Schriftelijke vragen : De berichten ‘Garnalenvissers veel te actief in Wadden- en Noordzee, overheid deed niets’ en ‘Garnalenvissers te actief op Waddenzee? ‘Stemmingmakerij’’
Vragen van de leden Weverling en Lodders (beiden VVD) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de berichten «Garnalenvissers veel te actief in Wadden- en Noordzee, overheid deed niets» en «Garnalenvissers te actief op Waddenzee? «Stemmingmakerij»» (ingezonden 25 februari 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met de berichten «Garnalenvissers veel te actief in Wadden- en Noordzee,
overheid deed niets» en «Garnalenvissers te actief op Waddenzee? «Stemmingmakerij»»?1
2
Vraag 2
Wanneer is de vergunning van de garnalenvissers van kracht geworden en welke afspraken
zijn er gemaakt over het aantal visuren?
Vraag 3
Klopt het dat in de uiteindelijke vergunning een lager aantal dan door de Nederlandse
Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) opgegeven visuren is opgenomen? Kunt u toelichten
waarom en op basis van welke informatie dit gedaan is? Heeft hierover actief overleg
met de sector plaatsgevonden? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Is er bij de vergunningverlening een handhavingstoets door de NVWA uitgevoerd? Zo
nee, waarom niet?
Vraag 5
Klopt het dat de passende beoordeling bij de vergunningaanvraag uitging van het aantal
pk-uren in plaats van het aantal visuren? Waarom en op basis van welke documenten
is overgegaan naar het aantal visuren?
Vraag 6
Kunt u het proces tot de vergunningverlening van het aantal visuren delen? Op basis
waarvan is het aantal visuren bepaald? Door wie is dit bepaald en wie heeft wat geadviseerd?
Hoe wordt het mogelijk aantal geviste uren berekend? Hoe is deze berekeningsmethode
tot stand gekomen en is dit in overleg met de sector gebeurd?
Vraag 7
Welke methode wordt er gebruikt om het aantal visuren te meten? Wordt hierbij een
onderscheid gemaakt in de uren die vissers vissen, varen, stilliggen buiten- en in
de haven? Zo ja, hoe wordt dit onderscheid gemaakt en hoe verklaart u de tegenstrijdige
berichten uit de sector? Zo nee, waarom niet en deelt u de mening dat dit wel zou
moeten om op basis van de juiste cijfers de juiste conclusies te kunnen trekken?
Vraag 8
Is er bij het bepalen van de vergunning voor het aantal visuren rekening gehouden
met een bepaalde mate van differentiatie per jaar, met andere woorden; is voor de
vergunningverlening een periode over meerdere jaren als uitgangspunt gebruikt aangezien
de vissersvloot en de vangst per jaar grote verschillen kunnen laten zien? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 9
Klopt het dat het aantal visuren jaarlijks zou worden bijgesteld afhankelijk van de
ontwikkelingen, en dat het visurenplafond niet als harde eis is besproken bij de afspraken
over de visvergunningen? Kunt u uitgebreid toelichten waarom deze afspraak niet is
nagekomen?
Vraag 10
Kunt u een toelichting geven op de berichtgeving van de NOS en uw reactie daarop in
relatie tot het productie- en afzetprogramma garnalen (PAP), waarin de sector al een
aantal jaren geleden afspraken heeft gemaakt over het aantal vis- en vaaruren per
garnalenvisser?
Vraag 11
Kunt u aangeven hoe de mededeling dat er vanaf dit jaar waarschuwingen en vervolgens
boetes uitgedeeld zullen worden zich verhoudt tot het feit dat de maximale urennorm
niet per individuele visser of schip geldt?
Vraag 12
Waarom is de Universiteit van Wageningen gevraagd te monitoren hoeveel uren de vissers
vissen? Hoe ziet deze monitoring eruit?
Vraag 13
Deelt u de mening dat het monitoren en controleren van vissers een taak zou moeten
zijn van de NVWA? Zo nee, waarom niet?
Vraag 14
Klopt het dat er een nieuw monitoringssysteem komt? Zo ja, waarom, per wanneer en
wat moet het nieuwe monitoringssysteem adequater gaan monitoren in vergelijking met
het huidige systeem?
Vraag 15
Welke partijen spreken met elkaar over dit nieuwe monitoringssysteem en waarom juist
deze partijen?
Vraag 16
Deelt u de mening dat we toe moeten naar een adequaat monitoringssysteem dat, in tegenstelling
tot het huidige systeem, wel op een correcte wijze weergeeft hoelang en waar een (garnalen)kotter
heeft gevist? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u toelichten hoe u dit gaat bewerkstelligen?
Vraag 17
Deelt u de mening dat het ontstane beeld in de media niet op de werkelijkheid berust?
Wat gaat u doen om dit beeld recht te zetten?
Vraag 18
Wilt u deze vragen een voor een beantwoorden?
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Wassenberg
(PvdD), ingezonden 20 februari 2020 (vraagnummer 2020Z03536).
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Weverling, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
W.J.H. Lodders, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.