Schriftelijke vragen : De ontheffing van de avondklok voor de jacht op zwijnen en vossen
Vragen van het lid Wassenberg (PvdD) aan de ministers van Justitie en Veiligheid en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de ontheffing van de avondklok voor de jacht op zwijnen en vossen (ingezonden 27 januari 2021).
Vraag 1
Kent u het bericht «Ontheffing van avondklok voor jacht op zwijnen en vossen»?1
Vraag 2
Is het waar dat de Minister van LNV aan provincies en provinciale faunabeheereenheden
gevraagd heeft om «ontheffingen te regelen voor de jacht op zwijnen en vossen»? Zo
nee, is er vergelijkbare communicatie geweest waarop de KNJV (Koninklijke Nederlandse
Jagersvereniging) zich baseert? Zo ja, met welke partijen?
Vraag 3
Beaamt u dat jacht geen uitzonderingsgrond is voor een ontheffing op de avondklok?
Zo ja, wat is dan de wettelijke basis voor deze ontheffingen?
Vraag 4
Kunt u aangeven welk doel gediend is met het verontrusten, bejagen en doden van vossen
en zwijnen gedurende de nachtelijke uren?
Vraag 5
Deelt u de mening dat er gedurende de nachtelijke uren op geen enkele wijze sociale
controle uitgeoefend kan worden op de jacht en dat BOA’s of jachtopzichters niet zelden
in dienst van de jagers zijn?
Vraag 6
Waarom kiest u voor een centrale oproep om ontheffingen af te geven, waar u in andere
gevallen doorgaans kiest voor decentrale verantwoordelijkheden met betrekking tot
de jacht?
Vraag 7
Hoe verhoudt deze oproep zich tot een recente uitspraak van de rechtbank in Den Haag,
die de ontheffing op nachtelijk jagen op vossen heeft verboden in Zuid-Holland?2
Vraag 8
In welke andere Europese landen krijgen jagers ontheffing van coronapreventie, zoals
de avondklok?
Vraag 9
Beaamt u dat het gebruik van lichtbakken, restlichtversterkers, nachtzichtapparatuur
en geluidsdempers in de regel beschouwd wordt als een onwenselijke stropersmethode?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Waarom zouden jagers dieren gemakkelijker kunnen benaderen in het donker dan overdag
en hoe verhoudt die noodzaak zich tot een vermeende overpopulatie?
Vraag 11
Welke invloed heeft nachtelijke bejaging op de verkeersveiligheid en het oversteekgedrag
van opgejaagde dieren, in de randen van de nacht en vroege ochtend?
Vraag 12
Hoe past de door u bepleite ontheffing zich tot het zoveel mogelijk beperken van ontheffingen?
Vraag 13
Is er een formeel of informeel verzoek bij u ingediend waarin gepleit werd voor ontheffing
van de avondklok? Zo ja, van wie was dat verzoek afkomstig en kunt u dat met de Kamer
delen? Zo nee, waardoor werd uw initiatief dan ingegeven?
Vraag 14
Kunt u deze vragen gelet op de urgentie van invoering van de avondklok en het ontheffingenbeleid
binnen een week beantwoorden?
Vraag 15
Bent u bereid deze vragen afzonderlijk van elkaar te beantwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Gericht aan
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
F.P. Wassenberg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.