Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Becker over het bericht dat Helmonder Farad K. tonnen verdiende met 90 verzonnen verhalen voor asielzoekers en waar tegen vier jaar cel is geëist
Vragen van het lid Becker (VVD) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over het bericht dat Helmonder Farad K. tonnen verdiende met 90 verzonnen verhalen voor asielzoekers en waar tegen vier jaar cel is geëist (ingezonden 22 juni 2020).
Antwoord van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 25 augustus
2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 3494.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Helmonder Farad K. verdiende tonnen met 90 verzonnen
verhalen voor asielzoekers: vier jaar cel geëist»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u aangeven hoeveel van deze zaken plaatsvonden voor de invoering van de nieuwe
werkwijze bekeerlingen 2018 van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en hoeveel
erna?
Antwoord 2
Op dit moment kan niet worden aangegeven hoeveel zaken voor of na de inwerkingtreding
van de nieuwe werkwijze bekeerlingen in 2018 zijn beoordeeld.
Vraag 3
Deelt u de mening dat het verzinnen van verhalen niet mag leiden tot een asielstatus?
Zo ja, op welke manier toetst de IND of – naast de congruentie en geloofwaardigheid
van het verhaal – een bekering geloofwaardig is? Welke minimale bewijslast wordt daarbij
nodig geacht en is het mogelijk dat enkel het verhaal tot een asielstatus kan leiden?
Antwoord 3
Ik ben het met u eens dat vreemdelingen die op basis van een verzonnen verhaal asiel
aanvragen geen asielstatus dienen te verkrijgen.
De IND toetst conform de Werkinstructie bekeerlingen (2019/18) aan de hand van drie
pijlers of geloofwaardig is dat sprake is van een diepgewortelde innerlijke overtuiging
ten aanzien van de gestelde geloofsovertuiging. Deze pijlers betreffen de verklaringen
van de vreemdeling over het proces en de motieven voor de bekering, zijn kennis over
zijn nieuwe religie en de activiteiten die de vreemdeling op dit gebied verricht.
Tevens kunnen verklaringen van derden of een doopbewijs een rol spelen in de beoordeling.
In de meeste gevallen wordt dus op basis van de verklaringen van de vreemdeling, eventueel
in combinatie met een verklaring van een derde, een oordeel gegeven over de geloofwaardigheid
van de bekering. Indien de bekering geloofwaardig is geacht zal dit in geval van Iraanse
vreemdelingen, gelet op het huidige (landen)beleid, in de meeste gevallen tot een
asielstatus leiden. Hierbij is van belang om in het oog te houden dat een bekering
door een vreemdeling over het algemeen niet met fysieke bewijsmiddelen kan worden
onderbouwd. Het gaat hier immers om een innerlijke overtuiging.
Vraag 4
Wordt na het verlenen van een asielstatus (steekproefsgewijs) gecontroleerd of de
gedragingen in Nederland overeenkomen met de verklaring van de asielzoeker op basis
waarvan de asielstatus is verkregen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Nadat er een asielstatus is verleend wordt er niet actief gecontroleerd of statushouders
gedragingen vertonen die overeenkomen met hun asielrelaas. Indien er signalen worden
ontvangen door de IND dat een statushouder heeft gefraudeerd bij zijn aanvraag blijft
het evenwel mogelijk voor de IND om onderzoek te doen naar de vermeende fraude. Er
kan ook aanleiding zijn tot onderzoek indien er signalen zijn dat sprake is van grootschaliger
misbruik, zoals verkoop van asielverhalen en gefaciliteerde asielstromen. De IND trekt
in dit soort onderzoek op met opsporingsdiensten en het Ministerie van Buitenlandse
Zaken.
Vraag 5
Kunt u aangeven hoeveel asielzoekers de afgelopen vijf jaar een asielstatus hebben
verkregen omdat zij zijn bekeerd tot een (ander) geloof of het geloof hebben losgelaten?
Antwoord 5
Gegevens over geloofsovertuiging worden niet geregistreerd in de systemen van de IND.
Deze gegevens betreffen bijzondere persoonsgegevens en de overheid moet terughoudend
zijn in het registreren van dit soort gegevens in haar systemen. Dit is alleen toegestaan
indien het een duidelijk doel dient dat niet op andere wijze bereikt kan worden. De
IND kan dan ook niet aangeven in hoeveel gevallen asielzoekers de afgelopen vijf jaar
een asielstatus hebben gekregen vanwege een bekering tot een andere (religieuze of
non-religieuze) geloofsovertuiging.
Vraag 6
Op welke manier kan de IND constateren dat een rechtsbijstandsverlener opvallend vaak
cliënten bijstaat met gelijkluidende verklaringen op basis waarvan een asielstatus
wordt verleend? Is dit naar uw oordeel voldoende inzichtelijk om situaties zoals met
Farad K. te detecteren en aan te pakken?
Antwoord 6
De IND hoort veel verhalen van asielzoekers en het komt voor dat verklaringen een
bepaalde gelijkenis vertonen. Het is niet zo dat gelijkenis in verhalen betekent dat
de IND ervan uitgaat dat de verklaringen gefingeerd zijn. Het is aan de IND medewerker
om door middel van het stellen van nadere vragen vast te stellen of de verklaringen
geloofwaardig zijn. Signalen van gelijkluidende verklaringen kunnen komen van IND
medewerkers, van derden maar ook van asielzoekers zelf komen. Dit kan voor de IND
dan aanleiding zijn om nader onderzoek te doen.
Vraag 7
Deelt u de mening dat frauderen met asielverklaringen, zoals onderhavig, ook met terugwerkende
kracht moet worden aangepakt? Zo ja, bent u bereid alle casussen waarbij een asielstatus
is verkregen, waarbij deze advocaat betrokken was, opnieuw te bekijken en indien nodig
de asielstatus in te trekken?
Antwoord 7
Zoals ik ook bij mijn antwoord onder vraag 3 heb gesteld ben ik van mening dat een
verzonnen of anderszins vals asielrelaas niet mag leiden tot een asielstatus, zo ook
in deze zaken. De IND is voornemens om deze zaken te herbeoordelen en momenteel wordt
door de IND nagegaan welke vervolgstappen genomen zullen worden ten behoeve van deze
herbeoordeling. Indien uit de herbeoordeling blijkt dat er niet langer een grond voor
asielbescherming bestaat zullen de betreffende vergunningen ingetrokken worden.
Ondertekenaars
-
, -
, -
Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.