Schriftelijke vragen : De stikstofcrisis en het gebrekkig toezicht op en handhaving van dieraantallen en natuurvergunningen
Vragen van het lid Wassenberg (PvdD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de stikstofcrisis en het gebrekkig toezicht op en handhaving van dieraantallen en natuurvergunningen (ingezonden 11 september 2020).
Vraag 1
Kent u de berichten «De cijfers zijn wat diffuus», «Toezicht op veehouderij rammelt»
en «Ten koste van mens en milieu»?1, 2, 3
Vraag 2
Kunt u bevest
igen dat u verantwoordelijk bent voor de landelijke natuurkwaliteit en erkent u dat
de verschillende aspecten van de stikstofcrisis (waaronder natuurbehoud, de stikstofuitstoot
van verschillende sectoren en het toezicht op overtredingen op de Wet natuurbescherming)
onder uw verantwoordelijkheid vallen?
Vraag 3
Kunt u bevestigen dat een derde van de onderzochte veehouders meer stikstof uitstootte
dan waar zij een vergunning voor hadden (soms tot wel vijf keer zo veel)? Zo ja, wat
is uw reactie daarop?4
Vraag 4
Kunt u bevestigen dat in bijna de helft van de onderzochte gemeenten boeren zelf maar
half zo veel dieren opgeven bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) dan
waarvoor vergunningen zijn uitgegeven?
Vraag 5
Kunt u bevestigen dat woordvoerders van de Omgevingsdienst Twente, het Centraal Bureau
voor de Statistiek (CBS) en het Openbaar Ministerie (OM) stellen dat een verschil
van 50% tussen de dieraantallen en de vergunning in werkelijkheid nauwelijks voorkomt
en dus kan duiden op fraude? Zo ja, wat is uw reactie daarop?
Vraag 6
Kunt u bevestigen dat er voor veehouders een perverse prikkel bestaat om te frauderen
bij het doorgeven van de dieraantallen aan RVO, omdat bij minder dieren minder dierrechten
betaald hoeven te worden, terwijl de pakkans zeer klein is? Zo ja, wat is uw reactie
daarop?
Vraag 7
Kunt u bevestigen dat de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) jaarlijks
gemiddeld slechts 2% van de veehouderijen inspecteert? Hoe beoordeelt u dat in het
licht dat een woordvoerder van het OM stelt «overspoeld» te worden met signalen van
fraude?5
Vraag 8
Heeft u gezien dat de NVWA in 2019 een nulmeting heeft uitgevoerd in de vleeskuikensector
om te controleren in hoeverre deze sector zich aan de regels houdt?6
Vraag 9
Heeft u gezien dat van de inspecties bij bedrijven met een regulier vleeskuikenras
slechts 43% akkoord was, wat inhoudt dat 57% van de onderzochte bedrijven zich niet
aan de dierenwelzijnswetgeving houdt?
Vraag 10
Heeft u gezien dat een van de meest voorkomende overtredingen die daarbij werd aangetroffen
was dat er meer dieren werden gehouden dan de toegestane 18 tot 21 vleeskuikens per
vierkante meter? Hoe beoordeelt u deze resultaten?
Vraag 11
Is bij deze inspecties in de vleeskuikensector ook gecontroleerd of er niet meer dieren
werden gehouden dan opgegeven bij de RVO, of waarvoor de houder dierrechten bezat?
Zo ja, wat waren hiervan de resultaten? Zo nee, waarom niet?
Vraag 12
Kunt u bevestigen dat de modellen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
(RIVM) voor het berekenen van de stikstofuitstoot grotendeels gebaseerd zijn op het
aantal dieren dat de boeren zelf bij de RVO opgeven? Zo ja, hoe beoordeelt u dat in
het licht dat hier eenvoudig mee kan worden gefraudeerd?
Vraag 13
Is het waar dat aanvragers van natuurvergunningen in de praktijk kunnen kiezen wie
het bevoegd gezag is: de gemeente (wanneer het onderdeel «natuur» wordt opgenomen
in de omgevingsvergunning) of de provincie (wanneer het om een aparte vergunning op
basis van de Wet natuurbescherming gaat)? Zo ja, kunt u uitleggen waarom deze constructie
bestaat en of u dit wenselijk vindt?
Vraag 14
Kunt u bevestigen dat het mogelijk is dat een bedrijf wel een omgevingsvergunning
aanvraagt en krijgt, maar geen natuurvergunning aanvraagt? Welke instantie ziet er
actief op toe dat een bedrijf een natuurvergunning aanvraagt wanneer deze nodig is?
Vraag 15
Kunt u bevestigen dat als gevolg van deze constructie provincies geen compleet beeld
hebben van het aantal veehouderijen binnen de provincie en daarmee van de stikstofuitstoot?
Vraag 16
Beaamt u dat zelfs wanneer provincies de gegevens van alle natuurvergunningen zouden
hebben, dit nog geen zeker beeld geeft van de werkelijke stikstofuitstoot, omdat een
aanzienlijk deel van de veehouderijen meer uitstoot dan vergund?
Vraag 17
Op welke manier hebben provincies zicht op de totale stikstofuitstoot en -depositie
in hun provincie, wanneer zij niet het bevoegd gezag zijn over alle uitgegeven natuurvergunningen
en deze bovendien nauwelijks controleren en handhaven?
Vraag 18
Hoe kunnen provincies en het Rijk sturen op de stikstofuitstoot en -depositie wanneer
deze cijfers niet centraal geregistreerd en gecontroleerd worden?
Vraag 19
Deelt u de mening dat het in het kader van de stikstofcrisis ontoelaatbaar is dat
de aanvraagprocedure en de registratie van natuurvergunningen, alsmede het toezicht
erop, niet eenduidig en centraal georganiseerd is? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat
gaat u hieraan veranderen?
Vraag 20
Hoe kunnen provincies en het Rijk bepalen hoeveel «stikstofruimte» er te vergeven
is voor vergunningen, wanneer de werkelijke stikstofuitstoot zo ver af kan liggen
van de uitstootgegevens in vergunningen?
Vraag 21
Kunt u bevestigen dat in Noord-Brabant tot eind 2020 het project Intensivering Toezicht
veehouderijen (ITV) loopt, met als doel om binnen drie jaar alle veehouderijen binnen
de deelnemende gemeentes minstens één keer gecontroleerd te hebben op milieu en natuurregelgeving?
Vraag 22
Kunt u bevestigen dat bij deze ITV tot nu toe bij 53% van de gecontroleerde veehouderijen
minstens één natuur- of milieuovertreding is geconstateerd? Zo ja, hoe beoordeelt
u deze bevinding?7
Vraag 23
Zijn er andere provincies met vergelijkbare projecten als de ITV? Zo ja, welke?
Vraag 24
Wat is het vervolg op de ITV in Noord-Brabant na 2020, wanneer het project afloopt?
Vraag 25
Met welke frequentie worden veehouderijen – waar geen speciaal project zoals de ITV
loopt – landelijk gemiddeld gecontroleerd op natuur-, milieu en dierenwelzijnsregelgeving?
Vindt u dat voldoende?
Vraag 26
Deelt u de mening dat het in de huidige stikstofcrisis noodzakelijk is dat ieder bedrijf
dat stikstofdepositie veroorzaakt minstens eens per drie jaar gecontroleerd wordt
op de natuurvergunning en het aantal dieren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u een
dergelijke minimumeis stellen aan provincies voor het toezicht op natuurvergunningen
en dierrechten?
Indieners
-
Gericht aan
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Indiener
F.P. Wassenberg, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.