Schriftelijke vragen : Werkzaamheden onder Europese aanbestedingsregels bij Schiphol
Vragen van het lid Van Weyenberg (D66) aan de ministers van Infrastructuur en Waterstaat, van Financiën en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over werkzaamheden onder Europese aanbestedingsregels bij Schiphol. (ingezonden 19 februari 2021).
Vraag 1
Klopt het dat de beveiliging op Schiphol voor ten minste vier jaar wordt aanbesteed
en er per december 2020 van aanbieder is gewisseld?1
Vraag 2
Klopt het dat de werkzaamheden bij Schiphol op het gebied van beveiliging sterk zijn
teruggelopen door de coronacrisis?
Vraag 3
Wanneer hebben de partijen zich in moeten schrijven voor deze aanbesteding en hoeveel
tijd hebben zij om voldoende mensen te werven als de aanbesteding wordt gegund?
Vraag 4
Klopt het dat het risico voor de teruglopende vraag naar beveiligingsdiensten nu volledig
wordt neergelegd bij deze beveiligingsbedrijven?
Vraag 5
Vindt u de teruglopende vraag horen bij regulier bedrijfsrisico als de aanbesteding
van deze diensten al voor de start van de coronacrisis rond was?
Vraag 6
Klopt het dat deze beveiligingsbedrijven dan geen gebruik kunnen maken van de Tijdelijke
noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW) voor hun personeel, omdat er
geen goede vergelijking te maken is met het voorgaande jaar?
Vraag 7
Zou Schiphol voor het minder gebruikmaken van de beveiligingsdiensten wel van de NOW
gebruik kunnen maken?
Vraag 8
Zou het mogelijk zijn om bedrijven met zulke grote nieuwe aanbestedingen aan te merken
als «startend» en zo wel in aanmerking te laten komen voor de NOW?
Vraag 9
Vormt het niet (gedeeltelijk) doorbetalen van de beveiliging niet een risico op termijn
voor Schiphol, aangezien de tekorten in de beveiliging groot zijn?2
Vraag 10
Deelt u de mening dat Schiphol hier verantwoordelijkheid zou moeten nemen, zeker gezien
het feit dat het een staatsdeelneming betreft?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.P.R.A. van Weyenberg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.