Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kröger over de export van plasticafval en gesjoemel met recyclingdoelstellingen
Vragen van het lid Kröger (GroenLinks) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de export van plasticafval en gesjoemel met recyclingdoelstellingen (ingezonden 27 oktober 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Van Veldhoven-Van der Meer (Infrastructuur en Waterstaat)
(ontvangen 17 november 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Plasticafval: hoe een Nederlands dropzakje kon eindigen
in een Turkse berm»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoeveel kilo plasticafval is er in 2019 naar Turkije geëxporteerd en hoeveel procent
was dat ten opzichte van de totale hoeveelheid Nederlands plasticafval?
Antwoord 2
Volgens de voorlopige cijfers van het CBS is in 2019 34 kton plastic afval uit Nederland
naar Turkije geëxporteerd. Dat was ongeveer 2% van de totale hoeveelheid plasticafval
in Nederland.
Vraag 3
Klopt het dat export van plasticafval naar Turkije verzesvoudigd is in de laatste
twee jaar? Klopt het ook dat de ILT geen zicht heeft op de hoeveelheid plasticafval
die via Duitsland en België wordt geëxporteerd? Deelt u de mening dat het van groot
belang is om zicht te hebben op wat er met ons plasticafval gebeurt? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 3
De berichtgeving van de NRC toont het belang van goed zicht op de hele verwerkingsketen
van ons afval. In onderstaande tabel ziet u de bij het CBS beschikbare gegevens over
de Nederlandse export van plastic afval naar Turkije.
Totale hoeveelheid export plastic afval van Nederland naar Turkije:
2016
2017
2018
2019
Export plastic afval naar Turkije (in kton)
1,5
5
16
34
Voor het plastic afval, dat op de OESO groene lijst staat, is geen EVOA-kennisgeving
vereist en dit ongevaarlijk afval mag zonder registratie de EU-binnengrenzen passeren.
Voor België en Duitsland gelden dezelfde EVOA-regels als voor Nederland als het gaat
om de export. Pas op het moment dat de EU-buitengrens wordt gepasseerd, is aangifte
bij de douane vereist. Het is aan de douane van de betreffende lidstaat om bij deze
buitengrens toezicht te houden.
Vraag 4
Mag plasticafval niet alleen geëxporteerd worden als het op een milieuverantwoorde
wijze verwerkt kan worden in het land van bestemming? Hoe is het mogelijk dat de export
van niet-recyclebaar plastic dan toch plaatsvindt en dat hierdoor de Turkse vuilnisbelten
en natuur vol liggen met Nederlands plasticafval?
Antwoord 4
Zoals in de antwoorden aan de leden Ziengs (VVD) en Von Martels (CDA) uiteen is gezet,
is export van plastic afval naar Turkije uitsluitend toegestaan ten behoeve van een
«handeling van nuttige toepassing», zijnde recycling of verbranding met energieterugwinning.
De ILT verifieert risicogericht bij de autoriteit in het land van bestemming of de
ontvanger/verwerker over de vereiste vergunningen beschikt. Nederland heeft echter
geen mogelijkheden in Turkije toezicht te houden op de daadwerkelijke nuttige toepassing
ter plaatse. Tevens is er contact tussen de ILT en de Turkse autoriteiten om in samenwerking
te bezien hoe risico’s kunnen worden teruggedrongen. Ook in Turkije scherpt men de
regels aan. Uiteraard betreur ik de door de NRC in beeld gebrachte situatie zeer en
is het onacceptabel dat Nederlands plastic eindigt in een Turkse berm.
Vraag 5
Op welke wijze wordt er op dit moment gecontroleerd of er niet-recyclebaar plastic
wordt geëxporteerd naar landen buiten de EU? Waar liggen de knelpunten en wat doet
u om die knelpunten op te lossen?
Antwoord 5
Zie het antwoord bij vraag 4.
Vraag 6
Hoe kan het dat er weinig zicht is op de afvalstromen van bedrijven, kantoren, supermarkten
en fabrieken die buiten het vergoedingensysteem van het Afvalfonds vallen? Op welke
wijze wordt er toezicht gehouden door de ILT op deze afvalstromen? Deelt u de mening
dat het zorgelijk is dat de afvalmarkt nauwelijks wordt gereguleerd? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 6
Bij de export van plastic afval en het toezicht daarop wordt geen onderscheid gemaakt
tussen bedrijfsafval en via gemeentes ingezameld afval.
Plastic verpakkingen die vrijkomen bij bedrijven, vallen op dit moment nog buiten
de vergoedingenstructuur van de producentenverantwoordelijkheid. Zoals ik aan heb
gegeven in de Kamerbrief Beleidsmaatregelen voor een circulaire verpakkingsketen (Kamerstuk
28 694, nr. 136) ga ik de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid van verpakkingen verbreden
met verpakkingen die bij bedrijven vrijkomen. Daarmee wordt het de verantwoordelijkheid
van de producenten om een gesloten en transparante keten te organiseren en jaarlijks
verslag te doen over de wijze waarop de verpakkingen gerecycled of hergebruikt zijn.
Ook voor deze afvalstromen spreek ik met het Afvalfonds en andere ketenpartijen af
dat deze binnen de EU worden gerecycled en niet naar buiten de EU worden geëxporteerd.
Ik zal dit ook in de verslagleggingsregelgeving opnemen. Ik zie het verbreden van
de producentenverantwoordelijkheid als een deel van de oplossing om deze bedrijfsmatige
afvalstroom beter in het zicht te krijgen.
Vraag 7
Wat vindt u ervan dat Nederland eraan bijdraagt dat de kustlijn bij Adana met een
dagelijkse vervuiling van 31 kilo plasticafval per kilometer volgens het Wereld Natuur
Fonds momenteel de meest verontreinigde kustlijn van het mediterrane gebied is? Deelt
u de mening dat hier zo snel mogelijk iets aan moet gebeuren?
Antwoord 7
Uiteraard betreur ik de door de NRC in beeld gebrachte situatie zeer. Zoals in voorgaande
antwoorden uiteen is gezet, is het exporteren van recyclebaar plastic afval naar Turkije
toegestaan, maar het is vanzelfsprekend niet de bedoeling dat hierdoor elders milieuproblemen
ontstaan. Ik ben van mening dat wij binnen de EU zelf in staat moeten zijn ons eigen
afval op een hoogwaardige manier te verwerken. De berichtgeving van de NRC over de
zeer onwenselijke situatie in Turkije sterkt mij hierin.
Vraag 8
Deelt u de mening dat het onacceptabel is dat landen buiten de EU worden opgezadeld
met ons plasticafval en daar vervolgens niet meer vanaf komen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 8
Ik ben van mening dat wij binnen de EU zelf in staat moeten zijn ons eigen afval op
een hoogwaardige manier te verwerken.
Ik hecht er wel aan te benadrukken dat Nederland afhankelijk is van internationale
regelgeving en verdragen, zoals de EVOA en het Verdrag van Bazel en dat Nederland
deze afspraken niet eenzijdig kan aanscherpen. Echter, wanneer de export van een afvalstroom
binnen geldende internationale regels is toegestaan, en een ontvangend land, zoals
in dit geval Turkije, aangeeft de afvalstroom te willen ontvangen met het beoogde
doel deze te recyclen, dan is er geen mogelijkheid dit transport tegen te houden.
Zoals in bovenstaande antwoorden is uiteengezet, maakt Nederland zich hard voor aanscherping
van de internationale regels en neemt het daartoe initiatief.
Vraag 9
Deelt u de mening dat u verantwoordelijk bent voor de optimale verwerking van onze
afvalstromen in zowel het binnenland als het buitenland en dat u deze rol op dit moment
onvoldoende vervult? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 9
Ik ben verantwoordelijk voor het stellen van de nationale wettelijke kaders voor afvalverwerking,
zoals die zijn opgenomen in de Wet Milieubeheer, het Landelijke Afvalbeheerplan en
verschillende regelingen voor uitgebreide producenten-verantwoordelijkheid, en het
toezicht daarop. Tevens ben ik verantwoordelijk voor de Nederlandse inbreng in internationale
regelgeving en voor het Nederlandse toezicht op die internationale regelgeving. Wanneer
de verwerking van Nederlandse afvalstromen plaatsvindt op manieren die maatschappelijk
als onwenselijk worden gezien, mag van mij worden verwacht dat ik alle mogelijkheden
die ik heb benut om de nationale en internationale wettelijke kaders aan te scherpen
dan wel het toezicht daarop te verbeteren. In het antwoord op voorgaande vragen heb
ik mijn nationale en internationale inzet voor bijvoorbeeld de verdere aanscherping
van de uitgebreide producenten verantwoordelijkheid, van de EVOA en van het Verdrag
van Bazel uiteengezet.
Vraag 10
Deelt u de mening dat er een Europees exportverbod moet komen op plastic afval om
te voorkomen dat er steeds nieuwe wegen worden gezocht om afval buiten Europa te dumpen
en om de recycling binnen Europa te stimuleren?
Antwoord 10
Zoals in de antwoorden op bovenstaande vragen uiteengezet ben ik van mening dat wij
binnen de EU zelf in staat moeten zijn ons eigen afval op een hoogwaardige manier
te verwerken. Ik zet mij ervoor in om internationale regelgeving en verdragen, zoals
de EVOA en het Verdrag van Bazel aan te scherpen. Nederland heeft zich hard gemaakt
voor de aanscherping van de regels voor internationale transporten van plastic afval
onder het Verdrag van Bazel, zodat vanaf 2021 alleen nog schoon en eenvoudig te recyclen
plastic afval als groene lijst afval, dus zonder EVOA-kennisgeving, uit de EU mag
worden geëxporteerd. Ik hecht er wel aan te benadrukken dat Nederland internationale
regelgeving en verdragen niet eenzijdig verder kan aanscherpen. Een volledig exportverbod
voor plastic afval is op dit moment niet haalbaar.
Vraag 11
Bent bekend met het bericht «Verstoppertje spelen met gerecycled plastic»?2
Antwoord 11
Ja.
Vraag 12
Klopt het dat Nederlands plasticafval dat in het buitenland gestort of verbrand wordt
– de meest laagwaardige vormen van verwerking – meetelt in de recyclingstatistieken?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe lang was u zich hier al van bewust en hoe rijmt u
dat met uw circulaire ambities?
Antwoord 12
Nee, alleen plastic afval dat bij een recycler voor recycling wordt aangeboden telt
op dit moment mee als gerecycled. Deze manier van het meten van recycling is op EU-niveau
vastgelegd. Deze meetmethode voor recycling wordt met ingang van 2021 aangescherpt,
mede op aandringen van Nederland. Ik heb uw Kamer hierover in mijn kamerbrief Beleidsmaatregelen
voor een circulaire verpakkingsketen (Kamerstuk 28 694, nr. 136) geïnformeerd. Daarbij heb ik ook inzicht gegeven in de uitval na het huidige meetpunt.
Uw Kamer heeft naar aanleiding van deze brief op 9 oktober 2020 vragen gesteld in
een schriftelijk overleg (Kamerstuk 28 694, nr. 136). Ik zal u de antwoorden op deze vragen parallel doen toekomen.
Vraag 13
Klopt het dat de Nederlandse recyclingstatistieken zijn gebaseerd op het gewicht van
het gesorteerde plasticafval voordat het gerecycled is en dat er na die eerste stap
nog verder gesorteerd wordt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 13
Nederlands plastic afval wordt na inzameling gesorteerd. Bij deze sortering wordt
restafval verwijderd. Voor de recyclingstatistieken worden balen gesorteerd plastic
geteld die voor recycling worden aangeboden. Daarbij wordt gecorrigeerd voor nog in
de balen aanwezig vocht en vuil. Dit huidige meetpunt voor recycling is vastgelegd
in Europese regelgeving.
Het is bekend dat er na dit meetpunt nog uitval van plastic is. Daarom heeft Nederland
ook aangedrongen op het aanscherpen van de EU-meetmethode. In de nieuwe door de EU
aangescherpte manier van meten moet het recyclingpercentage aanvullend gecorrigeerd
worden voor verliezen die er in voorbereiding op het recyclingproces bij de recycler
optreden. Deze nieuwe meetmethode gaat vanaf 2021 in. Ik heb uw Kamer in de Kamerbrief
Beleidsmaatregelen voor een circulaire verpakkingsketen (Kamerstuk 28 694, nr. 136) geïnformeerd over het aanscherpen van de meetmethode. Daarbij heb ik transparant
onderbouwd dat gemeten volgens de nieuwe meetmethode het Nederlandse recycling percentage
voor kunststofverpakkingen tussen de 35 en 39 procent bedraagt.
Vraag 14
Klopt het ook dat er in de gesorteerde balen plastic nog veel vocht en vuil zit, waardoor
het gewicht van gerecycled plastic wordt overschat? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 14
In Nederland wordt ook in de huidige manier van meten gecorrigeerd voor in de balen
aanwezig vocht en vuil.
Vraag 15
Klopt het ook dat Nederland plasticafval exporteert zonder te corrigeren voor alles
wat in het buitenland niet gerecycled wordt? Klopt het dat het geëxporteerde plasticafval
dus altijd als gerecycled materiaal telt, omdat in theorie plasticafval enkel geëxporteerd
mag worden indien het in het land van bestemming gerecycled wordt? Zo nee, waarom
niet? Zo ja, hoe is het mogelijk dat dit wordt meegerekend als er dusdanig weinig
zicht is op wat er met het plasticafval gebeurt in het land van bestemming, zoals
de Turkse casus laat zien?
Antwoord 15
Nederland rapporteert conform de EU-meetmethode plastic afval dat bij een recycler
wordt aangeboden. Ik kan niet toezien op daadwerkelijke recycling in andere landen,
dat is aan de autoriteiten van die landen. Wel verifieert de ILT risicogericht bij
de autoriteit in het land van bestemming of de ontvanger/verwerker over de vereiste
vergunningen beschikt. Ik ben van mening dat het belangrijk is om goed zicht te hebben
op de hele verwerkingsketen van afval en dat wij binnen de EU zelf in staat moeten
zijn ons eigen afval op een hoogwaardige manier te verwerken. Dit was een belangrijke
reden om in te zetten op het aanscherpen van de bestaande indeling van plastic afval
op de groene lijst van de OESO, overeenkomstig de recente aanscherping binnen het
Verdrag van Bazel. De berichtgeving van de NRC over de zeer onwenselijke situatie
in Turkije sterkt mij hierin.
Vraag 16
Deelt u de mening dat het zeer zorgelijk is dat er op deze wijze gesjoemeld wordt
met de recyclingcijfers? Zo nee, waarom niet? Brengen de nieuwe Europese rekenregels
voor plastic verpakkingen hier verandering in of blijft deze praktijk in stand?
Antwoord 16
Het beeld dat er gesjoemeld wordt met recyclingcijfers deel ik niet: de vastgelegde
meetmethode wordt gevolgd. Dat er na het huidige meetpunt nog uitval plaatsvindt,
is al langer bekend. Daarom heb ik er ook in Europa voor gepleit dat de recyclingcijfers
rekening moeten houden met uitval na het huidige meetpunt en een reëel beeld moeten
geven van de hoeveelheid gerecycled plastic die daadwerkelijk in nieuwe producten
wordt toegepast. De aangescherpte nieuwe Europese rekenregels bieden hiervoor een
oplossing.
Vraag 17
Hoe lang wist u al dat er valse claims werden gemaakt en wat gaat u doen om ervoor
te zorgen dat de plasticrecyclingcijfers op orde zijn?
Antwoord 17
De formulering dat er valse claims worden gemaakt, deel ik niet: de vastgelegde meetmethode
wordt gevolgd. Nederland rapporteert conform de EU-meetmethode plastic afval dat bij
een recycler wordt aangeboden. Het is bekend dat er na dit meetpunt nog uitval van
plastic is. Daarom heeft Nederland ook aangedrongen op het aanscherpen van de EU-meetmethode.
In de nieuwe door de EU aangescherpte manier van meten moet het recyclingpercentage
aanvullend gecorrigeerd worden voor verliezen die er in voorbereiding op het recyclingproces
bij de recycler optreden. Deze nieuwe meetmethode gaat vanaf 2021 in. Ik heb uw Kamer
in de Kamerbrief Beleidsmaatregelen voor een circulaire verpakkingsketen (Kamerstuk
28 694, nr. 136) geïnformeerd over het aanscherpen van de meetmethode. Daarbij heb ik transparant
onderbouwd dat gemeten volgens de nieuwe meetmethode het Nederlandse recycling percentage
voor kunststofverpakkingen tussen de 35 en 39 procent bedraagt.
Vraag 18
Hoe kan men vertrouwen hebben in het recyclingbeleid als de cijfers én het toezicht
niet op orde zijn? Op welke wijze gaat u het maatschappelijk draagvlak voor plastic
scheiden – en de circulaire economie in het algemeen – vergroten nu het wantrouwen
groeit?
Antwoord 18
Het kabinet heeft de ambitie dat Nederland in 2050 volledig circulair is. Nederland
zet zich ervoor in op een goede wijze plastic te recyclen en daarover te rapporteren.
Ik ben daarbij ook open over de uitdagingen die de plastic keten nog kent. Ik heb
uw Kamer daar onlangs nog over geïnformeerd in de Kamerbrief Beleidsmaatregelen voor
een circulaire verpakkingsketen (Kamerstuk 28 694, nr. 136). Het beeld dat de recyclingcijfers en het toezicht niet op orde zijn, herken ik
niet. Nederland rapporteert conform de EU-meetmethode plastic afval dat bij een recycler
wordt aangeboden. Het is bekend dat er na dit meetpunt nog uitval van plastic is.
Daarom heeft Nederland ook aangedrongen op het aanscherpen van de EU-meetmethode.
Naar aanleiding van de NRC-berichtgeving hecht ik er waarde aan te benadrukken dat
in de nieuwe manier van meten alleen de hoeveelheid gerecycled plastic die daadwerkelijk
in nieuwe producten wordt toegepast, meetelt. Plastic granulaat dat ongebruikt opgeslagen
wordt, telt in tegenstelling tot wat in de NRC wordt gesteld, in de nieuwe meetmethode
niet mee. Ik zal daarop toezien.
Vraag 19
Wat is uw oordeel over het feit dat het Afvalfonds valse claims maakt over de hoeveelheid
gerecyclede plastic verpakkingen? Bevestigt dat het oordeel van velen dat het fonds
van u te veel vrijheid geniet? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u dit toelichten?
Antwoord 19
Zoals hierboven uiteengezet rapporteert het Afvalfonds conform de bestaande EU-brede
meetmethode. Het beeld dat er valse claims worden gemaakt door het Afvalfonds herken
ik niet en doet mijn inziens ook geen recht aan de inzet van het Afvalfonds om conform
geldende meetmethode, een zo volledig mogelijke rapportage op te stellen. De cijfers
van het Afvalfonds worden door de ILT getoetst. De ILT heeft de afgelopen jaren geen
opmerkingen gemaakt bij de rapportages van het Afvalfonds. Ook Rijkswaterstaat checkt
en gebruikt de cijfers van het Afvalfonds voor de Nederlandse rapportage aan Brussel.
Alhoewel de overheid (of het Afvalfonds) nooit ieder stuk plastic afval tot in detail
kan volgen, is het belangrijk is dat de recyclingcijfers een reëel beeld geven van
de hoeveelheid daadwerkelijk gerecycled plastic. Ik heb in Europa voor gepleit dat
de recyclingcijfers rekening moeten houden met uitval na het huidige meetpunt en een
reëel beeld moeten geven van de hoeveelheid gerecycled plastic die daadwerkelijk in
nieuwe producten wordt toegepast. De aangescherpte nieuwe Europese rekenregels bieden
hiervoor een oplossing.
Nu deze nieuwe meetmethode er ook daadwerkelijk is gekomen, wil dat zeggen dat het
Afvalfonds vanaf 2021 in hun rapportages zal moeten corrigeren voor de verliezen die
na het huidige meetpunt nog plaatsvinden. Ik heb de ministeriële regeling hiervoor
in voorbereiding.
Vraag 20
Klopt het dat een kwart tot de helft van het plasticafval van Nederlandse huishoudens
moeilijk te verwerken is en dat ruwweg een derde de verbrandingsoven in gaat?
Antwoord 20
Al het bij Nederlandse huishoudens ingezamelde plastic verpakkingsafval wordt naar
de sorteerders gebracht waar vocht, vuil en niet recyclebaar restafval worden verwijderd.
Daarna wordt het voor recycling aangeboden. Uit onderzoek naar de nieuwe methode blijkt
dat er daarbij 22 tot 30 procent uitval is.
In EU-verband wordt in het kader van het nieuwe circulaire economie actieplan ingezet
dat in 2030 alle verpakkingen herbruikbaar of recyclebaar zijn. Aanvullend daarop
heb ik afspraken over de beperking van het gebruik van plastic gemaakt in het Nederlandse
en Europese Plastic Pact.
Vraag 21
Heeft u actie ondernomen sinds onderzoekers van de Wageningen Universiteit in december
2019 concludeerden dat de daadwerkelijke recycling van verpakkingen een kwart lager
ligt dan wat er gerapporteerd wordt? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u dat toelichten?
Antwoord 21
Het rapport van de Wageningen Universiteit is in opdracht van het ministerie gemaakt
om de gevolgen van de reeds in EU-regels opgenomen nieuwe meetmethode voor Nederland
in kaart te brengen. Ik heb uw Kamer het rapport doen toekomen, als bijlage bij mijn
Kamerbrief (Kamerstuk 28 694, nr. 136).
Vraag 22
Heeft u actie ondernomen sinds de Algemene Rekenkamer vorig jaar concludeerde dat
het beleid voor preventie en hergebruik van plastics grotendeels ontbreekt en dat
te veel bruikbaar plastic wordt verbrand, omdat alleen verpakkingen worden gerecycled?
Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u dat toelichten en bent u voornemens om de plasticrecyclingdoelen
breder te trekken dan alleen verpakkingen?
Antwoord 22
Op dit moment vindt 40 procent van het plastic dat gebruikt wordt in Nederland zijn
toepassing in verpakkingen en andere eenmalige kunststofproducten. Gezien dit eenmalig
gebruik is de levenscyclus van dit plastic kort en daarmee vormt deze stroom een belangrijk
aandeel van het plastic afval. Mijn beleid is erop gericht preventie en hergebruik
te stimuleren en producenten verantwoordelijk te houden voor de verwerking van het
plastic afval dat ontstaat. In mijn Kamerbrief Beleidsmaatregelen voor een circulaire
verpakkingsketen ben ik ingegaan op het beleid om hergebruik van plastic verpakkingen
verder te stimuleren. Daarnaast volgen uit de Single-Use Plasticsrichtlijn maatregelen
om het gebruik van plastic aan de voorkant af te remmen. Ik wil met nieuwe wetgeving
voor kunststofproducten voor eenmalig gebruik en de implementatie van de Single-Use
Plastics richtlijn vooral inzetten op preventie en het stimuleren van hergebruik.
In het kader van het reduceren van het gebruik van wegwerpproducten overweeg ik verschillende
opties om hergebruik te stimuleren of zelfs verplichten. Ik zal hierop terugkomen
in het kader van de implementatie van de Single-Use Plastics richtlijn en mijn bredere
inzet op het terugdringen van wegwerpplastic.
De overige 60 procent van het plastic wordt met name toegepast in de auto-industrie,
in de elektrotechnische industrie, in de textiel en in de bouw. Voor deze sectoren
wordt ingezet op sector gerichte circulaire beleidsmaatregelen, waaronder ook regelingen
voor uitgebreide producenten verantwoordelijkheid, waarin wordt voorzien in doelstellingen
voor deze stromen.
Vraag 23
Deelt u de mening dat er veel meer moet gebeuren om deze grote problemen bij de bron
aan te pakken door de plasticproductie en -consumptie drastisch omlaag te brengen
en door verplicht te stellen dat alle overige plastic verpakkingen en producten altijd
recyclebaar zijn? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn gaat
u hier echt werk van maken?
Antwoord 23
In mijn Kamerbrief Beleidsmaatregelen voor een circulaire verpakkingsketen, ben ik
ingegaan op het beleid om hergebruik van plastic verpakkingen verder te stimuleren.
Daarnaast volgen uit de Single-Use Plastics richtlijn maatregelen om het gebruik van
plastic aan de voorkant af te remmen. In EU-verband wordt in het kader van het nieuwe
circulaire economie actieplan ingezet dat in 2030 alle verpakkingen herbruikbaar of
recyclebaar zijn. Aanvullend daarop heb ik afspraken over de beperking van het gebruik
van plastic gemaakt in het Nederlandse en Europese Plastic Pact.
Vraag 24
Ben u voorstander van een fundamentele aanpassing van de essentiële eisen in de Europese
PPWD-richtlijn om ervoor te zorgen dat circulair ontwerp van verpakkingen de norm
wordt?
Antwoord 24
Ja. Daarover heb ik uw Kamer geïnformeerd in de Kamerbrief (Kamerstuk 28 694, nr. 136). Nederland sluit zich tevens aan bij de EU inzet de essentiële eisen zo aan te scherpen
dat uiterlijk in 2030 alle verpakkingen recyclebaar of herbruikbaar zijn.
Vraag 25
Wilt u deze vragen beantwoorden voor de begrotingsbehandeling van Infrastructuur en
Waterstaat?
Antwoord 25
Bij deze heb ik aan uw verzoek voldaan.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.