Schriftelijke vragen : Het uitreiken van ‘coronavouchers’ door reisorganisaties en het bericht ‘Europese Commissie handhaaft recht op geld terug bij annulering’.
Vragen van de leden Paternotte en Schonis (beiden D66) aan de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van Economische Zaken en Klimaat over het uitreiken van «coronavouchers» door reisorganisaties en het bericht «Europese Commissie handhaaft recht op geld terug bij annulering» (ingezonden 14 mei 2020).
Vraag 1
Klopt het dat consumenten nog steeds moeten voldoen aan de aanbetalingsregelingen
van reisorganisaties voor de door hen geboekte reizen om hun aanbetaling terug te
krijgen, zelfs al is het onwaarschijnlijk dat de reis door kan gaan? Klopt het dat
diezelfde consumenten vervolgens vaak niet hun geld, maar een voucher ontvangen voor
de door hen geboekte reis?
Vraag 2
Kunt u aangeven welke landen momenteel van inreizende Nederlanders verlangen dat zij
veertien dagen in quarantaine verblijven?
Vraag 3
Vindt u het acceptabel wanneer consumenten aanbetalingen moeten verrichten voor vakantiereizen
naar landen die veertien dagen quarantaine vereisen voor inreizigers en/of de grenzen
van het land hebben gesloten voor Nederlanders tot voorbij de aankomstdatum? Zo nee,
hoe wilt u gaan voorkomen dat reisorganisaties dit wel van consumenten vragen?
Vraag 4
Deelt u de mening dat het onwenselijk is wanneer consumenten tegen hun wil gedwongen
worden als een soort leenbank te fungeren voor reisorganisaties, terwijl zij door
de coronacrisis mogelijk zelf in financieel zwaar weer verkeren?
Vraag 5
Bent u op de hoogte van het bericht «Europese Commissie handhaaft recht op geld terug
bij annulering»?1 Bent u bovendien op de hoogte van de uitgevaardigde richtlijnen van de Europese Commissie,
waarin duidelijk wordt aangegeven dat vouchers alleen mogen worden uitgegeven met
toestemming van de consument?2
Vraag 6
Bent u het ermee eens dat uw aanwijzing aan de Inspectie Leefomgeving en Transport
(ILT) om niet te handhaven als luchtvaartmaatschappijen vouchers uitgeven in plaats
van aan hun plicht tot terugbetaling te voldoen, in strijd is met het Europese consumentenrecht
en met de aanbeveling van de Europese Commissie van 13 mei 2020?
Vraag 7
Deelt u de mening dat voucheruitgifte aantrekkelijk mag worden gemaakt, maar niet
verplicht zou moeten worden gesteld, zeker nu nogmaals door de Commissie is benadrukt
dat deze praktijk indruist tegen het vigerend Europees recht? Bent u bereid om – zoals
geadviseerd door de Europese Commissie – met de sector in gesprek te gaan over de
voucherkarakteristieken die de Commissie heeft aanbevolen, zoals het garanderen van
de vouchers en het kosteloos overdraagbaar maken ervan, zodat deze optie eerlijker
en aantrekkelijker wordt gemaakt? Zo ja, kunt u de uitkomsten van deze gesprekken
delen met de Kamer?
Vraag 8
Indien u deze mening deelt, bent u bereid uw aanwijzing aan de ILT in te trekken of
te wijzigen op zo’n manier dat een luchtvaartmaatschappij een voucher mag aanbieden,
maar consumenten zonder door allerlei hoepels te springen ook kunnen kiezen voor teruggave
van hun eigen geld? Hoe bent u voornemens de richtlijnen van de Europese Commissie
op te volgen en te handhaven?
Vraag 9
Kunt u toelichten wat de status is van uw voornemen om een Europees garantiefonds
op te zetten, zodat de waarde van de vouchers waar door de consument vrijwillig voor
is gekozen beschermd blijft voor eventuele faillissementen? Indien dit op Europees
niveau niet haalbaar blijkt, bent u bereid dit op een nationaal niveau op te zetten?
Vraag 10
Gezien de boekingen voor het vakantieseizoen weer langzaam aan het opstarten zijn,
kunt u bovenstaande vragen elk afzonderlijk zo spoedig mogelijk beantwoorden?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
Jan Paternotte, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
R.A.J. Schonis, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.