per ontheffing?
Hoeveel natuur zal er gecompenseerd moeten worden, graag uitgesplitst per ontheffing?
Vraag 13
Klopt het dat energiebedrijf RWE mogelijk windturbines plaatst op de zeedijk langs
de Eems-Dollard, een internationaal beschermd gebied, waar duizenden vogels leven
en passeren en welke als een internationale trekroute fungeert voor vleermuizen en
vogels?8 Zo ja, wat is de stand van zaken, is er een ontheffing aangevraagd of vergeven?
Vraag 14
Indien een ontheffing is gegeven, op basis van welk onderzoek is geconcludeerd dat
kwetsbare en beschermde diersoorten geen «significante negatieve» effecten zullen
ondervinden? Zo nee, welke beschermde plant- en diersoorten zullen negatieve gevolgen
ondergaan van de plaatsing van windturbines in Natura2000- gebied? Hoeveel natuur
zal er gecompenseerd moeten worden?
Vraag 15
Deelt u beiden het inzicht dat de klimaatopgave, de energietransitie en biodiversiteitsherstel
hand in hand moeten gaan? Zo nee, waarom niet?
Vraag 16
Heeft u een overzicht van alle optionele en geplande windturbines en waar deze liggen
in verhouding tot natuurgebieden en vogeltrekgebieden? Zo nee, waarom niet en bent
u bereid dit overzicht te ontwikkelen en met de Kamer te delen?
Vraag 17
Is er onderzoek gedaan naar de cumulatieve (gestapelde) gevolgen van de plaatsing
van windturbines in en nabij beschermde natuurgebieden op regionale en landelijke
populaties? Zo ja, wat was hiervan het resultaat? Zo nee, waarom niet?
Vraag 18
Bent u beiden bereid om een integrale studie te starten naar de gestapelde effecten
van alle geplande en optionele windturbines voor regio’s en voor het hele land? Zo
nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer?
Vraag 19
Is de Minister van Economische Zaken en Klimaat bereid om te onderzoeken hoe het versterken
van biodiversiteit en natuur meegenomen kan worden bij het vergeven van subsidies
voor windturbines en zonnepanelen? Zo nee, waarom niet?
Indieners
-
Gericht aan
S.A. Blok, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Gericht aan
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
L. Vestering, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
L. van Raan, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.