Schriftelijke vragen : De steeds meer voorkomende ‘nep-sociale huur’ en over de verhoging van de maximaal toegestane verkoopprijs bij sociale koopwoningen
Vragen van het lid Grinwis (ChristenUnie) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de steeds meer voorkomende «nep-sociale huur» en over de verhoging van de maximaal toegestane verkoopprijs bij sociale koopwoningen (ingezonden 1 juni 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met de ontwikkeling dat er steeds meer gemeenten zijn die het aandeel
sociale huur in nieuwe woningbouwontwikkelingen invullen met betaalbare huur door
commerciële partijen die slechts een beperkt aantal jaar (bijvoorbeeld 15 jaar) betaalbaar
blijft?1,
2,
3
Vraag 2
Is dergelijke sociale huur door commerciële partijen wat u betreft gelijkwaardig aan
reguliere sociale huur door toegelaten instellingen? Op welke punten ontstaan verschillen,
bijvoorbeeld met betrekking tot toewijzing (passend toewijzen), toegankelijkheid via
woonruimteverdeelsystemen, aanvangshuren, huurverhogingen, kwaliteit en de duur van
het sociale huurkarakter van betreffende woningen?
Vraag 3
Kunt u schetsen wat de lange-termijn-gevolgen zijn van het invullen van het aandeel
sociale huur met woningen die tijdelijk betaalbaar hoeven te zijn?
Vraag 4
Deelt u de zorg dat indien veelvuldig met tijdelijke betaalbare huur wordt gewerkt,
over een bepaalde periode de betaalbare voorraad begint te verdampen met een groeiende
betaalbaarheidscrisis en een hoger woningtekort tot gevolg?
Vraag 5
Wat kunnen de achterliggende redenen zijn voor gemeenten om niet te kiezen voor structureel
betaalbare huur, maar slechts voor huur die bijvoorbeeld 15 jaar betaalbaar blijft?
Bent u bereid hier bij gemeenten en woningcorporaties navraag naar te doen en uw bevindingen
met de Kamer te delen?
Vraag 6
Kunt u aangeven om welke aantallen «tijdelijke sociale huurwoningen» het inmiddels
gaat per woningmarktregio?
Vraag 7
Spreekt u gemeenten die nauwelijks tot geen sociale huur programmeren hierop aan als
systeemverantwoordelijke Minister? Waarom wel/niet? Als u dat niet doet, doen provincies
dat wel? Hebben de provincies voldoende instrumenten om ervoor te zorgen dat gemeenten
hun fair share – bijvoorbeeld 30% sociale huur bij nieuwbouw – leveren en er zodoende
niet nog grotere verschillen tussen gemeenten ontstaan dan er nu reeds zijn?
Vraag 8
Wat zijn naar uw inschatting zoal de redenen van gemeenten om nauwelijks sociale huur
te programmeren? Wat vindt u daarvan en wat kunt u daaraan doen?
Vraag 9
Hoe staat u er tegenover om in ieder geval in uw communicatie scherper het onderscheid
te maken tussen echte sociale huur door toegelaten instellingen en (tijdelijke) gereguleerde
huur door niet-toegelaten instellingen die niet aan de Woningwet en de huursomwetgeving
– passend toewijzen e.d. – hoeven te voldoen?
Vraag 10
Kunt uitleggen waarom het noodzakelijk was om de grens voor sociale koop met een flinke
sprong van € 125.000 op te trekken voor gemeenten die daar gebruik van willen maken?
Vraag 11
Kunt u inzichtelijk maken welke behoefte u heeft geraamd aan koopwoningen met een
prijs tot € 200.000? En hoeveel tot aan een prijs van € 325.000? In welke regio’s
is die vraag het hoogst en acht u het realistisch dat deze behoefte ook vervuld kan
worden c.q. deze woningen gerealiseerd kunnen worden?
Vraag 12
Hoe zorgt u ervoor dat er in voldoende mate wordt voorzien in die behoefte aan goedkope
koopwoningen?
Vraag 13
Vreest u niet dat een nieuwe bovengrens ook meteen een ondergrens wordt?
Vraag 14
Acht u het gat tussen het benodigde inkomen van € 65.000 voor een woning van € 325.000
en de inkomensgrens van € 20.000 lager niet veel te groot met het oog op de beperkte
voorraad woningen in het middensegment en de grote vraag daarnaar? Welke risico’s
heeft dit voor de doorstroom vanuit de sociale huur? Hoe zorgt u ervoor dat de segmenten
huur en koop in voldoende mate op elkaar aangesloten blijven?
Vraag 15
Hoe zorgt u ervoor dat sociale koopwoningen in nieuwe ontwikkelingen de sociale huurwoningen
niet gaan verdringen?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Pieter Grinwis, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.