Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Teunissen en Van Raan over het bericht dat Duitsland haar broeikasgasreductiedoelen gaat aanscherpen
Vragen van de leden Teunissen en Van Raan (beiden PvdD) aan de Ministers van Economische Zaken en Klimaat en van Buitenlandse Zaken over het bericht dat Duitsland haar broeikasgasreductiedoelen gaat aanscherpen (ingezonden 6 mei 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Yeşilgöz-Zegerius (Economische Zaken en Klimaat) (ontvangen
7 juni 2021).
Vraag 1
Kent u het bericht «Germany to hike 2030 CO2 emissions reduction target to 65%»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2, 3 en 4
Klopt het dat Duitsland haar broeikasgasreductiedoel voor 2030 gaat ophogen naar 65
procent ten opzichte van 1990? Zo nee, hoe zit het dan?
Klopt het dat Duitsland een broeikasgasreductiedoel voor 2040 gaat instellen van 88
procent ten opzichte van 1990? Zo nee, hoe zit het dan?
Klopt het dat Duitsland in 2045 «klimaatneutraal» wil zijn? Zo nee, hoe zit het dan?
Antwoord 2, 3 en 4
Het klopt dat Duitsland recent nieuwe klimaatdoelen heeft aangekondigd, met als doel
om in 2045 klimaatneutraal te zijn. Hiervoor zijn ook tussendoelen geformuleerd met
een reductie van 65 procent in 2030 en 88 procent in 2040 ten opzichte van 1990.
Vraag 5
Gelden deze Duitse doelen voor alle broeikasgassen, of enkel voor CO2?
Antwoord 5
De doelen gelden voor alle broeikasgassen die Duitsland uitstoot, waaronder CO2 maar ook andere belangrijke broeikasgassen zoals methaan en lachgas.
Vraag 6
Gelden deze Duitse doelen voor alle sectoren? Zo nee, welke uitzonderingen maakt Duitsland?
Antwoord 6
De recent door Duitsland aangekondigde verscherpingen zijn nu nog beschreven op hoofdlijnen.
Deze zullen komende maanden voor de verschillende sectoren uitgewerkt worden. Zo heeft
het Duitse Bondsministerie voor Milieu, Natuurbescherming en Nucleaire Veiligheid
aangekondigd dat er in ieder geval aanvullende maatregelen verwacht worden op het
vlak van energie, verkeer, industrie, gebouwde omgeving en landbouw.2
Vraag 7
Worden deze Duitse doelen juridisch bindend?
Antwoord 7
Ja.3
Vraag 8
Klopt het dat Duitsland met het ophogen van haar broeikasgasreductiedoelen reageert
op de uitspraak van het Duitse Constitutioneel Hof over de Duitse Klimaatwet die deels
ongrondwettelijk bleek te zijn? Zo nee, hoe zit het dan? Zo ja, kunt u toelichten
wat de onderbouwing is van Duitsland bij de keuze om de uitspraak van het Constitutioneel
Hof over de Duitse Klimaatwet op deze wijze in te vullen?
Antwoord 8
De Duitse overheid reageert met haar herziene klimaatwet inderdaad op de uitspraak
van het Constitutioneel Hof. Belangrijk element in de uitspraak was dat de klimaatwet
in strijd was met de Grondwet, aangezien doeltreffende maatregelen voor de periode
na 2030 ontbreken en dit de toekomstige vrijheid van de veelal jonge aanklagers zou
inperken. De rechter stelt in de uitspraak dat de Duitse regering, in haar rol als
wetgever, met de invoering van de klimaatwet in 2019 niet heeft voldaan aan haar grondwettelijke
plicht om de klagers te beschermen tegen de risico's van de klimaatverandering en
niet heeft voldaan aan de uit artikel 20 van de Grondwet voortvloeiende verplichting
om klimaatmaatregelen te nemen. De bepalingen schuiven onomkeerbaar belangrijke emissiereductielasten
door naar de periode na 2030. Citaat uit het oordeel van het Hof: «De grondwettelijke
klimaatdoelstelling die uit artikel 20a GG (Grundgesetz) voortvloeit, is overeenkomstig
de doelstelling van Parijs nader omschreven als het beperken van de stijging van de
gemiddelde temperatuur wereldwijd tot ruim onder de 2°C en bij voorkeur tot 1,5°C
boven het pre-industriële niveau. Om dit doel te bereiken, zullen de reducties die
na 2030 nog nodig zijn, met steeds grotere snelheid en urgentie moeten worden gerealiseerd.
Deze toekomstige verplichtingen tot emissiereductie hebben gevolgen voor vrijwel elke
vorm van vrijheid, omdat vrijwel alle aspecten van het menselijk leven nog steeds
gepaard gaan met de uitstoot van broeikasgassen en dus potentieel worden bedreigd
door drastische beperkingen na 2030. Daarom had de wetgever voorzorgsmaatregelen moeten
nemen om deze zware lasten te verzachten en zo de door de grondrechten gewaarborgde
vrijheid te vrijwaren. De wettelijke bepalingen over de aanpassing van het reductietraject
voor broeikasgasemissies vanaf 2031 zijn niet toereikend om de noodzakelijke overgang
naar klimaatneutraliteit tijdig te bewerkstelligen. De wetgever moet uiterlijk op
31 december 2022 bepalingen vaststellen waarin gedetailleerder wordt aangegeven hoe
de reductiedoelstellingen voor broeikasgasemissies voor de perioden na 2030 moeten
worden aangepast.»
De Duitse regering heeft als eerste antwoord daarop de Duitse klimaatwet aangepast
en zal de komende tijd met aanvullende maatregelen komen om die nieuwe doelen daadwerkelijk
in te vullen.
Vraag 9 en 10
Erkent u dat Duitsland een stuk sneller reageert op deze uitspraak dan Nederland destijds
deed op de verschillende uitspraken in de Urgenda-zaak? Zo nee, waarom niet?
Kunt u dit verschil in reactiesnelheid verklaren?
Antwoord 9 en 10
Het Nederlandse kabinet reageerde destijds ook kort na de uitspraak van de rechtbank
in Den Haag, door aan te geven uitvoering te zullen geven aan het vonnis. In de jaren
erna heeft het kabinet diverse malen maatregelen aangekondigd die een bijdrage leveren
aan de uitvoering van het vonnis. Duitsland heeft in reactie op het vonnis de doelstelling
voor 2030 en 2050 opgehoogd, en heeft aangekondigd dat zij de bijbehorende maatregelen
komende tijd verder gaan uitwerken. De vergelijking van reactie-termijnen gaat daarom
niet helemaal op.
Vraag 11
Wat is uw reactie op de aangescherpte Duitse broeikasgasreductiedoelen?
Antwoord 11
Nederland heeft zich de afgelopen jaren veelvuldig ingezet voor ambitieus Europees
klimaatbeleid, onder meer via de Europese klimaatkopgroep. Het is een positieve ontwikkeling
als landen ambitie tonen om zich daar ook voor in te zetten.
Vraag 12 en 13
Kunt u aangeven welke Europese landen inmiddels broeikasgasreductiedoelen hebben ingesteld
die, als gevolg van een hoger ambitieniveau, afwijken van de doelen die zijn vastgelegd
in de Europese Klimaatwet? Kunt u hierbij de relevante bijzonderheden benoemen omtrent
afbakening, uitzonderingsgronden en juridische afdwingbaarheid?
Kunt u aangeven welke Europese landen op dit moment – net zoals Duitsland – bezig zijn met concrete aanscherpingen van hun broeikasgasreductiedoelen?
Antwoord 12 en 13
Een aantal landen heeft al aangeven eerder klimaatneutraal te zijn dan 2050, zoals
in de EU is afgesproken. Zweden wil net zoals Duitsland in 20454 klimaatneutraal zijn, Oostenrijk in 20405 en Finland in 2035.6 Ook hebben bovenstaande landen vaak aanvullende tussendoelen voor de periode vóór
2050, zoals Zweden, of worden deze tussendoelen nog vormgegeven, zoals bijvoorbeeld
het geval in Oostenrijk en Finland. Deze doelen moeten daarbij wel nog met beleidsmaatregelen
worden ingevuld.
Daarnaast zullen alle Europese lidstaten in de toekomst ook hun nationale doel voor
2030 moeten aanpassen, op basis van de aangescherpte Europese regelgeving die voorschrijft
dat in de EU ten minste 55% netto emissiereductie moet worden behaald in 2030. Dit
geldt in ieder geval voor de Effort Sharing Regulation (nationaal doel voor de sectoren
landbouw, gebouwde omgeving, mobiliteit en kleine industrie), waarvoor de Europese
Commissie in juli met een aangepast voorstel komt. Tevens moeten alle EU-lidstaten
opereren in lijn met het overeengekomen doel van klimaatneutraliteit voor 2050 in
de Europese klimaatwet.
Vraag 14 en 15
Is het nog steeds uw ambitie om van Nederland een internationale klimaatkoploper te
maken? Zo nee, waarom niet?
Bent u bereid om de Nederlandse broeikasgasreductiedoelen nader aan te scherpen, minstens
in lijn met de huidige Europese klimaatkoplopers? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 14 en 15
Nederland heeft de afgelopen jaren forse stappen gezet op nationaal klimaatbeleid.
Met het sluiten van het Klimaatakkoord en het vaststellen van een emissiedoel van
49% in 2030 behoorde Nederland tot de koplopers in Europa – en het heeft nationaal
beleid ingezet dat op veel punten verder gaat dan Europa op dit moment van ons vraagt.
Nu Europa haar doelstellingen voor 2030 heeft aangepast, zal dit ook consequenties
hebben voor het nationale klimaatbeleid en het Klimaatakkoord. De vraag op welke wijze
we deze opgave doorvertalen en wat de Nederlandse ambitie wordt richting 2030 en 2050
nu Europa ook extra stappen heeft gezet, is aan een volgend kabinet. Om het volgende
kabinet hierop voor te bereiden heeft eerder dit jaar een studiegroep opties in kaart
gebracht om nationaal invulling te geven aan de opgehoogde Europese doelstelling (Kamerstuk
32 813, nr. 664).
Vraag 16
Erkent u dat Nederland de uitstoot van broeikasgassen zo snel mogelijk, zo veel mogelijk
moet terugdringen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 16
In Nederland nemen we onze verantwoordelijkheid om klimaatverandering zoveel als mogelijk
tegen te gaan en zo ons land leefbaar te houden voor de toekomstige generaties: zowel
als het gaat om mitigatie als adaptatie, op een manier die behapbaar en betaalbaar
is voor alle Nederlanders. Daarbij heeft Nederland zich een ambitieus reductiedoel
opgelegd van 49% in 2030, dat ook in de Nederlandse klimaatwet is opgenomen en waar
we via het Klimaatakkoord uitvoering aan geven. Het klimaat is er niet bij gebaat
dat rigoureuze maatregelen worden getroffen, als dit leidt tot zeer hoge kosten en
koolstoflekkage door wegtrekkende bedrijven. Daarom is het ook belangrijk om in internationaal
verband samen op te trekken. Nederland heeft in aanvulling op het eigen reductiedoel
in Europees verband succesvol gepleit voor het in lijn brengen van de Europese klimaatdoelen
met de doelstellingen van de Overeenkomst van Parijs en de aanbevelingen van het IPCC.
Daarom is het kabinet ook blij met de ophoging van het Europese 2030-doel naar ten
minste 55% ten opzichte van 1990. Het kabinet kijkt uit naar het wetgevend pakket
dat de Commissie in juli 2021 zal presenteren, om deze verhoogde ambities te realiseren.
Dat pakket zullen we onder andere beoordelen aan de hand van de wijze waarop dit aansluit
op het Klimaatakkoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.