Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden El Yassini en Kwint over het bericht 'FunX-dj stopte met Ramadan late Night: 'Niet alleen ik werd met dood bedreigd''
Vragen van de leden El Yassini (VVD) en Kwint (SP) aan de Ministers voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media en van Justitie en Veiligheid over het bericht «FunX-dj stopte met Ramadan late Night: «Niet alleen ik werd met dood bedreigd»» (ingezonden 6 mei 2020).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media), mede namens
de Minister van Justitie en Veiligheid (ontvangen 28 mei 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «FunX-dj stopte met Ramadan late Night: «Niet alleen
ik werd met dood bedreigd»»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het onacceptabel is dat een radiodj persoonsbeveiliging nodig
heeft en uiteindelijk genoodzaakt was om te moeten stoppen met zijn programma, omdat
een bepaalde groep hem bedreigde vanwege het draaien van muziek tijdens een programma
met Ramadan in de naam?
Antwoord 2
Ik deel uw mening dat het voorval onacceptabel is. Vrijheid van meningsuiting en persvrijheid
zijn in een democratische rechtsstaat als Nederland een groot goed en een belangrijke
pijler van onze samenleving. Daar hoort niet bij dat iemand wordt bedreigd voor het
maken van een radioprogramma.
Ik heb van FunX begrepen dat er apart van de bedreigingen ook een inhoudelijke discussie
rondom dit programma was ontstaan. Het is uiteindelijk die discussie geweest die voor
FunX de doorslag heeft gegeven om te stoppen met het radioprogramma. Daarbij stopt
FunX niet met het bespreken van het thema Ramadan, maar is er voor een andere formule
gekozen via de hele programmering en op alle kanalen. Daarmee denkt FunX juist een
grotere impact te kunnen hebben.2 Het past vanuit mijn rol niet om een oordeel te hebben over deze inhoudelijke afweging.
Dat is echt aan de betreffende omroep.
Vraag 3
Uit welke hoek waren deze bedreigingen afkomstig?
Antwoord 3
De bedreigingen zijn met name geuit via social media-kanalen als Instagram.
Ik heb intussen begrepen dat de NPO en Stichting FunX aangifte gaan doen/hebben gedaan.
Eerder heeft de presentator van het radioprogramma aangegeven dat ook te doen.
Vraag 4
Op welke manier heeft u contact gehad met het radiostation Funx om hulp en bescherming
te bieden tegen de doodsbedreigingen? Loopt er inmiddels strafrechtelijk onderzoek
naar deze bedreigingen?
Antwoord 4
Vanuit het Ministerie van OCW is er contact geweest met de NPO over het voorval bij
FunX en is er informatie gewisseld. De NPO deelde met het ministerie hetzelfde statement
als valt te lezen onder het antwoord op vraag 2.
Over de vraag of inmiddels een strafrechtelijk onderzoek loopt naar de bedreigingen
kan ik u geen mededelingen doen. De Minister van Justitie en Veiligheid verstrekt
geen informatie over individuele zaken.
Vraag 5, 6
Hoe vaak hebben de Nederlandse media de afgelopen twaalf maanden te maken gehad met
ernstige bedreigingen doordat de inhoud van een bepaald programma een deel van de
luisteraars niet aanstond? Indien u daar geen gegevens van heeft, bent u bereid hier
nader onderzoek naar te doen?
Hoe vaak hebben intimidatie of (doods)bedreigingen ervoor gezorgd dat Nederlandse
media genoodzaakt waren om de inhoud van hun programma’s te wijzigen? Waar kunnen
redacties zich melden als zij hierover vragen hebben?
Antwoord 5, 6
In de Persvrijheidsmonitor 20193, die jaarlijks wordt gedaan in opdracht van het Persvrijheidsfonds, valt te lezen
dat media in 2019 te maken kregen met incidenten op het gebied van veiligheid, bronbescherming,
beschuldigingen en privacy en vrijheid van nieuwsgaring. Volgens de monitor zijn er
in 2019 in totaal 39 meldingen binnengekomen bij het meldpunt van het initiatief «PersVeilig».4 Hierbij ging het in 25 gevallen om bedreigingen en 8 keer om fysiek geweld. In 13
gevallen hebben journalisten hiervan aangifte gedaan. De Nederlandse Vereniging van
Journalisten (NVJ) schat in dat het aantal niet-gemelde bedreigingen naar alle waarschijnlijkheid
hoger ligt.
Uit de incidenten die in 2019 bij het meldpunt van «PersVeilig» binnen zijn gekomen,
is volgens de NVJ niet gebleken dat de incidenten ertoe hebben geleid dat media/journalisten
de inhoud van hun berichtgeving hebben aangepast, dan wel dat zij hiertoe genoodzaakt
waren.
Als redacties vragen hebben omtrent bedreiging of intimidatie, dan kunnen zij zich
wenden tot de website van «PersVeilig». Hier is onder andere informatie te vinden
over wat te doen bij intimidatie en/of bedreigingen, kunnen incidenten worden gemeld
en is er informatie over scholing beschikbaar.
Vraag 7, 9
Op welke manier ondersteunt u de al lopende aandacht en initiatieven voor persvrijheid
van de Nederlandse Vereniging voor Journalisten (NvJ)? En op welke manier gaat u voorkomen
dat media in Nederland genoodzaakt zijn om bepaalde onderwerpen niet te behandelen,
omdat de veiligheid van hun personeel niet gewaarborgd kan worden?
Bent u van mening dat het akkoord «Persveilig» voldoende mogelijkheden biedt om de
veiligheid van journalisten in Nederland te waarborgen? Zo ja, hoe gaat u ervoor zorgen
dat bedreigingen van bijvoorbeeld radiodj’s in de toekomst adequaat worden aangepakt?
Zo nee, wanneer komt u met aanvullende maatregelen om de veiligheid van journalisten
te waarborgen?
Antwoord 7, 9
Een deel van de regeerakkoordmiddelen voor onderzoeksjournalistiek stel ik beschikbaar
voor het versterken van de positie van journalisten tegen geweld, agressie en/of bedreiging.
Deze middelen zijn de afgelopen jaren ten goede gekomen aan o.a. «PersVeilig».
De veiligheid van journalisten in Nederland wordt op verschillende manieren gewaarborgd.
Persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting zijn vastgelegd in de Grondwet en in
internationale verdragen, zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Voor de audiovisuele sector wordt dit nader uitgewerkt in de Mediawet. Ondersteunend
aan deze verankering in wet- en regelgeving zijn er initiatieven, zoals de Stuurgroep
Agressie en Geweld tegen Journalisten, waarin wordt samengewerkt door de Nederlandse
Vereniging van Journalisten (NVJ), Het Genootschap van Hoofdredacteuren, de politie
en het Openbaar Ministerie (OM). Het Akkoord van deze Stuurgroep bevat maatregelen
die (in preventieve zin) bijdragen aan de veiligheid van journalisten, waaronder het
initiatief «PersVeilig». Daarnaast is in 2019 een protocol opgesteld door de mediasector,
de politie en het Openbaar Ministerie met als doel een heldere, eenduidige en harde
aanpak van daders te bewerkstelligen. Het protocol geeft helder weer welke stappen
er worden ondernomen zodra er een aangifte gedaan wordt. Zo wordt er bijvoorbeeld
van iedere strafbare gedraging aangifte opgenomen, wordt de schade zoveel als mogelijk
verhaald op daders en geldt de verhoogde strafeis van het OM conform de OM-Aanwijzing.
Bovenstaande maatregelen onderstrepen het belang van een veilige werkomgeving voor
journalisten. De getroffen maatregelen achten wij voldoende om, voor zover mogelijk,
een veilige werkomgeving te faciliteren voor journalisten, waarbij daders van agressie-
en geweldsdelicten harder worden aangepakt.
Vraag 8
Op welke manier heeft de redactie gebruik gemaakt van het onlangs gepresenteerde Akkoord
«PersVeilig», een samenwerking tussen de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ),
Het Genootschap van Hoofdredacteuren, de politie en het Openbaar Ministerie (OM) met
als doel om de veiligheid van journalisten te waarborgen? Zo niet, op welke manier
hebt u dit Akkoord bij radiostation Funx onder de aandacht gebracht?
Antwoord 8
De NVJ heeft mij laten weten dat «PersVeilig» contact heeft opgenomen met de redactie
van FunX naar aanleiding van het incident. Tijdens dit contact is informatie uitgewisseld
over de casus en heeft «PersVeilig» waar nodig/gewenst ondersteuning geboden.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Kwint (SP),
ingezonden 6 mei 2020 (vraagnummer 2020Z07993).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media -
Mede namens
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.