Schriftelijke vragen : Het melden van mogelijke coronadoden door huisartsen
Vragen van het lid Krol (50PLUS) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het melden van mogelijke coronadoden door huisartsen (ingezonden 27 maart 2020).
Vraag 1
Kent u het bericht «Huisartsen verontrust: werkelijk aantal coronadoden ligt hoger»?1
Vraag 2
Klopt het inderdaad dat huisartsen alleen coronadoden moeten melden bij de GGD van
wie met een test is aangetoond dat ze het virus onder de leden hadden?
Vraag 3
Klopt het dat volgens de RIVM-website COVID 19 tot de zogenoemde A categorie infectieziekten
behoort?2
Vraag 4
Indien vraag 2 en 3 met ja zijn beantwoord, hoe verhoudt het niet kunnen melden van
vermoedelijke coronadoden zich tot de artikel 22, eerste lid, van de Wet publieke
gezondheid (Wpg), dat bepaalt: «De arts die bij een door hem onderzocht persoon een
infectieziekte behorend tot groep A vermoedt of vaststelt, meldt dit onverwijld aan
de gemeentelijke gezondheidsdienst»?3
Vraag 5
Kunt u ervoor zorgdragen dat huisartsen vermoedelijke coronadoden, dus doden waarvan
de arts vermoedt dat het coronavirus tot het overlijden leidde, maar waar geen test
werd afgenomen, conform de Wpg kunnen melden bij de GGD?
Vraag 6
Kunt u tevens ervoor zorgdragen dat deze vermoedelijke coronadoden door huisartsen
gemeld, in de dagelijkse overzichten van het RIVM worden opgenomen, bijvoorbeeld als
een nieuwe categorie «vermoedelijke coronadoden»?
Indieners
-
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
H.C.M. Krol, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.