Voorstel van wet : Voorstel van wet
35 771 Wijziging van diverse wetten in verband met zwijgbedingen in jeugdzorg, zorg en ondersteuning
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
ARTIKEL IV
ARTIKEL V
Nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo, Wij in overweging genomen hebben, dat het met het oog op openheid over en transparantie
van de kwaliteit van jeugdzorg, zorg en ondersteuning gewenst is te bepalen dat bedingen
die tot geheimhouding van incidenten verplichten, nietig zijn;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Na artikel 4.1.8 van de Jeugdwet wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 4.1.8a
1. In dit artikel wordt verstaan onder:
– incident:
niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van
de jeugdhulp of van de uitvoering van een kinderbeschermingsmaatregel of jeugdreclassering,
en heeft geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade bij de jeugdige
of de ouder;
– contractspartij:
a. jeugdhulpaanbieder, gecertificeerde instelling, bij of voor de jeugdhulpaanbieder
of gecertificeerde instelling werkzame natuurlijke persoon of rechtspersoon, jeugdhulpverlener
of pleegouder;
b. jeugdige, ouder, ouder zonder gezag, voogd, degene die anders dan als ouder samen
met de ouder het gezag over de jeugdige uitoefent, pleegouder, wettelijk vertegenwoordiger
van de jeugdige, curator of mentor van een betrokkene als bedoeld in artikel 7.3.15,
tweede lid, persoon als bedoeld in artikel 7.3.15, derde lid, of nabestaande van een
betrokkene als bedoeld in artikel 7.3.1, tweede lid.
2. Elk beding in een door contractspartijen gesloten overeenkomst dat het recht beperkt
of ontneemt om informatie over een incident openbaar te maken of aan een derde te
verstrekken, is nietig.
3. Het tweede lid is niet van toepassing:
a. voor zover het beding is overeengekomen ter uitvoering van een daartoe strekkend wettelijk
voorschrift;
b. op bedingen die overeengekomen zijn voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding
van dit artikel.
ARTIKEL II
De Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt in de alfabetische volgorde ingevoegd:
– incident:
een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit
van de zorg, en heeft geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade bij
de cliënt;.
2. In het derde lid wordt na «deze wet» ingevoegd «, met uitzondering van artikel 11a,
».
B
Na artikel 11 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 11a
1. In dit artikel wordt verstaan onder contractspartij:
a. zorgaanbieder, instelling als bedoeld in artikel 1, zesde lid, of bij of voor de zorgaanbieder
of instelling werkzame natuurlijke persoon of rechtspersoon;
b. cliënt, vertegenwoordiger van de cliënt of nabestaande van de cliënt.
2. Elk beding in een door contractspartijen gesloten overeenkomst dat het recht beperkt
of ontneemt om informatie over een incident openbaar te maken of aan een derde te
verstrekken, is nietig.
3. Het tweede lid is niet van toepassing:
a. voor zover het beding is overeengekomen ter uitvoering van een daartoe strekkend wettelijk
voorschrift;
b. op bedingen die overeengekomen zijn voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding
van dit artikel.
ARTIKEL III
De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1.1.1, tweede lid, wordt «diens ouder, kind, broer of zus» vervangen door
«diens ouder, kind, broer, zus, grootouder of kleinkind».
B
Na artikel 3.4 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 3.4a
1. In dit artikel wordt verstaan onder:
– incident:
niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van
een voorziening en heeft geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade
bij de cliënt;
– contractspartij:
a. aanbieder, beroepskracht of bij of voor de aanbieder werkzame rechtspersoon;
b. cliënt, vertegenwoordiger van de cliënt of nabestaande van de cliënt.
2. Elk beding in een door contractspartijen gesloten overeenkomst dat het recht beperkt
of ontneemt om informatie over een incident openbaar te maken of aan een derde te
verstrekken, is nietig.
3. Het tweede lid is niet van toepassing:
a. voor zover het beding is overeengekomen ter uitvoering van een daartoe strekkend wettelijk
voorschrift;
b. op bedingen die overeengekomen zijn voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding
van dit artikel.
C
Na artikel 4.2.5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 4.2.5a
1. In dit artikel wordt verstaan onder:
– incident:
niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van
de uitvoering van de taken, bedoeld in artikel 4.1.1, tweede en derde lid, en heeft
geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade bij de betrokkene;
– contractspartij:
a. Veilig Thuis of een bij of voor Veilig Thuis werkzame natuurlijke persoon of rechtspersoon;
b. betrokkene bij een melding van of een adviesaanvraag over huiselijk geweld of kindermishandeling
of een vermoeden daarvan, vertegenwoordiger van de betrokkene of nabestaande van de
betrokkene.
2. Elk beding in een door contractspartijen gesloten overeenkomst dat het recht beperkt
of ontneemt om informatie over een incident openbaar te maken of aan een derde te
verstrekken, is nietig.
3. Het tweede lid is niet van toepassing:
a. voor zover het beding is overeengekomen ter uitvoering van een daartoe strekkend wettelijk
voorschrift;
b. op bedingen die overeengekomen zijn voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding
van dit artikel.
ARTIKEL IV
Indien het bij koninklijke boodschap van 21 januari 2019 ingediende voorstel van wet
tot wijziging van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg in verband met het
creëren van een bevoegdheid voor Onze Minister om een voorgedragen kwaliteitsstandaard
vanwege financiële gevolgen niet in het openbaar register op te nemen (financiële
toetsing voorgedragen kwaliteitsstandaarden) (35 124) tot wet is of wordt verheven en artikel I, onderdeel F, van die wet:
a. eerder in werking treedt of is getreden dan artikel II van deze wet, wordt in artikel
II van deze wet «artikel 11a» telkens vervangen door «artikel 11.0a»;
b. later in werking treedt dan artikel II van deze wet, wordt in de aanhef van artikel
I, onderdeel F, van die wet «artikel 11» vervangen door «artikel 11.0a».
ARTIKEL V
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.