Amendement : Amendement van het lid Nijboer over afwaarderen van onrendabele investeringen door woningcorporaties naar een lagere bedrijfswaarde
35 572 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2021)
Nr. 32
AMENDEMENT VAN HET LID NIJBOER
Ontvangen 9 november 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel XXV wordt voor onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:
0A
Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het zesde tot en met vijftiende lid tot zevende tot en met
zestiende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
6. In afwijking van artikel 3.29c van de Wet inkomstenbelasting 2001, kunnen omstandigheden
die reeds bekend zijn ten tijde van het investeren in sociale huurwoningen door verenigingen
en stichtingen die op de voet van de Woningwet bij koninklijk besluit zijn toegelaten
als instellingen die in het belang van de volkshuisvesting werkzaam zijn aanleiding
zijn voor een afwaardering naar lagere bedrijfswaarde. Onder een sociale huurwoning
wordt verstaan een in Nederland gelegen voor de verhuur bestemde woning die ingevolge
artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken als één onroerende zaak wordt aangemerkt
en waarvan de huurprijs niet hoger is dan het bedrag, genoemd in artikel 13, eerste
lid, onderdeel a, van de Wet op de huurtoeslag.
2. In het twaalfde lid (nieuw) wordt «achtste lid» vervangen door «negende lid».
II
In artikel XXV wordt na onderdeel E een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ea
In artikel 18, eerste lid, wordt «artikel 8, eerste tot en met het achtste, elfde
en dertiende lid» vervangen door «artikel 8, eerste tot en met negende, twaalfde en
veertiende lid».
III
In artikel XLII, eerste lid, wordt, onder verlettering van de onderdelen c tot en
met j tot d tot en met k, een onderdeel ingevoegd, luidende:
c. artikel XXV, onderdeel 0A, voor het eerst toepassing vindt met betrekking tot investeringen
die zijn gedaan na 31 december 2020;.
Toelichting
Dit amendement voegt een lid toe aan artikel 8 van de Wet op de vennootschapsbelasting
1969 (Wet Vpb 1969). Door de toevoeging krijgen verenigingen en stichtingen die op
de voet van de Woningwet bij koninklijk besluit zijn toegelaten als instellingen die
in het belang van de volkshuisvesting werkzaam zijn (woningcorporaties) de mogelijkheid
de vanaf 1 januari 2021 gedane investeringen in een sociale huurwoning die bij voorbaat
voorzienbaar onrendabel zijn af te waarderen naar lagere bedrijfswaarde als deze omstandigheden
ten tijde van de investering reeds bekend waren.
Het aanpassen van artikel 8 Wet Vpb 1969 leidt tot een budgettaire derving van € 456
miljoen in 2021 en 437 miljoen in 2022 aflopend naar een structurele derving van nul.
Deze reeks vertegenwoordigt een derving van € 134 miljoen per jaar in netto-contante-waarde.
2021
2022
2023
2024
Struc
Aftrekmogelijkheid onrendabele top woningcorporaties
– 456
– 437
– 418
– 399
0
Nijboer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H. Nijboer, Tweede Kamerlid