Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Alkaya en Kwint over verzekeringen in de culturele sector
Vragen van de leden Alkaya en Kwint (beiden SP) aan de Ministers van Financiën en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het gedrag van verzekeraars richting festivals en artiesten (ingezonden 14 april 2020).
Antwoord van Minister Hoekstra (Financiën), mede namens de Minister voor Basis- en
Voortgezet Onderwijs en Media (ontvangen 20 mei 2020). Zie ook Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2019–2020, nr. 2703.
Vraag 1
Herkent u het signaal uit de Op1-uitzending van donderdag 9 april 2020 dat in deze
COVID-19-crisis verzekeraars niet uitkeren en gedupeerden juridische bijstand moeten
zoeken om hun recht te halen?1 Wat is uw mening hierover?
Antwoord 1
Ik ben bekend met de Op1-uitzending van donderdag 9 april 2020. In het algemeen geldt
dat een pandemie als COVID-19 en de gevolgen daarvan vaak niet is meeverzekerd als
schadeoorzaak. Dit zal echter verschillen per type verzekering en afhangen van de
polisvoorwaarden. Indien is gekozen voor uitbreiding van een evenementenverzekering
met een onkostendekking als het evenement buiten de wil van de organisator geen doorgang
kan vinden, zal de organisator de onkosten vergoed krijgen. Ik verwacht van verzekeraars
uiteraard dat zij uitkeren wanneer de verzekeringnemer daar recht op heeft op grond
van de polisvoorwaarden. Het Verbond van Verzekeraars heeft mij laten weten dat de
verzekeraars deze claims voor onkostendekking op grond van een evenementenverzekering
op korte termijn afhandelen en vergoedingen uitkeren. Als een verzekeringnemer het
oneens is over de vraag of er uitgekeerd dient te worden, dan staat het hem vrij een
klacht in te dienen bij de verzekeraar.
Vraag 2
Wat doet u voor kleinere cultuurondernemers zoals kleine poppodia die geen juridische
bijstand kunnen betalen, maar toch vitale omzet mislopen?
Antwoord 2
Ik begrijp dat het mislopen van omzet voor kleine ondernemers in de cultuursector
extra vervelend is. Het kabinet heeft een groot pakket aan maatregelen getroffen om
de pijnlijkste financiële gevolgen van deze crisis voor een zo groot mogelijke groep
zo goed mogelijk op te vangen. Er zijn diverse steunmaatregelen genomen om inkomstenverlies
van burgers en faillissementen van bedrijven te beperken en werkloosheid te voorkomen.
Daarmee helpen we een zo groot mogelijke groep Nederlanders waar zij dit het hardste
nodig hebben. Deze maatregelen zijn ook van toepassing op de culturele en creatieve
sector en hun toeleveranciers. De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
houdt de vinger aan de pols hoe de culturele en creatieve sector hier gebruik van
maakt.
In de brief aan de Tweede Kamer, over «aanvullende ondersteuning culturele en creatieve
sector» van 15 april jl. heeft de Minister van OCW daar bovenop een steunpakket specifiek
voor de cultuursector aangekondigd, waardoor instellingen die van vitaal belang zijn
voor de sector, door de financieel zware eerste maanden van de coronacrisis heen geholpen
kunnen worden.2 Voor onder andere (pop)podia die van vitaal belang zijn voor de culturele infrastructuur,
maar geen onderdeel zijn van de BIS (culturele basisinfrastructuur) of meerjarige
subsidie van de Rijkscultuurfondsen ontvangen, werken de overheden samen. In het geval
dat gemeenten of provincies deze instellingen aanvullend ondersteunen, kan het Rijk
deze ondersteuning verder verhogen. Over de uitwerking hiervan lopen momenteel gesprekken.
Vraag 3
Welke gevolgen heeft dit voor toeleveranciers en wat wordt er voor hen gedaan?
Antwoord 3
De financiële gevolgen voor de toeleveranciers hangen af van de vraag of zij deze
omstandigheid hebben verzekerd. Vaak is het zo dat niet de toeleverancier maar de
organisator een verzekering heeft afgesloten en dat uit de privaatrechtelijke overeenkomst
tussen organisator en toeleverancier volgt op welke manier zij met een dergelijke
situatie omgaan, bijvoorbeeld dat de organisator de toeleverancier schadeloos stelt.
Blijft de organisator in gebreke, dan kan de toeleverancier soms nog een beroep doen
op een eventueel afgesloten kredietverzekering.
Vraag 4 en 5
Welke gevolgen heeft dit voor de inkomens van geboekte (kleinere) artiesten die geen
advocaat in de arm kunnen nemen vanwege de kosten? Heeft u in beeld in hoeverre verzekeraars
hieraan tegemoetkomen of dat zij de grenzen van de wet opzoeken?
Wat gaat u doen om verzekeraars aan deze mensen tegemoet te laten komen? Wat gaat
u zelf doen om deze groepen tegemoet te komen?
Antwoord 4 en 5
Ik heb geen signalen dat verzekeraars op grote schaal niet uitkeren waar dit wel op
zijn plaats is. Het pakket steunmaatregelen zoals genoemd onder vraag 2 zou de acute
financiële zorgen moeten adresseren. De Minister van OCW houdt daarbij de vinger aan
de pols en kijkt naar de toekomst. Er zijn bij sommige partijen zorgen dat festivals
die in 2021 plaats zullen vinden niet meer verzekerd kunnen worden. De Minister heeft
tijdens het Wetgevingsoverleg Cultuur en Corona3 aangegeven in gesprek te gaan met verzekeraars om de impact van de coronacrisis voor
de evenementensector te bespreken en dit in samenspraak met EZK en Financiën te doen.
Het Verbond van Verzekeraars heeft inmiddels aangegeven een rondetafelgesprek te willen
organiseren met OCW, EZK en Financiën, als ook de evenementensector, VNO-NCW en ketenpartners
uit de verzekeringssector.
Vraag 6
Bent u bekent met het bericht dat er reisverzekeraars zijn die niet uitkeren omdat
ze de COVID-19-crisis niet zien als legitieme reden om je reis te annuleren? Wat is
uw mening hierover? Hoe verhoudt zich dit met het kabinetsadvies om zoveel mogelijk
binnen te blijven?
Antwoord 6
Reisorganisatoren hebben sinds de uitbraak van COVID-19 al veel reizen geannuleerd.
Zij verstrekken de reiziger na annulering een voucher of verzorgen een kosteloze omboeking
naar een andere periode.
De Europese Commissie heeft op 13 mei jl. aanbevelingen gedaan voor de uitgifte van
vouchers door reisbureaus, luchtvaartmaatschappijen, veer- en cruisediensten.4 De Minister van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) heeft op 14 mei jl. de Kamer geïnformeerd
over deze aanbevelingen.5 De lijn van de Commissie blijft dat het accepteren van vouchers een keuze moet zijn
voor consumenten. Het recht op geld terug, zoals vastgelegd in Europese regelgeving,
blijft onverkort van toepassing.
Wanneer reizigers zelf hun reis annuleren kunnen annuleringskosten in rekening worden
gebracht of bedragen niet worden terugbetaald. Schade door annulering als gevolg van
een pandemie zoals COVID-19 is bij de meeste reis- en/of annuleringsverzekeringen
uitgesloten van dekking. Bij sommige all-risk annuleringsverzekeringen wordt deze
schade wel vergoed. Of de extra kosten worden vergoed hangt dus af van het type verzekering
en of het een georganiseerde reis betreft.
Op dit moment roept het kabinet op om drukte te vermijden en de komende periode niet
naar het buitenland te reizen, tenzij strikt noodzakelijk. Pas wanneer de maatregelen
worden versoepeld zal reizen misschien weer mogelijk zijn. Wij adviseren reizigers
om bij twijfel of hun reis door kan gaan of bij vragen over kosten contact op te nemen
met hun reisaanbieder en verzekeraar.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.