Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van de leden Belhaj en Diertens over de gevolgen van het coronavirus voor de culturele sector
Vragen van de leden Belhaj en Diertens (beiden D66) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de gevolgen van het coronavirus voor de culturele sector (ingezonden 16 maart 2020).
Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) mede namens
de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 27 maart 2020).
Vraag 1
Welke maatregelen en scenario’s zijn er beschikbaar om de gevolgen van de coronacrisis
voor de culturele sector op te vangen?1 Kunt u schetsen wat deze maatregelen en scenario’s precies inhouden, op basis waarvan
wordt besloten of ze worden ingezet en in hoeverre ze al in werking zijn getreden?
Antwoord 1
De maatregelen en scenario’s voor de cultuursector voor de korte termijn zijn als
volgt. U heeft inmiddels de brief van het kabinet ontvangen met maatregelen om de
economische effecten op te vangen voor ondernemingen en werkenden van Nederland2. Van deze generieke maatregelen kan de culturele en creatieve sector gebruik maken,
ook de zelfstandigen. Samen met hen wordt inzichtelijk gemaakt hoe deze maatregelen
uitwerken in die sectoren. In de kabinetsbrief is aangegeven hoe en wanneer deze maatregelen
in werking zullen treden.
Daarnaast wordt er ruimte gemaakt voor liquiditeit bij gesubsidieerde instellingen
en makers door een aantal zogeheten coulancemaatregelen te nemen. Zo is met het Rijksvastgoedbedrijf
overeengekomen om de musea die hun panden huren van het Rijksvastgoedbedrijf desgewenst
een huuropschorting van drie maanden te geven. Met de coulance maatregelen is beoogd
de door het rijk gesubsidieerde instellingen en makers financiële ruimte te geven
om zich te richten op de zaken die nu belangrijk zijn voor de voortzetting van hun
praktijk. Dit geldt niet alleen voor instellingen gesubsidieerd in de basisinfrastructuur maar ook voor instellingen en makers ondersteund
door de zes rijkscultuurfondsen. Gemeenten, provincies en private fondsen hebben toegezegd
ook coulant om te gaan met de subsidiëring en ondersteuning van instellingen, makers
en projecten in de culturele en creatieve sector.
Met dit noodpakket aan maatregelen doen we het maximale om banen te behouden en gevolgen
voor de economie te beperken. De maatregelen die we nu nemen zijn fors en nadrukkelijk
voor de komende weken en maanden. Het kabinet is volledig doordrongen van de moeilijke
periode waar we nu in zitten. Afhankelijk van de ontwikkelingen, zal het kabinet noodzakelijke
en passende vervolgmaatregelen treffen indien de situatie daartoe noopt. Uiteraard
zal daarbij zeker ook aandacht zijn voor de culturele sector.
Vraag 2
Deelt u de mening dat de culturele sector extra kwetsbaar is voor de economische gevolgen
van het coronavirus, gelet op het hoge aantal zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers)
en freelancers dat werkzaam is in de sector? Welke mogelijkheden ziet u zelf om de
sector op dit punt te ondersteunen en dan met name de kunstenaars die plots zonder
inkomen zitten?
Antwoord 2
Wij zijn ons zeer bewust van de kwetsbaarheid van zzp’ers in het algemeen en in de
culturele en creatieve sector in het bijzonder. Voor de rest verwijzen wij naar ons
antwoord op vraag 1.
Vraag 3
Hoe verlopen de gesprekken die u met de sector voert over het opvangen van de gevolgen
van het coronavirus?
Antwoord 3
De gesprekken met de sector onder aanvoering van de taskforce die is ingesteld door
Kunsten ’92 zijn constructief, en zijn maandag 16 maart jl. gestart. Ook de komende
tijd zal er veelvuldig overleg plaatsvinden in dit verband, waarbij ook de zes rijkscultuurfondsen,
private fondsen, gemeenten en provincies worden betrokken.
Vraag 4
Wat vindt u van de mogelijkheid om het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz),
(tijdelijk) te verruimen voor zzp'ers in de cultuursector, zoals geopperd door de
Kunstenbond?3 In hoeverre is dit een mogelijkheid die u onderzoekt om de culturele sector tijdelijk
tegemoet te komen? Welke andere mogelijkheden ziet u nog?
Antwoord 4
Het kabinet zet voor zelfstandigen een nieuwe regeling op, die een uitkering verstrekt
ter hoogte van de bedragen uit de Participatiewet (max. ongeveer 1.500 euro) zonder
de toets op vermogen en partnerinkomen die gebruikelijk zijn in de BBZ. Tevens kent
deze regeling geen toets op levensvatbaarheid. Binnen deze regeling hebben zelfstandigen
ook toegang tot bedrijfskrediet. Hiervan kunnen ook zelfstandigen in de cultuursector
gebruik maken.
Voor wat betreft de andere mogelijkheden verwijzen wij u naar ons antwoord op vraag
1.
Vraag 5
Wanneer verwacht u meer duidelijkheid te hebben over het steunpakket om de culturele
sector tegemoet te komen, zoals het kabinet gevraagd is in de aangenomen motie-Jetten
c.s.?4 In hoeverre is de sector zelf ook een gesprekspartner bij de uitwerking van dit steunpakket?
Antwoord 5
Zie voor het antwoord de antwoorden op vraag 1 en op vraag 3.
Vraag 6
Op welke wijze en door wie kunnen freelancers in de sector zich het beste laten informeren
over de consequenties van alle annuleringen en de gevolgen daarvan voor hun persoonlijke
situatie?
Antwoord 6
De informatie en maatregelen zoals kabinetsbreed worden getroffen worden gecommuniceerd
via rijksoverheid.nl en de betreffende uitvoeringsorganisaties die de uitvoering van
de maatregelen ter hand nemen. Daarnaast wordt de sector afzonderlijk geïnformeerd,
zodat Kunsten ’92, de Kunstenbond, de brancheorganisaties en Platform ACCT ook een
rol kunnen vervullen richting hun leden of aangeslotenen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap -
Mede namens
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.