Verslag van een schriftelijk overleg : Verslag van een schriftelijk overleg over o.a. reactie op rapporten ProDemos
31 475 Huis voor democratie en rechtsstaat
Nr. 24 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Vastgesteld 1 april 2020
De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft een aantal vragen en opmerkingen
voorgelegd aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de brief
van 28 oktober 2019 over de reactie op de rapporten inzake ProDemos ((Kamerstuk 31 475, nr. 22) en over de brief van 9 januari 2020 over een overzicht van de eerste stappen naar
een integraal verbeterplan (Kamerstuk 31 475, nr. 23).
De vragen en opmerkingen zijn op 14 februari 2020 aan de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties voorgelegd. Bij brief van 31 maart 2020 zijn de vragen
beantwoord.
De voorzitter van de commissie, Ziengs
De adjunct-griffier van de commissie, Hendrickx
Inhoudsopgave
Blz.
I.
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
2
1.
Inleiding
2
2.
Organisatorische structuur
2
3.
Integraal verbeterplan
3
II.
Reactie van de Minister
4
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
1. Inleiding
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de reactie
op de rapporten over ProDemos (Kamerstuk 31 475, nrs. 22 en 23). Zij erkennen dat maatregelen nodig zijn om de problemen bij ProDemos op duurzame
wijze aan te pakken, zijn erkentelijk voor de reeds genomen stappen en zien uit naar
het integrale verbeterplan dat in april 2020 wordt voorgelegd. Wel hebben de leden
nog enkele vragen over de kabinetsreactie.
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de brieven van de Minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 9 januari 2020 en 28 oktober 2019. De
voornoemde leden stellen met genoegen vast dat ProDemos verheugd is met de aanbevelingen
van de onderzoekscommissie en de visitatiecommissie en daarmee serieus aan de slag
is gegaan.
De voornoemde leden hebben naar aanleiding van de brieven, de bevindingen en de aanbevelingen
nog enkele aanvullende vragen.
De leden van de PvdA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de rapporten
over ProDemos, het verbeterplan en de reactie van de Minister daarop. Deze leden zien
dat er vele stappen zijn genomen en worden voorbereid om de integriteit en veilige
werkomgeving voor de medewerkers aantoonbaar te verbeteren.
2. Organisatorische structuur
De leden van de VVD-fractie vragen of de Minister hun mening deelt dat het dubbele
karakter van de relatie van ProDemos met het ministerie en de Tweede Kamer als subsidiegever
en opdrachtgever tegelijk, onwenselijk is? Op welke manier kan dit volgens de Minister
worden opgelost?
De leden van de D66-fractie constateren naar aanleiding van het onderzoeksrapport
dat de Raad van Toezicht van ProDemos onvoldoende op de hoogte was van de klachten
over ongewenste omgangsvormen en de aanpak daarvan. Tevens wordt voor de Raad van
Toezicht een belangrijke rol weggelegd voor de aanpak van grensoverschrijdend gedrag.
De voornoemde leden zijn benieuwd welke verbeteringen de Minister voorstelt ten aanzien
van de Raad van Toezicht van ProDemos. Kan de Minister de verbeterpunten puntsgewijs
uiteenzetten? Verder achten de leden van de D66 fractie het zeer wenselijk dat transparantie
bij een organisatie als ProDemos te alle tijden wordt nagestreefd. De voornoemde leden
vragen de Minister hoe dit in de praktijk wordt gebracht bij ProDemos. Is de Raad
van Toezicht op transparante wijze samengesteld en is voor de buitenwereld helder
welke bevoegdheden de Raad heeft, zowel voor de Raad als geheel als voor de individuele
leden? Worden vacatures voor het lidmaatschap van de Raad van Toezicht extern vacant
gesteld, en zo ja, waar worden vacatures gepubliceerd? Op grond waarvan worden kandidaten
voor de Raad van Toezicht geselecteerd of juist afgewezen? Ontvangen afgewezen kandidaten
een motivatie? Hoe lang nemen leden zitting in de Raad van Toezicht? Hoe vaak mag
een herbenoeming plaatsvinden? Vindt deze herbenoeming automatisch plaats of vindt
er een weging plaats?
De leden van de PvdA-leden vragen, in het licht van de betrokkenheid van de medewerkers,
naar het functioneren van de Raad van Toezicht en de directie. De directie, niet zijnde
de huidig waarnemend directeur, en de Raad van Toezicht die ten tijde van het ontstaan
van de problemen bij ProDemos in functie waren, hebben blijkens het rapport over de
problemen onvoldoende gedaan om die problemen op te lossen. Er was immers sprake van
het te lang binnenskamers willen houden van de problemen, te weinig corrigerend optreden
en een ontoereikend intern onderzoek. Hoe zien de medewerkers van ProDemos dit? Is
daar sprake van voldoende vertrouwen in de directie en Raad van Toezicht? Zo ja, hoe
weet u dit? Zo nee, waar blijkt dat uit? De leden van de PvdA-fractie menen dat zonder
dit draagvlak het moeilijk zal blijven om een veilige werkomgeving te creëren. Kunt
u daar nader op in gaan?
3. Integraal verbeterplan
De leden van de VVD-fractie lezen dat de Raad van Toezicht wordt gevraagd om een integraal
verbeterplan op te stellen. De Minister vraagt daarbij om de omgeving, waaronder het
parlement, bij de totstandkoming van het verbeterplan te betrekken. Wat heeft de Minister
hierbij in gedachten? Op welke wijze wil de Minister de beide Kamers van het parlement
hierbij verder betrekken?
De Minister stelt dat de groei van het aantal scholieren dat het parlement de komende
jaren zal bezoeken, zoals in het Regeerakkoord afgesproken, ProDemos voor uitdagingen
stelt, waarbij de verbouwing van het Binnenhof de opgave des te uitdagender maakt.
Hoe beziet de Minister dit? Op welke manier wordt er zorg voor gedragen dat in de
toekomst alle schoolgaande kinderen het parlement kunnen bezoeken?
Voorts vragen de leden van de VVD-fractie zich af hoe ProDemos door middel van trainingsprogramma’s
meer bewustwording weet te creëren over ongewenst gedrag. Kan de Minister de aangeboden
handvatten nader specificeren? Is er bij ProDemos meer dan binnen het ministerie sprake
van een stevige inbedding van trainingen over ongewenst gedrag? Is de Minister het
met de leden van de VVD-fractie eens dat ongewenst gedrag overal kan plaatsvinden?
Of is er volgens de Minister meer risico op ongewenst gedrag binnen ProDemos, en zo
ja, waarom is dit het geval?
Hoe wordt met de uitbreiding van het aantal externe en interne vertrouwenspersonen
de gelegenheid voor medewerkers versterkt om een gesprek te voeren met een professional
binnen of buiten ProDemos? Was dit eerder niet mogelijk? Indien dit niet het geval
was, waarom niet? Op welke wijze draagt de versterking van de ondersteunende diensten
bij aan een veiligere en responsievere werkomgeving? En op welke manier blijven medewerkers
adequaat betrokken bij het formuleren van maatregelen? Wordt dit ingebed in de organisatie?
De leden van de D66 fractie zien dat in de nabije toekomst een grotere rol is weggelegd
voor ProDemos, met name vanwege de opgave om een groter aantal scholieren te begeleiden
dat via ProDemos het parlement bezoekt. De voornoemde leden maken zich zorgen over
de bevindingen ten aanzien van de krapte van de huisvesting alsmede de sterkte van
het uitvoerend personeel. Kan de Minister de Tweede Kamer nader informeren over de
concrete plannen ten aanzien van bekostiging, huisvesting en uitvoerend personeel?
Tevens zien de leden van de D66 fractie graag informatie tegemoet over de effecten
van de trainingen om meer bewustwording te creëren ten aanzien van ongewenst gedrag.
Worden deze trainingen regulier herhaald zodat de bewustwording op peil blijft? Wordt
de Tweede Kamer in april 2020 onverwijld op de hoogte gesteld van het integraal verbeterplan?
De leden van de D66-fractie wijzen er op dat het voor het interne draagvlak van belang
is dat de Ondernemingsraad het integraal verbeterplan steunt, zoals ook in de brief
gesteld. Zijn alle medewerkers tijdig en adequaat meegenomen in de plannen? Zijn er
zaken die de Ondernemingsraad wel en niet of minder steunt? Welke organisatie of bureau
zal worden belast met de externe en onafhankelijke monitoring? Wordt de Tweede Kamer
steeds onverwijld in kennis gesteld van de tweejaarlijkse openbare rapportages?
Wat ligt er verder in het vermogen van het de Minister om organisaties zoals ProDemos
te laten profiteren van elkaars ervaringen? Worden lessen en ervaringen onderling
gedeeld en ziet de Minister kansen om dit te coördineren dan wel de regisseren?
De leden van de PvdA-fractie lezen in de brief, die de waarnemend directeur en de
voorzitter van de Raad van Toezicht op 28 november aan de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties stuurden, dat zij «… het beeld dat in de media is geschetst
van het seksueel grensoverschrijdende gedrag niet in die mate herkennen in de verklaringen
die zijn afgelegd». Daaruit blijkt naar de mening van de leden van de PvdA-fractie
niet dat zij het probleem van grensoverschrijdend gedrag bij ProDemos in de volle
omvang erkennen. Deelt u die mening? Zo ja, hoe kunnen deze heren dan zorgen voor
de gewenste verbetering? En wilt u hierover in overlegtreden met beide ondertekenaars?
Zo nee, waarom niet? Kent u signalen dat onder de medewerkers van ProDemos met teleurstelling
en ook verdriet kennis genomen is van die zinsnede? Zo ja, waar bestaan die signalen
uit? Zo nee, kunt u (laten) onderzoeken hoe deze zinsnede evenals de rest van de brief
is gevallen? Mede omdat het van het grootste belang is dat de directie en Raad van
Toezicht het volste vertrouwen van de medewerkers moeten hebben wil de kans op een
succesvol herstel van een veilige werkomgeving groeien. Kunt u ook daar nader op in
gaan?
Het is naar de mening van de leden van de PvdA-fractie van doorslaggevend belang dat
medewerkers zelf betrokken zijn bij de totstandkoming van de stappen tot verbetering.
En nog meer dat er draagvlak voor die stappen is bij het personeel. Hoe is de betrokkenheid
van het personeel gewaarborgd? En hoe wordt gemonitord dat de stappen daadwerkelijk
tot een door het personeel zelf ervaren verbetering gaan leiden? Wordt dit over enige
tijd door een externe onafhankelijke commissie getoetst? Zo ja, op welke termijn?
Zo nee, waarom niet?
De leden van de PvdA-fractie willen tot slot graag weten hoe de nazorg voor de slachtoffers
is geregeld. Wie heeft er zicht op hoe het met de slachtoffers gaat? En wat is in
zijn algemeenheid de toestand van de slachtoffers?
II. Reactie van de Minister
Organisatorische structuur
De leden van de VVD-fractie vragen of ik hun mening deel dat het dubbele karakter
van de relatie van ProDemos met mijn ministerie en uw Kamer als subsidiegever en opdrachtgever
tegelijk, onwenselijk is en vragen hoe dit kan worden opgelost.
Eén van de aanbevelingen in de rapporten van de onderzoekscommissie ProDemos en de
visitatiecommissie ProDemos betreft de positionering van de stichting ProDemos in
relatie tot mijn ministerie. In mijn brief aan uw Kamer van 28 oktober 20191 geef ik hierover aan dat in het licht van de verdere professionalisering van ProDemos
de verhouding tot de subsidiegever een belangrijk aandachtspunt is. ProDemos werkt
aan een integraal verbeterplan, waarin zij ook de positionering van de stichting uitwerkt.
ProDemos levert dit plan in april op. Ik zal dit plan aan uw Kamer aanbieden en ga
dan in de begeleidende brief in op de positionering van ProDemos.
Hier lijkt een toelichting op de positie van ProDemos op zijn plaats. In 2010 is ProDemos
– Huis voor democratie en rechtsstaat van start gegaan. Vanwege de sterke verbondenheid
met de politiek en de rechtsstaat is gekozen voor de rechtsvorm van een zelfstandige
stichting om de onafhankelijke en onpartijdige positie van ProDemos te borgen.2 Die neutraliteit en onafhankelijkheid garandeert deelnemers aan de programma’s en
bezoekers objectieve en politiek neutrale informatie en educatieve inhoud. Het Ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) heeft een subsidierelatie met
ProDemos en verstrekt jaarlijks een subsidie aan ProDemos. Een deel van dit bedrag
is afkomstig van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. De subsidie wordt verstrekt
voor het overdragen van kennis over de democratische rechtsstaat, het vergroten van
democratische vaardigheden en het bevorderen van actief democratisch burgerschap.
De subsidieregeling ProDemos3 vormt de basis voor deze financiële relatie tussen het Ministerie van BZK en ProDemos,
en ziet op de financiering en de realisatie van de doelstellingen, waaronder de integratie
van de rondleidingen in de bredere educatieve programma’s. De statuten4 specificeren het doel van de stichting, de taken en bevoegdheden van de organisatieonderdelen,
de wijze van benoeming van de directie en de Raad van Toezicht en de bevoegdheden
van de Minister van BZK. Mijn bevoegdheden, die in de statuten zijn opgenomen, zijn
van organisatorische en niet van inhoudelijke aard. Deze bevoegdheden betreffen het
wel of niet goedkeuren van organisatorische besluiten binnen de stichting, zoals het
ontbinden van de stichting, een wijziging van de statuten, het goedkeuren van benoemingen
van de Raad van Toezicht en het ontslaan van de Raad bij taakverwaarlozing.
ProDemos kent naast het Ministerie van BZK ook andere financiers, met name het parlement
en de afnemers van producten en diensten van ProDemos, zoals gemeenten en provincies.
De relatie tussen ProDemos en de ambtelijke organisaties van het parlement is, zakelijk
gezien, behalve van financiële aard, ook van facilitaire aard. Dit geldt vooral voor
uw Kamer. Centraal staat daarbij het faciliteren en reguleren van de toegang van leerlingen
tot het parlementsgebouw voor de rondleidingen. Het presidium van uw Kamer kan op
grond van het Reglement van Orde regels stellen voor de toelating tot het gebouw van
uw Kamer en toehoorders tot de tribunes.
De leden van de D66-fractie vragen naar verbeterpunten voor de Raad van Toezicht.
In mijn brief aan uw Kamer van 28 oktober 2019 geef ik aan dat de Raad van Toezicht
is gevraagd om een eigen verbeterplan op te stellen, gebaseerd op de aan hen gerichte
aanbevelingen. Zoals eerder toegezegd, zal ik dit plan aan uw Kamer doen toekomen.
De voortgang van de uitvoering van dit verbeterplan zal ik tweemaal per jaar met de
Raad van Toezicht bespreken.
De leden van de D66-fractie stellen vragen over het (her)benoemingsproces van de Raad
van Toezicht en de transparantie over de bevoegdheden van de Raad en van individuele
leden van de Raad. Daarnaast vraagt de D66-fractie hoe de vacatures voor leden van
de Raad van Toezicht worden gepubliceerd, op grond waarvan de selectie plaatsvindt
en hoe afgewezen kandidaten worden geïnformeerd.
In de statuten van ProDemos zijn de bevoegdheden van de Raad en van de leden van de
Raad beschreven, evenals het benoemingsproces van de leden van de Raad van Toezicht.
Deze statuten zijn openbaar.5 Bij benoeming van leden is van belang dat de Raad politiek en maatschappelijk evenwichtig
is samengesteld en divers is naar geslacht, leeftijd en maatschappelijke en culturele
achtergrond van de leden, zodanig dat de stichting een politiek-maatschappelijke neutrale
positie heeft. Er is een rooster van benoemingen en aftreden van de leden van de Raad
van Toezicht. Dit is te vinden op de website van ProDemos.6 De leden worden voor 4 jaar benoemd en kunnen éénmaal voor eenzelfde periode worden
herbenoemd. Deze herbenoeming gaat niet automatisch. Bij het aflopen van de termijn
wordt de herbenoeming geagendeerd in de vergadering van de Raad van Toezicht. De Raad
neemt een eventueel besluit tot herbenoeming in de vergadering op basis van het functioneren
van het lid in de Raad. Nieuwe leden van de Raad van Toezicht worden geselecteerd
volgens een wervings- en selectieprocedure. Vacatures worden openbaar gemaakt.
Op advies van de visitatiecommissie ProDemos is de Raad van Toezicht van ProDemos
gevraagd om een nieuw lid te benoemen, dat veel ervaring heeft in het bedrijfsleven
met het opstellen van strategische plannen en bedrijfsvoering. De vacature voor dit
lid is gepubliceerd op de websites van het Financieel Dagblad en de Volkskrant en
verspreid via de website en social mediakanalen van ProDemos, waaronder Twitter, Facebook
en LinkedIn en de digitale nieuwsbrief van ProDemos. Voor de vacatures is het gebruikelijk
om ze kenbaar te maken via landelijke kranten. De sollicitatiecommissie van de Raad
van Toezicht heeft een briefselectie uitgevoerd, op grond waarvan kandidaten voor
een gesprek zijn uitgenodigd. De sollicitatiecommissie doet na de sollicitatiegesprekken
een voordracht voor een te benoemen kandidaat aan de Raad van Toezicht. De Raad van
Toezicht benoemt leden van de Raad van Toezicht na mijn voorafgaande schriftelijke
goedkeuring. ProDemos informeert afgewezen kandidaten met een algemeen afwijzingsbericht.
Kandidaten die informeren naar de reden van de afwijzing ontvangen een meer specifieke
motivering voor de afwijzing.
De leden van de PvdA-fractie stellen vragen over de beleving van de medewerkers van
ProDemos van het functioneren van en het vertrouwen in de Raad van Toezicht en de
directie van ProDemos in relatie tot een veilige werkomgeving.
De Raad van Toezicht is nadrukkelijk gevraagd om ervoor te zorgen dat het verbeterplan
op steun kan rekenen van de medewerkers van ProDemos en de ondernemingsraad van ProDemos
en dit aan te tonen in het integraal verbeterplan.
Integraal verbeterplan
De leden van de VVD-fractie hebben gevraagd hoe het parlement betrokken wordt bij
de totstandkoming van het integraal verbeterplan van ProDemos.
In mijn brief aan uw Kamer van 28 oktober 2019 heb ik gemeld dat ik de Raad van Toezicht
heb gevraagd om de omgeving, waaronder het parlement, te betrekken bij de totstandkoming
van het integraal verbeterplan van ProDemos. Hierbij gaat het vooral om de ambtelijke
organisatie van het parlement, belast met de voorziening van alle huishoudelijke taken
en de bedrijfsmatige ondersteuning. Dit is van belang voor de rondleiding van scholieren
door de gebouwen van het parlement. ProDemos is een onafhankelijke stichting en het
is aan de directie van ProDemos om te bepalen hoe dit gebeurt. Zoals eerder gemeld,
zal ik het integrale verbeterplan toesturen aan het parlement.
De leden van de VVD-fractie vragen hoe ervoor wordt gezorgd dat in de toekomst alle
schoolgaande kinderen het parlement kunnen bezoeken. De leden van de D66-fractie onderstrepen
deze uitdaging en zijn specifiek benieuwd naar de concrete plannen voor bekostiging,
huisvesting en uitvoerend personeel van ProDemos.
In mijn brief aan uw Kamer van 28 oktober 2019 geef ik aan dat ik ProDemos heb gevraagd
om de aanbevelingen van de visitatiecommissie, in het bijzonder die over de bedrijfsvoering,
mee te nemen in het verbeterplan. De Raad van Toezicht is gevraagd de voorwaarden
waaronder ProDemos deze verbeterstappen kan zetten, in kaart te brengen. Zowel de
verbetering van de bedrijfsvoering als de randvoorwaarden voor de verbeterstappen
hangen samen met de regeerakkoordopgave om alle scholieren het parlement te laten
bezoeken. Vanuit het regeerakkoord zijn extra middelen verstrekt om deze maatregel
mogelijk te maken. Dit staat uiteraard los van calamiteiten, zoals het recent schrappen
van alle rondleidingen door het parlement als gevolg van het Coronavirus. Ik wacht
het integraal verbeterplan van ProDemos met de inschatting door ProDemos van de daarmee
samenhangende gevolgen voor de opgave in het regeerakkoord, af.
De leden van de VVD-fractie vragen zich af hoe ProDemos met trainingsprogramma’s meer
bewustwording weet te creëren over ongewenst gedrag. De leden van de D66-fractie vragen
zich af of deze trainingen regulier herhaald worden. De leden van de VVD-fractie vragen
ook naar een specificering van de trainingen, inclusief aangeboden handvatten.
De trainingsprogramma’s gericht op meer bewustwording over ongewenst gedrag zijn op
verzoek van de directie van ProDemos opgezet onder leiding van een extern adviesbureau
gespecialiseerd in de aanpak van ongewenste omgangsvormen. Hierbij staat bewustwording
en het bespreekbaar maken van gepast en ongepast gedrag centraal. Voorlichtingen en
trainingen over ongewenst gedrag worden periodiek gegeven aan het personeel van ProDemos.
Het beleid omtrent integriteit en ongewenst gedrag wordt in de organisatie ingebed
via periodieke bewustwordingstrainingen, presentaties, workshops en informatievoorziening
via het intranet van ProDemos. ProDemos is ook bezig met het ontwikkelen en invoeren
van een nieuw inwerkprogramma voor nieuwe medewerkers. Het bespreekbaar maken van
ongewenst gedrag wordt hierin een vast onderdeel. Verder maken nieuwe medewerkers
kennis met de ondernemingsraad, de vertrouwenspersonen en de directie.
De leden van de VVD-fractie vragen zich af of ik met hen eens ben dat ongewenst gedrag
overal kan plaatsvinden. Verder vragen de voornoemde leden of er bij ProDemos meer
dan binnen mijn ministerie sprake is van een stevige inbedding van trainingen over
ongewenst gedrag.
Ik ben het met de leden van de VVD-fractie eens dat ongewenst gedrag in principe overal
kan plaatsvinden, maar dat alle organisaties proactief moeten werken aan het voorkomen
van ongewenste omgangsvormen. Het is dan ook van belang om dergelijk beleid stevig
in te bedden en verwacht dat ook terug te zien in het verbeterplan van ProDemos.
De leden van de VVD-fractie hebben ook vragen gesteld over de uitbreiding van het
aantal externe en interne vertrouwenspersonen bij ProDemos van twee naar vier. Specifiek
zijn de leden van de VVD-fractie benieuwd hoe de uitbreiding de gelegenheid voor medewerkers
versterkt om een gesprek te voeren met een professional binnen of buiten ProDemos.
Ook vragen de leden van de VVD-fractie zich af of dit niet eerder mogelijk was.
Het was voor deze uitbreiding al mogelijk om (intern) een gesprek te voeren met de
vertrouwenspersonen. Enkele (oud-)medewerkers hebben van deze mogelijkheid gebruik
gemaakt. De uitbreiding van het aantal interne vertrouwenspersonen in juni 2019 van
twee naar vier biedt meer mogelijkheden aan medewerkers om een vertrouwelijk gesprek
aan te gaan. In april 2019 heeft ProDemos een externe vertrouwenspersoon aangesteld.
De externe vertrouwenspersoon en de uitbreiding zijn bedoeld om vertrouwelijke gesprekken
zo laagdrempelig mogelijk te maken voor alle medewerkers binnen de organisatie.
De leden van de VVD-fractie vragen naar de wijze waarop de versterking van de ondersteunende
diensten aan een veiligere en responsievere werkomgeving bijdragen.
De visitatiecommissie ProDemos beschouwt de bedrijfsvoering als het fundament voor
het goed functioneren van de rest van de organisatie. Verder constateert de visitatiecommissie
dat de groei van de afgelopen jaren en de groei die nog moet komen, passende versterking
van de ondersteuning nodig hebben. Sinds het uitbrengen van de rapporten van de visitatiecommissie
en de onderzoekscommissie, heeft ProDemos stappen gezet ter versterking van de ondersteunende
diensten, ook op basis van onderzoek uitgevoerd door externe adviesbureaus gespecialiseerd
in werkplekveiligheid. Daarbij heeft het personeelsbeleid bijzondere aandacht gekregen.
Versterking en inbedding van de ondersteunende diensten dragen bij aan een robuuster
stelsel van kwaliteitsbewaking en verantwoording. Dit zorgt in het algemeen ervoor
dat de organisatie gestructureerder en planmatiger aan de slag kan. Dat draagt uiteindelijk
ook bij aan de responsiviteit en de veiligheid van de werkomgeving.
De leden van de VVD-fractie vragen hoe de medewerkers betrokken blijven bij het formuleren
van maatregelen. De leden van de D66-fractie zijn ook benieuwd naar de betrokkenheid
van de medewerkers hierbij en willen specifiek weten of alle medewerkers tijdig en
adequaat meegenomen worden in de plannen. Ook de leden van de PvdA-fractie zijn benieuwd
hoe de betrokkenheid van het personeel hierbij gewaarborgd wordt. De leden van de
D66-fractie vragen in hoeverre de Ondernemingsraad van ProDemos de plannen wel of
niet steunt.
In de brieven aan uw Kamer van 28 oktober 2019 en van 9 januari 2020 geef ik aan dat
de Raad van Toezicht en de directie van ProDemos is gevraagd om de betrokkenheid van
de medewerkers bij de totstandkoming van het integraal verbeterplan goed te borgen.
Het verbeterplan moet op steun kunnen rekenen van de medewerkers van ProDemos en de
ondernemingsraad. Zo organiseert ProDemos reguliere bijeenkomsten met de medewerkers
om de inhoud van het verbeterplan te bespreken. Daarnaast worden de medewerkers met
een regelmatige update per mail geïnformeerd over de ontwikkelingen rond de totstandkoming
van het verbeterplan en de maatregelen die genomen worden. Ook de Ondernemingsraad
van ProDemos is via reguliere overlegmomenten betrokken bij het verbeterplan. De directie
en de Ondernemingsraad hebben in beginsel zesmaal per jaar overleg. Over de reorganisatie
en de totstandkoming van het integraal verbeterplan overlegt de directie maandelijks
met de Ondernemingsraad en indien nodig vaker. Er is jaarlijks overleg tussen de Raad
van Toezicht en de Ondernemingsraad. In de afgelopen periode is er vaker overleg geweest.
Verder heeft één lid van de Raad van Toezicht zitting in deze raad op voordracht van
de Ondernemingsraad. Er zijn frequente overleggen en contacten tussen dit lid en de
Ondernemingsraad.
De leden van de D66-fractie vragen of uw Kamer in april 2020 onverwijld op de hoogte
gesteld zal worden van het integraal verbeterplan.
Het integraal verbeterplan verwacht ik uiterlijk in april 2020. Na ontvangst zal ik
het verbeterplan met mijn reactie met het parlement delen.
De leden van de D66-fractie vragen welke organisatie of bureau belast wordt met de
externe en onafhankelijke monitoring van de implementatie van het integraal verbeterplan.
De leden van de PvdA-fractie zijn ook benieuwd naar de monitoring en de termijn van
toetsing. Verder vragen de leden van de D66-fractie zich af of uw Kamer steeds onverwijld
in kennis gesteld zal worden van de tweejaarlijkse openbare rapportages.
Ik heb de Raad van Toezicht van ProDemos gevraagd om de voortgang van de implementatie
extern en onafhankelijk te laten monitoren. Het is aan de Raad van Toezicht van ProDemos
om te bepalen welk bureau of welke organisatie belast wordt met deze monitoring. De
Raad van Toezicht en de directie van ProDemos zullen deze onafhankelijke en openbare
voortgangsrapportages tweemaal per jaar met mij bespreken. Waar nodig zal ik het parlement
informeren.
De leden van de D66-fractie vragen wat in mijn vermogen ligt om «organisaties zoals
ProDemos te laten profiteren van elkaars ervaringen».
Ik lees deze vraag als een vraag die ziet op de uitwisseling van kennis en praktijkervaring
tussen ProDemos en soortgelijke stichtingen en kennisinstellingen. ProDemos is een
onafhankelijk stichting. Stichtingen zoals ProDemos kunnen zelf kiezen om ervaringen
en kennis met elkaar uit te wisselen. Ik zie geen rol voor mij weggelegd in het coördineren
dan wel regisseren van dergelijke uitwisselingen.
De leden van de PvdA-fractie zijn van mening dat de waarnemend directeur en de Raad
van Toezicht van ProDemos het probleem van grensoverschrijdend gedrag niet in de volle
omvang erkennen.
Dit beeld herken ik niet uit mijn gesprekken met de directie en de Raad van Toezicht
van ProDemos. Zij onderkennen het probleem van grensoverschrijdend gedrag in de volle
omvang en hebben sinds de openbaarmaking van beide rapporten goede stappen gezet ter
verbetering van de integriteit en veilige werkomgeving en zijn hiermee nog volop bezig.
Verder vragen de leden van de PvdA-fractie of ik signalen ken dat onder de medewerkers
van ProDemos met teleurstelling en ook verdriet kennis is genomen van een zinsnede
in de ProDemos brief van 28 november 2019.
Ik heb op 24 januari 2020 een anonieme brief ontvangen van één persoon. De brief is
ook gestuurd naar de voorzitters van het parlement en aan de NOS. De briefschrijver
geeft aan geen vertrouwen te hebben in de Raad van Toezicht en de directie van ProDemos.
Deze brief heb ik gedeeld met de directie van ProDemos en hen gevraagd om aandacht
aan dit signaal te schenken. ProDemos is bezig met het opstellen van het integrale
verbeterplan en moet de kans krijgen om dit zorgvuldig op te pakken. Ik vind het van
belang dat het integrale verbeterplan op voldoende steun kan rekenen van de medewerkers
en de Ondernemingsraad van ProDemos en dat zij hun zorgen kunnen blijven delen met
de directie en de Raad van Toezicht.
De leden van de PvdA-fractie willen tot slot weten hoe de nazorg voor de slachtoffers
is geregeld en hoe het in het algemeen met hen gaat.
Het toezien op een correct verloop van de nazorg voor de medewerkers die getroffen
zijn door de incidenten is belangrijk. De directie en de Raad van Toezicht van ProDemos
zijn hiervoor verantwoordelijk en hebben tot nu toe mogelijkheden aangereikt aan de
medewerkers voor professionele hulp en nazorg. In april 2019 hebben alle medewerkers
van ProDemos mogelijkheden aangereikt gekregen voor professionele hulp, waaronder
nazorg van een gespecialiseerd adviesbureau. In november 2019 heeft de directie van
ProDemos psychosociale hulp geboden via een bureau voor werkgerelateerde problematiek.
Van deze mogelijkheden is door enkele (oud)medewerkers gebruikgemaakt. Voor de medewerkers
van ProDemos is het nog steeds mogelijk om psychosociale hulp te krijgen.
Ondertekenaars
-
, -
Eerste ondertekenaar
E. Ziengs, voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
F.M.J. Hendrickx, adjunct-griffier