Schriftelijke vragen : De implementatie van noodverordeningen ten behoeve van de ‘intelligente lockdown’.
Vragen van de leden Den Boer, Sneller en Groothuizen (allen D66) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en voor Rechtsbescherming over de implementatie van noodverordeningen ten behoeve van de «intelligente lockdown» (ingezonden 30 maart 2020).
Vraag 1
Klopt het dat de wettelijke grondslag voor de in de Kamerbrief vermelde nieuwe maatregelen
niet is gecommuniceerd1 Zo ja, waarom niet? Wat is de wettelijke grondslag voor de nieuwe maatregelen?
Vraag 2
Deelt u de opvatting dat bij maatregelen die individuele vrijheden van burgers inperken,
het van belang is de wettelijke grondslag te communiceren?
Vraag 3
Deelt u de mening dat het onwenselijk is om op maandag maatregelen aan te kondigen
die drie dagen later nog geen juridische basis kennen en aldus nog niet te handhaven
zijn? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Kunt u toelichten waarom het sinds de persconferentie van maandag 23 maart 20202 zo lang heeft geduurd om de noodverordeningen op te stellen?
Vraag 5
Klopt het dat de sluiting van de Haagse markt heeft plaatsgevonden naar aanleiding
van de aankondiging van nieuwe maatregelen op 23 maart 2020, zoals de Minister-President
tijdens het debat op 26 maart 2020 suggereerde?3 Klopt het dat deze actie is uitgevoerd vóór de inwerkingtreding van een aangepaste
noodverordening?
Vraag 6
Deelt u de mening dat dit soort situaties voorkomen hadden kunnen worden als nieuwe
maatregelen en eventuele richtlijnen voor noodverordeningen voorafgaand aan de publieke
aankondiging op maandag waren afgestemd met de veiligheidsregio’s? Bent u van plan
dit in het vervolg te doen?
Vraag 7
Wanneer worden de noodverordeningen herroepen? Wanneer wordt er afgeschaald en hoe
wordt dit gecommuniceerd?
Vraag 8
Hoe duidt u de opmerkingen van de Minister-President in het plenaire debat van 26 maart
2020 over de ontwikkelingen rondom het coronavirus waarin hij stelt dat «de noodverordening
wordt vandaag vastgesteld en is de komende dagen van kracht, maar – je zag het gisteren
ook al bij de Haagse markt – het is eigenlijk al zo dat de burgemeesters daarop handhaven,»
mede in het licht van het beginsel dat geen feit strafbaar is dan uit een voorafgaande
strafbepaling?
Vraag 9
Klopt het dat het landelijk model-noodverordening is opgesteld om discrepantie in
handhaving en juridische discussie te voorkomen?4
Indieners
-
Gericht aan
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming -
Gericht aan
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid -
Indiener
M.G.W. den Boer, Tweede Kamerlid -
Medeindiener
Joost Sneller, Kamerlid -
Medeindiener
M. Groothuizen, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.