Voorstel van wet (initiatiefvoorstel) : Voorstel van wet zoals gewijzigd naar aanleiding van het Advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
34 961 Voorstel van wet van het lid Ziengs tot wijziging van de Drank- en Horecawet en enkele andere wetten in verband met verruiming van de mogelijkheid tot het inzetten van mengformules (Wet regulering mengformules)
ARTIKEL I
ARTIKEL II
ARTIKEL III
Nr. 6
VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN DE AFDELING ADVISERING
VAN DE RAAD VAN STATE
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de mogelijkheid tot het
inzetten van mengformules te verruimen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Drank- en Horecawet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In de definitie van «horecabedrijf» wordt voor de puntkomma aan het slot ingevoegd
«, niet zijnde het uitoefenen van een slijtersbedrijf, een gemengd kleinhandelsbedrijf
of een gemengd ambachtsbedrijf».
2. In de definitie van «slijtersbedrijf» wordt «de activiteit bestaande uit» vervangen
door «de activiteit in ieder geval bestaande uit», en wordt «al dan niet gepaard gaande
met» vervangen door «waaronder in voorkomend geval mede wordt begrepen».
3. Na de definitie van «slijtersbedrijf» worden twee definities ingevoegd, luidende:
– gemengd kleinhandelsbedrijf:
de activiteit, in hoofdzaak bestaande uit het uitoefenen van kleinhandel in een voor
het publiek toegankelijke besloten ruimte, gepaard gaande met het bedrijfsmatig of
anders dan om niet verstrekken van zwak-alcoholhoudende drank;
– gemengd ambachtsbedrijf:
de activiteit, in hoofdzaak bestaande uit het vervaardigen of bewerken van zaken en
het verkopen daarvan, het herstellen en onderhouden van zaken of het verlenen van
diensten in een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, gepaard gaande met
het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van zwak-alcoholhoudende drank.
4. In de definitie van «slijtlokaliteit» vervalt «voor gebruik elders dan ter plaatse».
5. Na de definitie van «inrichting» worden twee definities ingevoegd, luidende:
– kleinhandelsruimte:
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waar een gemengd kleinhandelsbedrijf
wordt uitgeoefend, met de daarbij behorende terrassen, voor zover die terrassen in
de onmiddellijke nabijheid van die ruimte zijn gelegen;.
– ambachtsruimte:
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waar een gemengd ambachtsbedrijf
wordt uitgeoefend, met de daarbij behorende terrassen, voor zover die terrassen in
de onmiddellijke nabijheid van die ruimte zijn gelegen.
6. De definitie van «leidinggevende» wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel 1° wordt «het horecabedrijf of het slijtersbedrijf» vervangen door «het
horecabedrijf, het slijtersbedrijf, het gemengd kleinhandelsbedrijf of het gemengd
ambachtsbedrijf».
b. In onderdeel 2° wordt na «die algemene leiding geeft aan» ingevoegd «een gemengd
kleinhandelsbedrijf, gemengd ambachtsbedrijf of aan».
c. In onderdeel 3° wordt na «in een inrichting» ingevoegd «of kleinhandelsruimte».
7. In de definitie van «vergunninghouder» wordt na «bedoeld in artikel 3» ingevoegd
«, 3a of 3b».
B
Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervalt «of slijtersbedrijf».
2. Onder vernummering van het tweede lid tot het vijfde lid, worden na het eerste lid
drie leden ingevoegd, luidende:
2. De vergunning kan tevens worden verleend voor het verrichten van andere activiteiten.
3. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de voorwaarden waaronder
de activiteiten bedoeld in het tweede lid worden verricht, die in ieder geval betrekking
hebben op de maximale vloeroppervlakte waarop de activiteiten worden verricht of de
maximale omzet die met de activiteiten wordt gegenereerd.
4. De voordracht voor een krachtens het derde lid vast te stellen algemene maatregel
van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide Kamers
der Staten-Generaal is overgelegd.
C
Na artikel 3 worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
Artikel 3a
1. Het is verboden zonder daartoe strekkende vergunning van de burgemeester het slijtersbedrijf
uit te oefenen.
2. De vergunning kan tevens worden verleend voor het verrichten van andere activiteiten.
3. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de voorwaarden waaronder
de activiteiten bedoeld in het tweede lid worden verricht, die in ieder geval betrekking
hebben op de maximale vloeroppervlakte waarop de activiteiten worden verricht of de
maximale omzet die met de activiteiten wordt gegenereerd.
4. De voordacht voor een krachtens het derde lid vast te stellen algemene maatregel
van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan de beide
Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
5. Met toepassing van artikel 28, eerste lid, laatste zinsnede, van de Dienstenwet is
paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing op de aanvraag
van een vergunning als bedoeld in het eerste lid.
Artikel 3b
1. Het is verboden zonder daartoe strekkende vergunning van de burgemeester het gemengd
kleinhandelsbedrijf of het gemengd ambachtsbedrijf uit te oefenen.
2. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de voorwaarden waaronder
in een gemengd kleinhandelsbedrijf of het gemengd ambachtsbedrijf bedrijfsmatig of
anders dan om niet alcoholhoudende drank wordt verstrekt, die in ieder geval betrekking
hebben op de maximale vloeroppervlakte waarop de activiteiten worden verricht of de
maximale omzet die met de activiteiten wordt gegenereerd.
3. Met toepassing van artikel 28, eerste lid, laatste zinsnede, van de Dienstenwet is
paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing op de aanvraag
van een vergunning als bedoeld in het eerste lid.
D
Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervalt «van het horecabedrijf en het slijtersbedrijf».
2. In het vierde lid wordt «het horecabedrijf of het slijtersbedrijf» telkens vervangen
door «het horecabedrijf, het slijtersbedrijf, het gemengd kleinhandelsbedrijf of het
gemengd ambachtsbedrijf».
3. In het vijfde lid, onderdeel a, wordt na «artikel 3» ingevoegd «, 3a of 3b».
E
Artikel 12 komt te luiden:
Artikel 12
Het is verboden alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse anders
dan:
a. in een in de vergunning vermelde horecalokaliteit;
b. in een in de vergunning vermelde slijtlokaliteit, indien de vergunning, bedoeld in
artikel 3a, hierop ziet;
c. in een kleinhandelsruimte of ambachtsruimte, indien de vergunning, bedoeld in artikel
3b, hierop ziet; of
d. op een in de vergunning, bedoeld in artikel 7, vermeld terras,
tenzij het betreft het vanuit zodanige lokaliteit afleveren van alcoholhoudende drank
op bestelling in hotelkamers ingericht voor nachtverblijf of het verstrekken van alcoholhoudende
drank door het in dergelijke hotelkamers beschikbaar te stellen.
F
Artikel 13 komt te luiden:
Artikel 13
1, Het is verboden sterke drank te verstrekken voor gebruik elders dan ter plaatse anders
dan in een in de vergunning vermelde slijtlokaliteit.
2. Het is verboden zwak-alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik elders dan
ter plaatse anders dan in een:
a. in de vergunning vermelde slijtlokaliteit;
b. in de vergunning vermelde horecalokaliteit, indien de vergunning, bedoeld in artikel
3, hierop ziet;
c. kleinhandelsruimte of ambachtsruimte, indien de vergunning, bedoeld in artikel 3b,
hierop ziet.
G
Artikel 14 komt te luiden:
Artikel 14
1. Het is verboden een horecalokaliteit, slijtlokaliteit, kleinhandelsruimte, ambachtsruimte
of terras dat onderdeel is van een inrichting of kleinhandelsruimte tevens in gebruik
te hebben voor het uitoefenen van:
a. het bedrijfsmatig aan particulieren verkopen van goederen in het kader van een openbare
verkoping, als bedoeld in artikel 1 van de Wet ambtelijk toezicht bij openbare verkopingen;
b. het bedrijfsmatig aanbieden van diensten, uitgezonderd:
1°. diensten van recreatieve en culturele aard;
2°. indien het een kleinhandelsruimte betreft: persoonlijke dienstverlening;
c. het bedrijfsmatig verhuren van goederen;
d. het in het openbaar bedrijfsmatig opkopen van goederen;
dan wel toe te laten dat daarin zodanige handel wordt of zodanige activiteiten worden
uitgeoefend.
2. Onder diensten van recreatieve aard als bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt
niet verstaan het aanbieden van kansspelen, met uitzondering van het aanwezig hebben
van speelautomaten als bedoeld in Titel Va van de Wet op de kansspelen.
H
Artikel 15 vervalt.
I
In artikel 18, eerste lid, wordt «het slijtersbedrijf» vervangen door «het horecabedrijf,
het slijtersbedrijf, het gemengd kleinhandelsbedrijf of het gemengd ambachtsbedrijf».
J
Artikel 20 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het vierde lid wordt na «een slijtlokaliteit,» ingevoegd «een kleinhandelsruimte
of een ambachtsruimte,».
2. In het vijfde lid wordt «een slijtlokaliteit of horecalokaliteit» vervangen door
«een slijtlokaliteit, horecalokaliteit, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
3. In het zesde lid wordt «een slijtlokaliteit of horecalokaliteit» vervangen door «een
slijtlokaliteit, horecalokaliteit, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
K
Artikel 24 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt «een horecalokaliteit of een slijtlokaliteit» vervangen door
«een horecalokaliteit, slijtlokaliteit, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
2. In het derde lid wordt «een slijtlokaliteit of een horecalokaliteit» vervangen door
«een horecalokaliteit, slijtlokaliteit, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
L
Artikel 25 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, aanhef, wordt «slijtersbedrijf of horecabedrijf» vervangen door
«slijtersbedrijf, horecabedrijf, gemengd kleinhandelsbedrijf of gemengd ambachtsbedrijf».
2. In het eerste lid, onderdeel b, onder 1°, wordt «dan het slijtersbedrijf» vervangen
door «dan het horecabedrijf, slijtersbedrijf, het gemengd kleinhandelsbedrijf of het
gemengd ambachtsbedrijf».
3. In het tweede lid wordt na «horecabedrijf,» ingevoegd «slijtersbedrijf, gemengd kleinhandelsbedrijf
of gemengd ambachtsbedrijf,» en vervalt de laatste zin.
M
Voor artikel 25a wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Artikel 25a0
Bij gemeentelijke verordening kunnen, ter bescherming van de volksgezondheid of in
het belang van de openbare orde, regels worden gesteld over de verlening van vergunningen
als bedoeld in artikel 3, tweede lid, 3a, tweede lid of 3b, eerste lid.
N
Artikel 25a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na «in inrichtingen» ingevoegd «, kleinhandelsruimtes of
ambachtsruimtes».
2. In het tweede lid, onderdeel a, wordt na «inrichtingen» ingevoegd «, kleinhandelsruimtes
of ambachtsruimtes».
3. In het tweede lid, onderdeel b, wordt na «artikel 3» ingevoegd «, 3a of 3b».
O
In artikel 25d, eerste lid, onderdeel a, wordt na «de betreffende horecalokaliteit»
ingevoegd «, slijtlokaliteit, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
P
In artikel 26, eerste lid, wordt na «artikel 3» ingevoegd «, 3a of 3b».
Q
In artikel 27, tweede lid, wordt na «een inrichting» ingevoegd «, kleinhandelsruimte
of ambachtsruimte».
R
Artikel 29 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid, onderdeel c, wordt na «de inrichting» ingevoegd «, kleinhandelsruimte
of ambachtsruimte».
2. In onderdeel d wordt «de horeca-of slijtlokaliteiten en terrassen» vervangen door
«de horecalokaliteit, slijtlokaliteit, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
S
In artikel 30 wordt «Indien een inrichting» vervangen door «Indien een inrichting,
kleinhandelsruimte of ambachtsruimte» en wordt «ten aanzien van de inrichting» vervangen
door «ten aanzien van de inrichting, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
T
In artikel 30a, eerste lid, onderdeel b, wordt «horecabedrijf of slijtersbedrijf»
vervangen door «horecabedrijf, slijtersbedrijf, gemengd kleinhandelsbedrijf of gemengd
ambachtsbedrijf».
U
In artikel 31, eerste lid, onderdeel c, wordt na «betrokken inrichting» ingevoegd
«, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
V
In artikel 32, tweede lid, wordt na «artikel 3» ingevoegd «, 3a of 3b».
W
In artikel 44a, eerste lid, wordt na «de artikelen 3,» ingevoegd «3a, 3b,» en wordt
«22, eerste en tweede lid» vervangen door «22, eerste lid».
X
In artikel 45, eerste lid, wordt «in een inrichting waarin het horecabedrijf wordt
uitgeoefend» vervangen door «in een inrichting, kleinhandelsruimte of ambachtsruimte».
Y
Artikel 47 vervalt.
ARTIKEL II
In artikel 1, eerste lid, onderdeel c, onder 2°, van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen
door het openbaar bestuur, wordt na «artikelen 3» ingevoegd «, 3a, 3b».
ARTIKEL III
In de Wet op de economische delicten wordt in artikel 1, onder 4°, bij de Drank- en
horecawet na «3,» ingevoegd «3a, 3b,».
ARTIKEL IV
Deze wet treedt in werking met ingang van een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
ARTIKEL V
Deze wet wordt aangehaald als: Wet regulering mengformules.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatste en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.