Amendement : Amendement van het lid Bruins over een werkingsduur van 3 maanden en zware voorhang van de verlenging
35 479 Tijdelijke bepaling in verband met de informatieverstrekking aan het RIVM bij de bestrijding het novel coronavirus (2019-nCoV) (Tijdelijke wet informatieverstrekking RIVM i.v.m. COVID-19)
Nr. 5
AMENDEMENT VAN HET LID BRUINS
Ontvangen 3 juni 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel II wordt als volgt gewijzigd:
1. In het tweede lid wordt «een jaar» vervangen door «drie maanden» en wordt «twee maanden»
vervangen door «drie maanden».
2. Aan het derde lid wordt toegevoegd «Indien een der Kamers der Staten-Generaal besluit
niet in te stemmen met het ontwerp, wordt er geen voordracht gedaan.»
Toelichting
Indiener acht het wenselijk dat voorliggend wetsvoorstel van tijdelijke aard is en
dat de parlementaire controle op doelmatigheid en noodzaak stevig verankerd is. Gezien
het onbekend is wat de duur en ontwikkeling van de huidige pandemie is, acht indiener
het wenselijk om elke drie maanden opnieuw een weegmoment te hebben, waarbij parlementaire
goedkeuring nodig is alvorens tot verlenging wordt overgegaan. Daarbij speelt ook
het argument van mogelijke precedentwerking van een termijn voor de indiener een rol.
Het amendement regelt dat de wet 3 maanden geldt, en vervolgens telkens voor ten hoogste
3 maanden verlengd kan worden. Voor deze verlenging is goedkeuring (in de vorm van
geen bezwaar) van een Kamermeerderheid in beide kamers nodig.
Bruins
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.E.W. Bruins, Tweede Kamerlid