Schriftelijke vragen : De uitzending van Argos over ritueel misbruik
Vragen van de leden Kuiken (PvdA) en Van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de uitzending van Argos over ritueel misbruik (ingezonden 30 juni 2020).
Vraag 1
Kent u de radiouitzending van Argos «Glasscherven en duistere rituelen: Argos onderzoekt
satanisch ritueel misbruik»?1
Vraag 2
Kunt u uitsluiten, vanwege de aard en het aantal meldingen dat bij Argos is binnengekomen,
dat er in Nederland sprake is van ritueel misbruik? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom
niet?
Vraag 3
Krijgt de Landelijk Expertisegroep Bijzondere Zedenzaken (LEBZ) van de politie ook
meldingen door die kunnen duiden op ritueel misbruik? Zo ja, hoeveel waren er dat
de afgelopen jaren en welk gevolg is aan die meldingen gegeven? Zo nee, hoe komt dat?
Vraag 4
Deelt u de mening dat de LEBZ er in eerste instantie op gericht moet zijn om te bezien
of meldingen van ritueel misbruik reden voor verder onderzoek opleveren en dat daarna
pas het doel het voorkomen van onterechte aangiften zou moeten zijn? Zo ja, hoe gaat
u hier voor zorgen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Waarom is het advies van de toenmalige werkgroep Ritueel Misbruik om een beraad op
te richten om de ontwikkelingen rondom ritueel misbruik te blijven volgen niet opgevolgd?
Vraag 6
Deelt u de mening dat er nieuw onderzoek nodig is naar de aard en de omvang van ritueel
misbruik in Nederland? Zo ja, hoe en op welke termijn gaat u hiervoor zorgen? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 7
Deelt u de mening dat er een laagdrempelige voorziening nodig is waar mensen zich
kunnen melden, voor hulp, advies en doorverwijzing? Erkent u dat Sektesignaal nuttig
werk deed, in een uitdrukkelijke behoefte voorzag en niet afgeschaft had moeten worden?
Wat gaat u er aan doen een dergelijke voorziening weer terug te krijgen?
Indieners
-
Gericht aan
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Indiener
A.H. Kuiken, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
Michiel van Nispen, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.