Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Rudmer Heerema en Wiersma over het bericht ''Middelbare scholen: neem het maatwerkdiploma serieus''
Vragen van de leden RudmerHeerema en Wiersma (beiden VVD) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het bericht «Middelbare scholen: «Neem het maatwerkdiploma serieus»» (ingezonden 6 maart 2020).
Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) en Minister Van
Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 15 mei 2020).
Vraag 1
Herkent u de signalen uit het artikel «Middelbare scholen: «Neem het maatwerkdiploma
serieus»», waarbij leerlingen met een maatwerkdiploma geen kans hebben op een vervolgstudie
op een universiteit of hogeschool?1
Antwoord 1
Ja, de signalen herkennen wij. Er is op dit moment echter al het nodige mogelijk voor
leerlingen die vakken op een hoger niveau hebben afgerond, hoewel dit niet om directe
toegang gaat tot het vervolgonderwijs op een hoger niveau. Wel biedt het afsluiten
van vakken op hoger niveau voordelen als een leerling op enig moment alsnog het vo-diploma
van dat hogere niveau wil halen. Dan is de leerling vrijgesteld van de vakken die
al eerder zijn behaald.
Ook kunnen bijvoorbeeld aankomende studenten met een havodiploma en vakken op vwo-niveau
voordeel ondervinden bij de toelating tot de universiteit, als zij een hbo-propedeuse
hebben gehaald. Er zijn immers studies die aanvullende eisen stellen als een leerling
met een hbo-propedeuse wil instromen, zoals beheersing van voor die studie cruciale
vakken op vwo-niveau. Ten slotte hebben mbo-instellingen de mogelijkheid om naar eigen
inzicht leerlingen in te laten stromen op een hoger niveau.
Vraag 2
Wat is uw reactie op de brief van een grote groep scholen, met de oproep tot meer
regelruimte voor doorstroom met een diploma voor vakken op meerdere niveaus?
Antwoord 2
We horen de roep van deze scholen om enerzijds meer mogelijkheden te creëren het eindexamen
anders vorm te geven, bijvoorbeeld door middel van het gebruik van externe certificaten
of NT2-examens, en anderzijds om een bredere toegankelijkheid te creëren van het vervolgonderwijs.
Momenteel werken wij aan onze beleidsreactie op het onderzoek naar «voor- en nadelen
van diploma’s met vakken op verschillende niveaus i.c.m. toegankelijkheid van het
vervolgonderwijs»» uit het regeerakkoord. In deze reactie, die wij verwachten voor
de zomer aan uw Kamer te sturen, gaan wij dieper in op enkele vragen die ook in deze
brief worden gesteld. Ons antwoord dat wij aan de groep scholen hebben doen toekomen,
sturen wij u met deze beantwoording van uw Kamervragen mee.
Vraag 3
Hoeveel scholen bieden momenteel een versnellingstraject aan, zodat leerlingen die
makkelijk kunnen leren alle of enkele vakken versneld kunnen afronden?
Antwoord 3
We hebben geen zicht op het aantal scholen dat leerlingen daadwerkelijk versneld examen
aanbiedt in individuele vakken. Alle scholen voor voortgezet onderwijs hebben volgens
de huidige regelgeving de mogelijkheid om leerlingen één of meer vakken versneld te
laten afronden. Binnen de pilot «Verrijkt vwo en/of versneld vwo»» zijn er wel 30
scholen die een ontheffing bezitten om voor getalenteerde leerlingen het hele vwo-programma
in te korten naar vijf jaar.
Vraag 4
In hoeverre is het wenselijk dat leerlingen met een VWO-maatwerkdiploma wel de mogelijkheid
krijgen om versneld een HBO- opleiding te volgen, maar niet gewoon aan een universitaire
studie kunnen beginnen? Wat gaat u doen, zodat leerlingen met een VWO-maatwerkdiploma
wel gewoon aan een universitaire studie kunnen beginnen?
Antwoord 4
Wij gaan ervan uit dat deze vraag uitgaat van een havodiploma met één of meer vakken
op vwo-niveau. De laatste jaren volgen meer leerlingen een vak op hoger niveau. Onze
eerste inzet bij deze leerlingen is om vooral te kijken naar hoe we hun meerwerk en
extra inzet kunnen belonen. Daarover blijven we in gesprek met de ho-instellingen.
De huidige richtlijnen geven voldoende mogelijkheden om hiermee te experimenteren.
Momenteel houden wij vast aan de eisen die officieel zijn vastgesteld voor de doorstroom
naar het wetenschappelijk onderwijs. Wij gaan ons beraden op het eerder genoemde onderzoek
en zullen later dit jaar vaststellen of wij tot een andere conclusie komen.
Voor informatie over de stand van zaken bij het experiment uit het regeerakkoord dat
ziet op toelating tot het vervolgonderwijs van leerlingen met diploma’s met vakken
op verschillende niveaus, verwijzen wij u naar ons antwoord op vraag 8.
Vraag 5
In hoeverre klopt de bewering dat buitenlandse studenten momenteel probleemloos worden
toegelaten met een maatwerkdiploma? Klopt het dat Britse studenten die minimaal drie
vakken op een zogenaamde A-level-niveau (het hoogste niveau) hebben afgerond, toegelaten
worden op een Nederlandse universiteit, terwijl bij Nederlandse studenten het vak
op het laagste niveau geldt? Hoe wenselijk vindt u dit?
Antwoord 5
Het hoger onderwijs is toegankelijk voor leerlingen die het voortgezet onderwijs in
het buitenland hebben doorlopen, in het bijzonder voor studenten uit andere EU-lidstaten.
Ieder land heeft echter een specifiek onderwijsstelsel waarbij de samenstelling van
het voortgezet onderwijs en het daarbij horende diploma, past bij de inrichting en
wijze van toelating tot het vervolgonderwijs in dat land. Dat maakt dat het voor instellingen
voor vervolgonderwijs ondoenlijk is om per land van herkomst en per opleiding specifieke
eisen te stellen aan het diploma van de student. Daarom is in de wet voorzien dat
het vervolgonderwijs selectiemiddelen tot haar beschikking heeft. Nuffic heeft per
land geïnventariseerd welke diploma’s qua niveau vergelijkbaar zijn met Nederlandse
instroomdiploma’s. Deze inventarisatie wordt vaak gebruikt door ho-instellingen als
richtlijn. Instellingen kunnen hier wel van afwijken indien ze dat noodzakelijk achten
voor specifieke vervolgopleidingen. Wij kunnen niet bevestigen dat Britse studenten
met minimaal drie vakken op A-level niveau altijd worden toegelaten op een universiteit.
Het is aan de betreffende instelling om de geschiktheid van buitenlandse aspirant-studenten
te beoordelen.
Vraag 6
Klopt het dat universiteiten en hogescholen momenteel wettelijk geen mogelijkheden
hebben om studenten aan te nemen die geen volledig HAVO- of VWO-diploma hebben afgerond?
Wat vindt u daarvan? Bent u bereid om dit wettelijk mogelijk te maken?
Antwoord 6
Dit is ten dele juist. Voor directe toelating tot bijvoorbeeld de universiteit met
een havodiploma met één of meer vakken op vwo-niveau bestaat nu inderdaad geen mogelijkheid
als de persoon in kwestie jonger is dan 21 jaar.
In veel gevallen biedt een propedeuse van het HBO mogelijkheden om in te stromen bij
universitaire opleidingen, al dan niet zonder enige aanvullende eisen. Het afsluiten
van één of meer voor die opleiding belangrijke vakken op vwo-niveau kan een dergelijke
aanvullende eis zijn. Ook een mbo-diploma biedt toelaatbaarheid tot het hbo. Daarnaast
kan een instelling voor hoger onderwijs een toelatingsonderzoek organiseren, het zogeheten
Colloquium Doctum. Hierbij is wel een minimale leeftijd van toepassing van 21 jaar
omdat het een tweede kans op toelating biedt Het behalen van een vo-diploma met het
bijbehorende toelatingsrecht blijft de geijkte wijze toegang te krijgen tot het vervolgonderwijs.
Dit aspect wordt in het eerder genoemde onderzoek opnieuw meegewogen bij het evalueren
van de voor- en nadelen van maatwerkdiploma’s in combinatie met doorstroom naar vervolgonderwijs.
In de beleidsreactie hierop zullen wij daarom dit standpunt bevestigen of herzien.
Vraag 7
Bent u van mening dat het belangrijk is om alles uit een leerling te halen, dat er
geen focus moet zijn op het slechtste vak maar op de beste vakken van leerlingen en
dat een maatwerkdiploma hiervoor een goed instrument is? Zo nee, waarom niet? Zo ja,
bent u bereid om te kijken naar mogelijkheden waarbij een maatwerkdiploma in het aankomende
collegejaar een leerling al verder kan helpen in het hoger onderwijs?
Antwoord 7
Wij zijn inderdaad van mening dat het belangrijk is dat leerlingen alles uit zichzelf
kunnen halen. Binnen de huidige richtlijnen zijn er mogelijkheden voor de leerlingen
om met de mindere cijfers op één of twee vakken alsnog te slagen middels de compensatieregeling.
Ook is het mogelijk om alle vakken minus één op een hoger niveau af te ronden. Dit
kan worden ingezet om leerlingen te motiveren om alles eruit te halen dat erin zit.
En de leerling kan het voortgezet onderwijs afronden ondanks dat het niveau waarop
verschillende vakken wordt beheerst divers is. De gevolgen van dit maatwerk bij het
doorstromen naar het vervolgonderwijs, is zoals aangegeven het onderwerp van het onderzoek
waarover wij graag later met u van gedachten wisselen.
Vraag 8
Wat is de stand van zaken van het experiment in het voortgezet onderwijs om meerdere
vakken op een hoger niveau af te ronden en daarmee toegang te krijgen tot specifieke
vervolgopleidingen, mits zij voldoen aan de selectiecriteria van desbetreffende vervolgopleidingen?
Welke universiteiten en hogescholen doen mee met dit experiment? Hoeveel leerlingen
kunnen hierdoor al profiteren van meer mogelijkheden door hun maatwerkdiploma?
Antwoord 8
Momenteel zijn de Onderwijsgroep Tilburg (ROC), de hogescholen Avans en Fontys en
de Universiteit van Tilburg samen met meerdere vo-scholen verenigd in een experimentgroep.
Men kijkt daar op basis van casussen en leerlingprofielen hoe bestaand maatwerk uit
het voortgezet onderwijs, beter herkend en erkend kan worden in het vervolgonderwijs.
De inzet is in eerste instantie om te onderzoeken hoe dit kan binnen de huidige regelgeving.
Ons ministerie en de sectorraden zijn ook aangesloten bij dit overleg. De experimentgroep
bestaat uit scholen en instellingen die in meer of mindere mate al bezig zijn met
het bieden van maatwerk, ook bij de overgang naar het vervolgonderwijs. In de regel
gaat het per instelling om enkele leerlingen per jaar.
Vraag 9
Bent u van mening dat een maatwerkdiploma kan zorgen voor meer kansengelijkheid en
dat daarmee talenten optimaal worden benut? Zo ja, welke maatregelen gaat u nemen
om meer kansen te bieden aan leerlingen met een maatwerkdiploma in hun vervolgopleiding?
Antwoord 9
Zoals gemeld in het antwoord op vraag 2, komen wij voor de zomer met een beleidsreactie
op voornoemd onderzoek. Hierin zullen wij ook specifiek ingaan op het aspect kansengelijkheid
in relatie tot maatwerkdiploma’s.
Vraag 10
Kunt u alle vragen afzonderlijk beantwoorden?
Antwoord 10
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.