Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Gijs van Dijk over het bericht '181.000 banen weg bij bedrijven die coronasteun kregen'
Vragen van het lid Gijs van Dijk (PvdA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht «181.000 banen weg bij bedrijven die coronasteun kregen» (ingezonden 7 oktober 2020).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 13 november
2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «181.000 banen weg bij bedrijven die coronasteun kregen»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Vindt u het ook bevreemdend dat, ondanks de harde garantie van geen ontslagen bij
de aanvraag van de Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW1), er toch tienduizenden
mensen nu werkloos op straat staan?
Antwoord 2
Het doel van het eerste steunpakket was om banen en inkomens zoveel mogelijk te beschermen
en de ergste klap op te vangen. Vanaf het late voorjaar zien we desalniettemin dat
de werkloosheid oploopt en dat banen verloren gaan. In die zin is dit cijfer van baanverlies
niet nieuw. De NOW 1 is zo vormgegeven dat bedrijven waarbij de loonsom daalt, gekort
worden op hun subsidie. Een loonsomdaling kan bijvoorbeeld komen doordat mensen met
pensioen gaan, doordat tijdelijke contracten niet worden verlengd of doordat mensen
worden ontslagen.
Bedrijven hebben tot nu toe alleen een voorschot van de subsidie ontvangen. Vanaf
7 oktober jl. kunnen bedrijven hun aanvraag indienen voor de vaststelling van de NOW
1-subsidie. Hier wordt gecheckt of bedrijven hebben voldaan aan de verplichtingen
en of de loonsom is gedaald. Als bedrijven niet voldoen aan de verplichtingen of als
de loonsom is gedaald, wordt het voorschot teruggevorderd en indien nodig, worden
er boetes uitgedeeld. Eind november zal UWV de eerste beschikkingen gaan versturen.
Vraag 3
Bent u, achteraf gezien, van mening dat, met de enorme toename van het aantal werklozen,
de vormgeving NOW 1 niet afdoende is geweest?
Antwoord 3
Nee. Tijdens het eerste noodpakket heeft het kabinet ruim 3 miljoen werkenden beschermd,
waarvan de NOW 2,6 miljoen werkenden heeft beschermd. Dat is meer dan één op de drie
werkenden in Nederland.
Vraag 4
Welke lessen trekt u uit deze zorgwekkende cijfers? Is het bijvoorbeeld wel zo verstandig
om de steun aan bedrijven nu al te versoberen? Bent u niet bevreesd dat door het schrappen
van de ontslagboete er nog veel meer mensen op straat komen te staan?
Antwoord 4
De overheid kan niet alles opvangen. Naarmate de crisis langer duurt, moeten bedrijven
zich ook gaan aanpassen aan de nieuwe realiteit. Juist om ervoor te zorgen dat het
bedrijf toekomst houdt en dat er zoveel mogelijk banen behouden blijven.
Vraag 5
Bent u, met deze kennis over de toename van het aantal werklozen, bereid om dwingendere
eisen te stellen aan bedrijven die nu coronasteun (NOW3) ontvangen?
Antwoord 5
Nee, met de inspanningsverplichting die ik heb opgenomen in de NOW3 waarbij ik tegemoet
kom aan de motie Asscher, moeten werkgevers zich inspannen om werknemers die zij willen
ontslaan te begeleiden van werk naar werk. Dit voorkomt als het goed is ook werkloosheid.
Vraag 6
Deelt u de mening dat, achteraf gezien, de voorwaarden voor het vangnet voor flexwerkers
de Tijdelijke Overbruggingsregeling voor Flexibele Arbeidskrachten (TOFA) te streng
waren?
Antwoord 6
Zoals aangegeven in mijn brief van 20 mei jongstleden was de TOFA een eenvoudige,
robuuste en generiek uitvoerbare regeling. Dat was de enige manier om op korte termijn
flexkrachten tegemoet te komen en aan de wens van uw Kamer te voldoen. Ik heb destijds
aangegeven dat de simpele vormgeving de selectie van mensen die in aanmerking zouden
kunnen komen tamelijk willekeurig maakte. Er zullen mensen TOFA hebben ontvangen die
de tegemoetkoming eigenlijk niet nodig hadden en er zullen mensen geen TOFA hebben
ontvangen die de tegemoetkoming juist wel nodig hadden. Met soepelere voorwaarden
zouden beiden groepen groter zijn geweest.
Vraag 7
Bent u ook van mening dat, naast de Werkloosheidsuitkering (WW-uitkering) en bijstandsuitkering,
er een extra vangnet moet komen voor mensen die nu geen werk meer hebben en wel ondersteuning
nodig hebben? Bent u bereid om nogmaals te onderzoeken hoe de groep flexwerkers die
nu geen baan en ook geen recht op een WW-uitkering of bijstandsuitkering heeft te
ondersteunen?
Antwoord 7
Met de WW en de bijstand kennen we gelukkig een goed sociaal vangnet. Indien er geen
recht bestaat op WW, komt iemand mogelijk wel in aanmerking voor bijstand. Is dat
niet het geval, dan betekent dat dat er andere middelen zijn om van rond te komen.
Het kabinet wil, gegeven het relatief beperkte gebruik van de TOFA en het beslag daarvan
op de capaciteit van UWV, vol inzetten op van werk-naar werk en op de dienstverlening
van UWV en gemeenten voor mensen die werkloos zijn geworden.
Vraag 8
Bent u tevens bereid om aanvullende maatregelen te nemen om al die duizenden werknemers
die in de periode maart tot en met mei 2020 werkloos zijn geworden ondersteuning naar
ander werk aan te bieden? Bent u bijvoorbeeld bereid om via gemeenten, en daarvoor
ook budget beschikbaar te stellen, alle jongeren die bij hen aankloppen binnen 3 maanden
een leerwerkaanbod te geven?
Antwoord 8
Als onderdeel van het steun- en herstelpakket zet het kabinet in op investeringen
om werkgelegenheid te behouden en te creëren. Hiervoor is € 1,4 miljard gereserveerd.
Door meer te investeren in de dienstverlening door UWV en gemeenten wordt er met dit
pakket o.a. ingezet op ondersteuning en begeleiding naar nieuw werk en de bestrijding
van jeugdwerkloosheid. Hiermee kunnen zij de hogere instroom in de werkloosheidsuitkeringen
opvangen.
Daarnaast investeert het kabinet in regionale mobiliteitsteams. De regionale mobiliteitsteams
zijn netwerken van sociale partners, UWV en gemeenten, die samenwerken bij de inzet
van dienstverlening en het matchen van vraag en aanbod. Werkenden en werkzoekenden
die aanvullend op regulier beschikbare dienstverlening meer ondersteuning nodig hebben
kunnen vroegtijdig bij een «loket» terecht voor integrale dienstverlening. Van deze
dienstverlening kunnen ook jongeren die werkloos zijn of worden gebruik maken. In
aanvulling hierop voorziet het kabinet als onderdeel van de aanpak jeugdwerkloosheid
in het ondersteunen naar vervolgonderwijs of werk van kwetsbare schoolverlaters.
Met deze maatregelen ben ik van mening dat er niet meer aanvullende maatregelen nodig
zijn om ondersteuning te bieden.
Vraag 9
Kunt u een uitsplitsing maken per contractvorm van de mensen die, ondanks dat hun
bedrijf coronasteun kreeg, nu toch werkloos zijn? Hoeveel van deze tienduizenden mensen
hadden een vast contract of een andersoortig contract waarbij ontslag dient te worden
aangevraagd?
Antwoord 9
In het artikel waar naar verwezen wordt is gebruik gemaakt van cijfers die bij CBS
afkomstig zijn. Voor de beantwoording van deze vragen heb ik UWV gevraagd om na te
gaan bij hoeveel bedrijven die NOW-subsidie hebben ontvangen dienstverbanden zijn
beëindigd. Ook heeft UWV onderzocht welk type contract deze mensen hadden. Hier wil
ik wel bij benadrukken, dat de cijfers van het CBS niet door UWV gereconstrueerd konden
worden omdat de definitie die CBS hanteerde niet op die manier geregistreerd wordt
door UWV. De genoemde aantallen zijn dus geen 1-op-1 vertaling van de 181.000 genoemde
werklozen door het CBS.
Aan de hand van de polisadministratie heeft UWV gekeken naar de inkomstenverhoudingen
(IKV’s) over de periode maart t/m mei 2020, waarbij beëindigde inkomstenverhoudingen
niet per definitie gelijk staat aan ontslag of werkloos worden. Het kan o.a. ook te
maken hebben met natuurlijke uitstroom vanwege het bereiken van de AOW-leeftijd, of
dat iemand van baan verandert.
Op basis van de polisadministratie is er in de periode maart tot en met mei sprake
geweest van 262.878 beëindigde IKV’s bij bedrijven die een voorschot hebben ontvangen
op basis van de NOW 1. In dit aantal gaat het om beëindigde IKV’s van werknemers jonger
dan de AOW-leeftijd. Van deze groep stroomden 47.050 personen de WW in. 39.793 hiervan
hadden een contract voor bepaalde tijd. 7.257 een contract voor onbepaalde tijd. Voor
de overige 215.000 beëindigde IKV’s is niet bekend of zij nu werkloos zijn of bijvoorbeeld
zijn doorgestroomd naar een nieuwe baan.
Vraag 10
Hoeveel ontslagvragen zijn er in de periode maart tot en met mei 2020 bij het Uitvoeringsinstituut
Werknemersverzekeringen (UWV) aangemeld? Hoeveel daarvan waren van bedrijven die coronasteun
ontvingen?
Antwoord 10
Het totale aantal ontslagaanvragen bij UWV in de periode maart tot en met mei bedraagt
5.611, waarbij het in 4.785 gevallen gaat om bedrijfseconomisch ontslag. Hiervan zijn
er 4.127 aanvragen gedaan na 18 maart, de datum dat het steunpakket werd aangekondigd.
Afgezet tegen de lijst van werkgevers die de NOW1 hebben aangevraagd, hebben 463 unieke
werkgevers een voorschot van de NOW-subsidie ontvangen, en tegelijkertijd bedrijfseconomisch
ontslag aangevraagd voor 1.249 werknemers.
Vraag 11
Hoeveel ontslagboetes zijn er inmiddels al uitgedeeld? Kunt u hiervan een uitsplitsing
maken naar sector, bedrijfsgrootte en hoogte van ontslagboete?
Antwoord 11
Er zijn nog geen boetes uitgedeeld. Als werkgevers een NOW-voorschot hebben ontvangen,
en niet aan de verplichtingen hebben voldaan, zal dit bij de vaststelling blijken
en wordt het voorschot teruggevorderd en zo nodig, boetes uitgedeeld. UWV stelt de
eerste beschikkingen vanaf eind november vast.
Vraag 12
Hoe verklaart u de enorme aanvragen voor NOW en tevens de enorme aantallen werklozen
vanuit de uitzendsector?
Antwoord 12
De uitzendsector is een grote sector in Nederland, waar veel mensen in werkzaam zijn.
Daardoor vind ik het niet bij voorbaat raar dat er, vergeleken met andere sectoren,
meer mensen werkloos worden in de uitzendsector. Waarschijnlijk speelt het uitzendbeding
hier ook een rol.
Vraag 13
Maakt u zich ook zorgen dat uitzendbureaus mogelijk misbruik hebben gemaakt van de
NOW-regeling doordat zij de loonsom in stand kunnen houden door te rouleren van mensen,
waarbij er dus mensen worden ontslagen met behoud van subsidie?
Antwoord 13
Ik heb uw Kamer eerder geïnformeerd dat door de snelheid waarmee de NOW-regeling tot
stand is gekomen, er risico is op misbruik en oneigenlijk gebruik. Desondanks ben
ik me bewust van mogelijke misbruikrisico’s, waaronder ook een dergelijk risico zoals
in de vraag wordt beschreven. Ik doe, samen met UWV en de Inspectie SZW, mijn best
deze risico’s te beheersen en mogelijk misbruik op te sporen.
Vraag 14
Bent u bereid een apart onderzoek te doen naar de uitzendbranche, vanwege de veelheid
aan NOW-aanvragen en tevens hoge aantallen werklozen uit die sector?
Antwoord 14
Nee. Zie verder vraag 13.
Vraag 15
Kunt u aangeven hoeveel van deze 181.000 mensen in de WW of in de bijstand zijn beland?
Antwoord 15
Nee, vanwege de definitieverschillen in de cijfers (zoals aangegeven bij vraag2 kan geen directe koppeling gemaakt worden voor wat betreft de instroom in de bijstand.
Er kan wel een koppeling gemaakt worden met de cijfers over de WW instroom. Zoals
bij vraag 9 aangegeven zijn volgens berekeningen van het UWV 47.050 mensen ingestroomd
in de WW, waarvan hun (voormalig) werkgevers een voorschot op de NOW-subsidie hebben
ontvangen.
Vraag 16
Hoeveel van deze mensen zijn via hun oude werkgever naar ander werk geleid?
Antwoord 16
Dit is onbekend.
Vraag 17
Kunt u deze vragen beantwoorden voor het eerstvolgende coronadebat?
Antwoord 17
Hierbij heb ik de vragen beantwoord.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.