Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van lid Wiersma over het bericht 'Gegevens van alumni, donateurs en relaties Universiteit Utrecht in handen van hackers’
Vragen van het lid Wiersma (VVD) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Gegevens van alumni, donateurs en relaties Universiteit Utrecht in handen van hackers» (ingezonden 14 augustus 2020).
Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen
7 september 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het data-veiligheidsincident bij leverancier Blackbaud, waar in
ieder geval alumni, donateurs en relaties van Universiteit Utrecht en TU Delft door
zijn getroffen?1, 2
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2 t/m 7
Welke gegevens zijn er precies buitgemaakt bij de datalek die veroorzaakt is door
de aanval op Blackbaud? Op welke manier hebben Universiteit Utrecht en TU Delft inmiddels
de gedupeerden geïnformeerd over het datalek, waardoor gegevens van alumni, donateurs
en relaties op straat zijn komen te liggen?
Welke garantie hebben Universiteit Utrecht en TU Delft gekregen dat de buitgemaakte
gegevens daadwerkelijk zijn vernietigd, nadat Blackbaud losgeld heeft betaald aan
de internetcriminelen? Op welke manier kunnen de getroffen alumni, donateurs en relaties
dit controleren?
Waarop baseert de Universiteit Utrecht «de schatting van de waarschijnlijkheid van
eventuele risico’s voor de privacy van betrokkenen momenteel in als laag»?3 Is het niet zo dat door de aanval privacygevoelige data al lang op straat liggen,
dus dat lage schatting van de risico’s nergens op gebaseerd is?
Klopt het dat op 17 juli 2020 de datadiefstal al bekend was en dat op 24 juli meer
dan 20 Britse universiteiten al op de hoogte waren van het datalek? Waarom werden
Nederlandse universiteiten pas op 11 augustus 2020 hierover geïnformeerd?
Hoe kan het dat aanvallers toegang kregen tot een oude back-up uit 2017 die nog in
de omgeving van Blackbaud stond? Op welke manier controleren hoger onderwijsinstellingen
of bepaalde privacygevoelige gegevens daadwerkelijk nog in het bezit zijn van derde
partijen?
Wie is uiteindelijk eindverantwoordelijk voor het goed verwerken en beveiligen van
privacygegevens van alumni, donateurs en relaties? Is dat de hoger onderwijsinstelling
of een derde partij zoals een cloud softwarebedrijf? Indien de hoger onderwijsinstelling,
hoe kan het dat Blackbaud nog beschikte over een oude back-up uit 2017?
Antwoord 2 t/m 7
Het is de verantwoordelijkheid van de hoger onderwijsinstellingen zorg te dragen voor
de opslag en verwerking van gegevens van studenten, medewerkers, alumni en overige
personen die informatie aan de instelling hebben verstrekt. Daartoe behoort ook het
inrichten van de informatiesystemen op een zodanige wijze dat deze veilig zijn voor
inbreuken («hacks»). In mijn brieven van 14 februari 2020 inzake cyberveiligheid in
het onderwijs en van 3 juli 2020 inzake het onderzoek naar de cyberaanval op de Universiteit
Maastricht heb ik uiteengezet welke maatregelen hoger onderwijsinstellingen hebben
genomen om de cyberveiligheid te vergroten. Deze maatregelen betreffen een breed spectrum:
het gaat zowel om het vergroten van het veiligheidsbewustzijn bij alle betrokken partijen,
als om het verbeteren van detectie en het toedelen van de verantwoordelijkheid op
de juiste niveaus binnen de instelling.
Ik heb daarbij aangegeven dat 100% veiligheid niet bestaat; hoger onderwijsinstellingen
zijn door hun open en transparante karakter kwetsbaar. Instellingen moeten streven
naar een integrale veiligheidsaanpak waarin een afweging wordt gemaakt tussen kernwaarden
als openheid, te beschermen belangen zoals de bescherming van persoonsgegevens en
bedreigingen.
Vraag 8 en 9
Op welke manier gaat u erop toezien dat hoger onderwijsinstellingen beter controleren
op welke manier derde partijen omgaan met privacygevoelige informatie? En welke maatregelen
gaat u specifiek treffen om een herhaling van dit incident te voorkomen?
Kunt u specifiek toelichten in welke mate u de online veiligheid van privacygevoelige
informatie onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van Onderwijs Cultuur
en Wetenschap vindt vallen en of de verschillende cyberaanvallen van de afgelopen
tijd naar uw mening vragen om bijstelling van deze verantwoordelijkheid?
Antwoord 8 en 9
In mijn brief van 3 juli 2020 inzake het onderzoek naar de cyberaanval op de Universiteit
Maastricht heb ik uw Kamer laten weten dat de Inspectie van het Onderwijs een onderzoek
uitvoert naar de cyberveiligheid op stelselniveau. Ik heb daarbij het belang van ketensamenwerking
en transparantie tussen de instellingen onderling en andere ketenpartners met daar
waar nodig de hulp van de overheid als stelselverantwoordelijke onderstreept. Ook
heb ik toegezegd uw Kamer daarover begin volgend jaar te informeren. In mijn reactie
op het onderzoek van de inspectie zal ik nader ingaan op de verantwoordelijkheidsverdeling
rondom cyberveiligheid.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.