Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Van den Berge en Van Nispen over onderwijs in het gevangeniswezen
Vragen van de leden Van den Berge (GroenLinks) en Van Nispen (SP) aan de Minister voor Rechtsbescherming over onderwijs in het gevangeniswezen (ingezonden 4 februari 2021).
Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 1 maart 2021). Zie ook
            Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1781.
         
Vraag 1
            
Herinnert u zich uw uitspraken over onderwijs in het gevangeniswezen? Klopt het dat
               u toen stelde dat er in de afgelopen jaren niet is bezuinigd op onderwijs in detentie,
               dat in het dagprogramma onveranderd twee uur standaard per week is ingeruimd voor
               onderwijs en dat daarmee aan internationale en Europese normen en afspraken wordt
               voldaan?1
Antwoord 1
            
Ja. Sinds 2015 is hierop niet bezuinigd. De Raad van Europa heeft de zogeheten European Prison Rules (EPR) opgesteld, met onder andere aanbevelingen over onderwijs in detentie.2 Ook de VN heeft aanbevelingen over detentie: de zogenaamde Mandela Rules, voorheen de Beijing Rules. Nederland voldoet hieraan. Onderwijs valt in het dagprogramma onder het aanbod «onderwijs/re-integratie/zingeving»
               (ORZ). Voor ORZ is in totaal 4 uur (in het basisprogramma) per week beschikbaar.
            
Vraag 2
            
Bent u ook van mening dat onderwijs in detentie van groot belang is in het kader van
               de resocialisatie van gedetineerden?
            
Antwoord 2
            
Ja.
Vraag 3
            
Hoe wordt detentieonderwijs momenteel vorm gegeven? Klopt het dat het huidige niveau
               is teruggebracht tot basiseducatie en dat creatieve en muzikale vorming zijn geschrapt?
               Zo ja, waarom? Klopt het dat het huidige onderwijs zich hoofdzakelijk richt op arbeidstoeleiding?
            
Antwoord 3
            
Het onderzoeken van het onderwijs- en arbeidsverleden is een vast onderdeel van de
               Inkomsten-, Screening- en Selectieprocedure. Met aanvullende tests wordt gekeken wat
               een gedetineerde kan én wil: een gedetineerde komt alleen in aanmerking voor onderwijs
               als hij voldoende gemotiveerd is. Gedurende detentie wordt hier steeds naar gekeken.
               Het motiveren van gedetineerden voor onderwijs- en re-integratieactiviteiten gebeurt
               in gesprekken met de mentor en de casemanager. Afspraken over scholing worden opgenomen
               in het detentie & re-integratieplan (D&R plan).
            
Elke gevangenis heeft hetzelfde onderwijsaanbod, met erkende diploma’s. Het aanbod
               van onderwijs in de penitentiaire inrichtingen (PI) bestaat uit basiseducatie (alfabetisering,
               taalonderwijs, rekenen en computervaardigheden), praktijkscholing (als onderdeel van
               arbeid) en zelfstudie. Daarnaast kunnen gedetineerden ook vervolg- en vakopleidingen
               volgen, zoals hout- en metaalbewerking, die onderdeel uitmaken van de penitentiaire
               arbeid. Sinds 2015 maken creatieve en muzikale vormgeving geen deel meer uit van het
               onderwijsaanbod, omdat het niet tot de basiseducatie behoort.
            
Vraag 4
            
Klopt het dat gedetineerden in de praktijk moeten kiezen tussen onderwijs, re-integratie
               en zingeving? Hoeveel gedetineerden kiezen uiteindelijk voor het volgen van onderwijs,
               ten opzichte van de andere curriculumonderdelen re-integratie of zingeving?
            
Antwoord 4
            
Nee, dat klopt niet. De besteding van de uren hangt af van de doelen die in het D&R
               plan worden opgenomen. Er worden geen gegevens bijgehouden over de keus hoeveel uur
               wordt besteed aan onderwijs, re-integratie of zingeving.
            
Vraag 5
            
Klopt het dat in penitentiaire inrichtingen op dit moment geen onderwijs wordt gegeven
               maar dat arbeid gewoon doordraait?
            
Antwoord 5
            
Nee, in alle PI’s is op dit moment aanbod van onderwijs, zoals toegelicht in het antwoord
               op vraag 3.
            
Vraag 6
            
Kunt u voorzien in een overzicht van de penitentiaire inrichtingen die over 2020 erin
               zijn geslaagd om de twee uur onderwijs per week aan te bieden? Klopt het dat veel
               penitentiaire inrichtingen kampen met een onderbezetting aan onderwijzend personeel?
               Zo ja, kunt u aangeven welke penitentiaire inrichtingen niet of onvoldoende gekwalificeerd
               onderwijspersoneel in dienst hebben en welke gevolgen dat heeft voor het nakomen van
               de internationale normen waarvan u zegt dat daaraan wordt voldaan?
            
Antwoord 6
            
Er worden geen gegevens bijgehouden over hoeveel uur wordt besteed aan onderwijs,
               als onderdeel van de beschikbare 4 uur voor ORZ. Voor elke PI worden financiële middelen
               ten behoeve van de inzet van onderwijzend personeel en aanbod van onderwijs beschikbaar
               gesteld. Ik ken geen signalen van inrichtingen zonder of met onvoldoende gekwalificeerd
               onderwijzend personeel. Er wordt voldaan aan de internationale afspraken.
            
Vraag 7
            
Klopt het dat voor onderwijs twee uur per week is ingeruimd in het dagprogramma, terwijl
               voor arbeid in detentie 20 uur per week is ingeboekt? Zo ja, wat vindt u van deze
               verhouding?
            
Antwoord 7
            
Zoals toegelicht in het antwoord op vraag 4 is in het dagprogramma 4 uur per week
               opgenomen voor onderwijs, re-integratie en zingeving. Dit gebeurt doorgaans in twee
               blokken van twee uur. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om, op verzoek van de gedetineerde
               en met instemming van het multidisciplinair overleg (MDO), een aantal uur arbeid te
               vervangen voor onderwijs.
            
Ik acht de verhouding van het aantal uren arbeid en onderwijs passend binnen het basisprogramma.
Vraag 8
            
Deelt u de mening dat het valt te betwijfelen dat de Nederlandse onderwijspraktijk
               voldoet aan internationale normen? Zo ja, welke maatregelen neemt u zich voor om ervoor
               te zorgen dat onderwijs in detentie serieus naar de internationale maatstaven wordt
               vormgegeven? Zo nee, waarom niet?
            
Antwoord 8
            
Nee, ik deel de mening niet. Nederland heeft de aanbevelingen over onderwijs in detentie
               uit de zogeheten European Prison Rules van de Raad van Europa overgenomen en geïmplementeerd in artikel 48 en 49 van de
               Penitentiaire Beginselenwet (Pwb). Het gaat onder meer om het zoveel mogelijk aan
               laten sluiten van onderwijs op de persoonlijke behoeften van gedetineerden, de aanwezigheid
               van bepaalde voorzieningen (zoals een plek om te kunnen sporten en de beschikbaarheid
               van opleidingen specifiek gericht op het aanpakken van taalachterstanden).
            
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.