Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van de leden Van Dam en Groothuizen over het bericht ‘Willekeur van coronaregels ondermijnt het vertrouwen’ en ‘Advocaten roepen mensen op: kom in verzet tegen coronaboete’
Vragen van het lid Van Dam (CDA) en Groothuizen (D66) aan de ministers van Justitie en Veiligheid en voor Rechtsbescherming over het bericht «Willekeur van coronaregels ondermijnt het vertrouwen» en «Advocaten roepen mensen op: kom in verzet tegen coronaboete» (ingezonden 10 juni 2020).
Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
            voor Rechtsbescherming (ontvangen 1 juli 2020).
         
Vraag 1
            
Bent u bekend met het bericht «Willekeur van coronaregels ondermijnt het vertrouwen»
               uit NRC van 3 juni 20201 en het bericht «Advocaten roepen mensen op: kom in verzet tegen coronaboete» uit
               Trouw van 22 mei 20202?
            
Vraag 2
            
Klopt de informatie dat er op de peildatum 10 mei 18.200 strafbeschikkingen waren
               uitgeschreven voor overtreding van de Corona-noodverordeningen?
            
Vraag 3
            
Deelt u onze opvatting dat de maatschappelijke onduidelijkheid rond de rechtsgeldigheid
               van dit soort strafbeschikkingen deels beantwoord kan worden door de rechter te vragen
               een uitspraak te doen, bijvoorbeeld in het kader van een verzetsprocedure? Kunt u
               uiteenzetten hoe die procedure – van opleggen strafbeschikking tot rechterlijke beoordeling
               – in elkaar steekt?
            
Vraag 4
            
Kunt u aangeven of er al corona-strafbeschikkingen zijn voorgelegd aan de (kanton)rechter?
               Is dat überhaupt op dit moment mogelijk? Klopt het dat kantonrechtbanken in beginsel
               tot 1 september gesloten zijn? Kunt u bevestigen dat de informatie op de website van
               de Raad voor de rechtspraak3 leidt tot de conclusie dat verzetschriften tegen strafbeschikkingen niet als een
               zeer urgente of als een urgente zaak worden gekwalificeerd en daarom vooralsnog niet
               behandeld zullen worden?
            
Vraag 5
            
Deelt u onze opvatting dat op deze wijze de toetsende en rechtsvormende functie van
               de (kanton)rechter ten aanzien van de handhaving van de corona-regelgeving ernstig
               te kort schiet? Op welke wijze kunt u bevorderen dat de kantonrechters zich wél op
               korte termijn uit zullen laten over deze vorm van strafbare feiten?
            
Vraag 6
            
Bent u bereid deze vragen te beantwoorden vóór het notaoverleg Justitieketen op dinsdag
               30 juni 2020?
            
Mededeling
            
Hierbij deel ik u mede namens de Minister voor Rechtsbescherming dat de schriftelijke
               vragen van de leden Van Dam (CDA) en Groothuizen (D66), van uw Kamer aan de Minister
               van Justitie en Veiligheid over het bericht «Willekeur van coronaregels ondermijnt
               het vertrouwen» en «Advocaten roepen mensen op: kom in verzet tegen coronaboete» (ingezonden
               10 juni 2020) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien
               nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.
            
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid - 
              
                  Mede namens
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming 
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.