Schriftelijke vragen : Schadelijke effecten voor werknemers in kantoortuinen
Vragen van het lid Gijs van Dijk (PvdA) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over schadelijke effecten voor werknemers in kantoortuinen (ingezonden 26 februari 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met de uitzending van De Monitor over de schadelijke effecten voor werknemers
in kantoortuinen?1
Vraag 2
Herkent u de veelgehoorde klacht van veel werknemers dat zij niet rustig en geconcentreerd
in een kantoortuin kunnen werken? Vindt u ook dat, waar de aard van het werk dat vraagt,
werknemers zeker moeten kunnen zijn van een rustige werkplek waar zij geconcentreerd
kunnen werken?
Vraag 3
Klopt het dat de kantoortuin als een van de oorzaken van verzuim wordt genoemd onder
werknemers? Bent u bekend met de veelheid aan literatuur waarin duidelijk is dat het
welzijn van werknemers verslechtert door het werken in kantoortuinen? Bent u daarom
bereid, net zoals het Noorse nationaal instituut van arbeidsomstandigheden, onderzoek
te doen naar de effecten van werken in een kantoortuin op de gezondheid en welbevinden
van werknemers?
Vraag 4
Welke regelgeving is er met betrekking tot de inrichting van werkplekken in kantoortuinen?
Welke rol speelt de Inspectie SZW bij de kwaliteit van werkplekken?
Vraag 5
Klopt het dat het instellen van een kantoortuin voornamelijk vanwege financiële redenen,
voornamelijk vanwege minder vierkante meters kantoorruimte en minder bureaus, wordt
ingevoerd? Bent u het eens dat naast de financiële voordelen van een kantoortuin op
de korte termijn, er op de langere termijn juist negatieve effecten kunnen zijn vanwege
de kosten die gepaard gaan met verminderde productiviteit en gezondheid van werknemers?
Vraag 6
Vindt u dat werknemers recht hebben op een werkplek waar zij zich kunnen concentreren?
Kunt u inzicht geven in hoeverre medewerkers worden betrokken bij het creëren en inrichten
van een kantoortuin? Bent u het eens dat de inrichting van de werkplek een zaak is
waar inspraak van werknemers van belang is? Vindt u daarom dan ook dat de ondernemingsraad
een rol behoort te krijgen bij de keuze voor de aard, bijvoorbeeld wel of geen open
kantoortuinen, en de inrichting van de huisvesting?
Vraag 7
Wat vindt u van de suggestie van ergonomen om een minimum aantal concentratiewerkplekken
te garanderen per kantoortuin? Bent u bereid om in gesprek met ergonomen te gaan om
met voorstellen te komen om het werkklimaat in kantoortuinen te verbeteren? Bent u
verder ook bereid om te bekijken of de NEN-normen voor de inrichting van werkplekken
ten gunste van een beter werkklimaat in kantoortuinen aangepast moeten worden?
Vraag 8
Zou het niet wenselijk zijn, vanwege de bestrijding van uitval van werknemers, om
de inrichting van de werkplek in een kantoortuin een plek te geven in de risico-inventarisatie
en -evaluatie (RI&E) en het plan van aanpak? Welke andere mogelijkheden zijn er voor
bedrijven om een gezonde inrichting van de werkplek te realiseren?
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
G.J. (Gijs) van Dijk, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.