Lijst van vragen en antwoorden : Lijst van vragen en antwoorden over de stand van zaken oprichting Invest International
28 165 Deelnemingenbeleid rijksoverheid
Nr. 319 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 30 januari 2020
De algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking heeft
een aantal vragen voorgelegd aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
over de brief van 20 december 2019 inzake de stand van zaken oprichting Invest International (Kamerstuk 28 165, nr. 317).
De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 28 januari 2020. Vragen en
antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie, De Roon
De adjunct-griffier van de commissie, Meijers
Vraag 1
Hoe wordt ervoor gezorgd dat commerciële banken niet meer invloed krijgen op de besteding
van ontwikkelingsgeld via Invest International, gezien het feit dat grote commerciële
banken grootaandeelhouder van FMO zijn?
Antwoord
Commerciële banken krijgen geen invloed op de besteding van ontwikkelingsgeld via
Invest International. De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
is en blijft volledig verantwoordelijk voor de regelingen die overgaan naar Invest
International. De Minister behoudt daarmee de bestaande mogelijkheden om sturing te
geven aan de besteding van deze middelen. Naast de taak om deze middelen te beheren
krijgt de deelneming ook een investeringstaak en projectontwikkelingstaak, zoals beschreven in de kamerbrief van 20 december 2019
Vraag 2
Hoeveel fte werken er nu bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) aan de
regelingen die Invest International straks zal uitvoeren? Gaan dezelfde werknemers
in principe over van de ene naar de andere organisatie?
Antwoord
Op dit moment werken er in totaal ruim 70 fte aan de betreffende regelingen. Voorzien
is dat deze medewerkers in principe meegaan naar de nieuwe organisatie.
Vraag 3
Hoe wordt de relatie tussen Invest-NL en Invest International?
Antwoord
De relatie tussen Invest-NL en Invest Internationaal zal er een zijn van goede samenwerking
om het Nederlandse bedrijfsleven optimaal te bedienen. Hierbij kan gedacht worden
aan het doorverwijzen van ondernemers en het delen van relevante expertise en netwerken.
De afspraken over deze samenwerking worden vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst.
Overigens is de overlap tussen de nationaal en internationaal gerichte doelgroepen
beperkt, waardoor ook de samenhang en synergie tussen de nationale en internationale
activiteiten gering zal zijn (Kamerstuk 28 165, nr. 298).
Vraag 4
Hoe wordt toezicht gehouden op de klimaatimpact van aangevraagde projecten? Wordt
klimaatimpact opgenomen in het takenpakket?
Vraag 5
Kan de fossiele industrie ook beroep doen op Invest International?
Vraag 6
Zal worden vastgelegd dat het op te richten Invest International geen economische
activiteiten mag financieren die te maken hebben met het winnen en/of exploiteren
van fossiele energie? Zo nee, waarom niet?
Antwoord vraag 4, 5 en 6
Naast het ondersteunen van het Nederlandse bedrijfsleven is ook het bijdragen aan
het oplossen van wereldwijde vraagstukken onderdeel van de doelstelling van Invest
International. Op dit moment wordt gewerkt aan de opbouw van Invest International,
inclusief de contouren van het investeringsbeleid. Hierbij worden de doelen van het
Klimaatakkoord van Parijs (Kamerstuk 31 793, nr. 134) en van de SDG-agenda, zoals onderschreven door het kabinet, in acht genomen.
Vraag 7
Krijgt Invest International ook een taak in de afronding/evaluatie van projecten en
bij exit-strategieën indien die noodzakelijk blijken? Zo ja, hoe zal die rol eruit
zien?
Antwoord
Invest International heeft een belangrijke verantwoordelijkheid voor de door haar
gefinancierde projecten, inclusief afronding en evaluatie. Om invulling te geven aan
deze verantwoordelijkheid zal de deelneming beleid ontwikkelen voor de verschillende
fases van een project, inclusief de afsluiting.
Vraag 8
Zal Invest International een winstoogmerk hebben?
Antwoord
De investeringstaak van Invest International is niet gericht op winstmaximalisatie
maar zal, zoals gebruikelijk bij staatsdeelnemingen, een normrendement kennen. Dit
normrendement wordt vastgesteld door het Ministerie van Financiën en is het rendement
dat de deelneming dient te behalen op het eigen vermogen. Belangrijk doel hiervan
is financieel waarde-behoud op lange termijn.
Vraag 9
Wanneer wordt de werking van Invest International geëvalueerd? Wie zal deze evaluatie
uitvoeren?
Antwoord
De instelling zal drie jaar na de start voor het eerst worden geëvalueerd, Deze evaluatie
zal met uw Kamer worden gedeeld. De uitvoerder van de evaluatie zal te zijner tijd
worden geselecteerd.
Vraag 10
Wat wordt precies de rol van de RVO ten opzichte van Invest International?
Antwoord
RVO en Invest International zullen na oprichting van Invest International nauw samenwerken,
bijv. gericht op het doorverwijzen van klanten en het delen van kennis, netwerk en
expertise over bijvoorbeeld kansen in het buitenland voor het bedrijfsleven. Afspraken
over deze samenwerking worden onderling vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst.
Vraag 11
Wat is de opzet van de managementstructuur van Invest International? Wie zitten momenteel
in de Raad van Bestuur?
Antwoord
Invest International bestaat nog niet. De inrichting van de managementstructuur is
een van de onderwerpen waar nog aan wordt gewerkt. Er is daarom op dit moment nog
geen Raad van Bestuur.
Vraag 12
Hoe gaat Invest International om met investeringen in landen als Iran en Cuba, waar
momenteel een Amerikaans sanctieregime geldt? Wat is hierin het beleid?
Antwoord
Invest International dient zich te houden aan Nederlandse en Europese sanctiewetgeving.
Investeringen die mogelijk raken aan Amerikaanse sancties zullen door Invest International
per geval worden beoordeeld, waarbij ook de EU-antiboycotverordening wordt nageleefd.
De EU heeft de antiboycotverordening (het zogenaamde Blocking Statute) ingesteld om extraterritoriale werking van Amerikaanse sancties tegen Iran en Cuba
te beperken wanneer deze de belangen van EU-operatoren raakt (als genoemd in artikel
11 van de antiboycotverordening). Hierbij gaat het om de in de bijlage van de antiboycotverordening
opgenomen Amerikaanse sancties waarvan de EU de extraterritoriale werking in strijd
acht met het internationaal recht.
Vraag 13
Hoe wordt de toegankelijkheid van het midden- en kleinbedrijf (MKB) tot Invest International
gewaarborgd in het huidige voorstel?
Antwoord
Invest International staat zeer nadrukkelijk open voor het mkb. Juist deze bedrijven
ervaren problemen met het verkrijgen van financiering uit de markt. Bovendien gaan
de regelingen DGGF en DTIF, die vooral gericht zijn op starters en het mkb, op in
Invest International
Vraag 14
Hoe faciliteert Invest International in de verschillende fasen van projecten en bedrijven?
Antwoord
Invest International biedt, indien de markt hierin onvoldoende voorziet (additionaliteitsbeginsel),
financiële producten en diensten aan die kunnen bijdragen aan een commercieel haalbaar
project. Dit betreft in beginsel de hele cyclus van een project, van projectontwikkeling
en -ondersteuning tot export- en investeringsfinanciering. Ondernemers worden zo geholpen
bij het op de internationale markt brengen van hun producten en diensten, het kunnen
meedingen naar opdrachten van buitenlandse partijen en het ontwikkelen en financieren
van internationale projecten. Ook zal Invest International, vanuit de regelingen die
van RVO overkomen, concessionele financiering bieden aan buitenlandse overheden voor
het realiseren van ontwikkelingsrelevante publieke infrastructuur.
Vraag 15
Op welke manier wordt geborgd dat Invest International ook daadwerkelijk additioneel
aan de markt opereert? Wie controleert dit en op welke manier?
Antwoord
Een van de voorwaarden voor de activiteiten van Invest International is dat deze additioneel
aan de markt zijn. Dit betekent bijvoorbeeld dat Invest International niet mag concurreren
met private investeerders, zoals een Nederlandse bank. Wanneer een private investeerder
het project kan financieren, zal Invest International geen financiering verschaffen.
Elke financieringsvraag van een onderneming zal beoordeeld worden op het beginsel
van additionaliteit. Hiervoor zal een transparante procedure beschikbaar komen. Invest
International zal aan de hand van deze procedure toetsen of sprake is van additionaliteit
en welke ondersteuning het kan bieden. Invest International zal verder nauw contact
onderhouden met private partijen om dit zeker te stellen. Er zal ook een adequate
en transparante klachtenprocedure komen.
Vraag 16
Klopt het dat Atradius DSB de uitvoerder van de exportkredietverzekering zal blijven
en geen onderdeel uit zal maken van Invest International? Op welke manier zal de samenwerking
tussen deze twee organisaties anders (c.q. nauwer) zijn dan tussen Atradius DSB en
RVO op dit moment?
Antwoord
Atradius DSB zal geen onderdeel uitmaken van Invest International, maar beide organisaties
zullen intensief samenwerken om maatwerk op het gebied van financiering en verzekeringen
te leveren voor bedrijven. Atradius DSB levert verzekeringsdiensten ten behoeve van
toekomstige transacties die mede door de betrokkenheid van Invest International mogelijk
zijn gemaakt. De nauwe aansluiting zal worden vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst.
Vraag 17
Hoe moet het gedeelde aandeelhouderschap tussen de staat en FMO van Invest International
als staatsdeelneming idealiter in de praktijk functioneren, gezien het feit dat FMO
zelf ook weer een staatsdeelneming is? Wordt dezelfde afdeling bij het Ministerie
van Financiën verantwoordelijk voor beide staatsdeelnemingen, waarvan de een weer
een belang heeft in de andere? Of worden deze verantwoordelijkheden gescheiden?
Antwoord
Invest International zal een private onderneming zijn op afstand van de overheid.
Het toekomstige bestuur zal verantwoordelijk zijn voor het vaststellen en uitvoeren
van de strategie en de dagelijkse gang van zaken. Individuele investeringsbeslissingen
zullen onafhankelijk en op basis van zakelijke overwegingen worden genomen door het
bestuur. De Staat (51% aandeelhouder) en FMO (49% aandeelhouder) zullen als aandeelhouders
op afstand staan. Datzelfde geldt voor de rol van de Staat ten opzichte van FMO als
staatsdeelneming. FMO heeft daarnaast ook nog private aandeelhouders, die samen een
belang van 49% bezitten.
De Minister voor BHOS is primair verantwoordelijk voor de borging van het publieke
belang van zowel FMO als Invest International. De Minister van Financiën is straks
verantwoordelijk voor de uitoefening van het aandeelhouderschap van de Staat in beide
deelnemingen. Hierbij vindt per staatsdeelneming een afweging plaats van de verschillende
belangen die spelen – een afweging die door de Minister wordt gemaakt. Borging van
de voor iedere staatsdeelneming relevante publieke belangen is ook bij het aandeelhouderschap
leidend. Binnen het Ministerie van Financiën is één organisatieonderdeel belast met
het beheer van het aandeelhouderschap in alle staatsdeelnemingen.
Vraag 18
Wat wordt de rol van de Minister van Financiën in de huidige opzet van Invest International?
Antwoord
Zoals in het antwoord op vraag 17 aangegeven is de Minister van Financiën verantwoordelijk
voor uitoefening van het aandeelhouderschap van de Staat in Invest International.
Hij zal daarover jaarlijks richting de Kamer rapporteren in het Jaarverslag Beheer
Staatdeelnemingen. De Staat zal het grootste deel van het kapitaal verschaffen aan
Invest International, en er als aandeelhouder op toezien dat het geïnvesteerde vermogen
goed wordt beheerd door het bestuur. De Staat zal hierbij zorgen dat de relevante
publieke belangen worden gewaarborgd.
Vraag 19
Op welke wijze draagt de tweeledige doelstelling van Invest International concreet
bij aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG's)? Om welke wereldwijde vraagstukken
gaat het?
Antwoord
Het oplossen van wereldwijde vraagstukken, waaronder de duurzame ontwikkelingsdoelen
(SDG’s), is een belangrijke doelstelling van Invest International. Nederlandse bedrijven
beschikken over uitgebreide kennis en expertise die bij kunnen dragen aan het oplossen
van deze vraagstukken. Denk bijvoorbeeld aan klimaat, energie, voedsel en water, maar
ook oplossingen op het terrein van de andere SDG’s. Daarnaast zijn ook de regelingen
voornamelijk gericht op het oplossen van deze vraagstukken.
Invest International werkt vraag-gestuurd. Het hangt daarmee mede af van initiatieven
van het Nederlandse bedrijfsleven zelf en sluit daarmee aan op de behoefte en expertise
van het Nederlandse bedrijfsleven.
Vraag 20
Kunt u de juridische rol van Atradius DSB met betrekking tot Invest International
toelichten? Wat wordt bedoeld met «nauw aansluiten» bij Invest International? Welke
vorm heeft dit concreet?
Antwoord
Zie antwoord vraag 16.
Vraag 21
Kunt u aangeven of de één loket-gedachte ook inhoudt dat ondernemers met een wens
om in het buitenland te investeren of daarmee handel te drijven één ambtenaar als
centraal aanspreekpunt krijgen?
Antwoord
Het uitgangspunt van de één loket-gedachte houdt in dat de ondernemer wordt geholpen
vanuit één overkoepelende organisatie en op klantvriendelijke wijze toegang heeft
tot de verschillende producten van deze organisatie. Hoe dit precies zal gaan, zal
Invest International zelf bepalen.
Vraag 22
Kunt u toelichten op welke wijze Invest International een oplossing zal bieden voor
het huidige, bijzonder gefragmenteerde aanbod van diverse publieke financieringen
voor investeringen in het buitenland?
Antwoord
Binnen Invest International worden internationale financieringsregelingen van RVO
samengebracht met activiteiten van FMO (NL Business); de activiteiten van Atradius
DSB worden hierbij aangesloten. Ondernemers kunnen daardoor voor hun internationale
activiteiten terecht bij één loket voor projectontwikkeling, financiering, exportkredietverzekeringen
en andere internationale financieringsregelingen.
Vraag 23
Op welke wijze zullen ondernemers worden geïnformeerd over het oprichten van Invest
International en de daarmee samenhangende beëindiging van diverse andere regelingen?
Antwoord
Er zal door de organisatie uitgebreid aan introductie en communicatie worden gedaan
om te zorgen dat ondernemers de weg richting Invest International weten te vinden.
Het betreft overigens niet het beëindigen van regelingen, maar het overbrengen daarvan
naar Invest International.
Vraag 24
Welke «wereldwijde vraagstukken» worden bedoeld? Wordt hierbij rekening gehouden met
de speciale expertise van het Nederlandse bedrijfsleven op onderwerpen zoals voedingstechnologie
of waterbeheer?
Antwoord
Zie antwoord vraag 19.
Vraag 25
Wanneer wordt het wetsvoorstel naar de Raad van State gestuurd?
Antwoord
Het streven is het wetsvoorstel dit voorjaar naar de Raad van State te sturen.
Vraag 26
Hoe worden Nederlandse regionale partijen gebonden aan Invest International?
Antwoord
Invest International zal zelf actief contact zoeken met relevante organisaties, ook
in de regio’s. Die organisaties krijgen, net als het bedrijfsleven, ook de mogelijkheid
zelf bij Invest International aan te kloppen. De Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen
kunnen een belangrijke rol spelen bij het leggen van contacten met lokale ondernemers
die plannen hebben voor internationalisering en het doorverwijzen naar Invest International.
Vraag 27
Hoe veel instellingen zijn er nu betrokken bij de uitvoering van de taken zoals bedoeld
in de zin: «Door deze taken [van invest international] te combineren binnen één instelling
gericht op het bevorderen van internationaal ondernemen, wordt synergie beoogd die
tussen verschillende organisaties veel moeilijker haalbaar zou zijn»? Hoeveel worden
dat er straks?
Antwoord
Zie antwoord vraag 22.
Vraag 28
Hoe groot is het bedrag van het totaal aan regelingen dat ten gunste van Invest International
zal worden geschrapt (of welke zullen worden «opgenomen»)? Hoe verhoudt dit bedrag
zich tegen de totale investering die de Staat zal doen voor de oprichting van Invest
International?
Antwoord
Een aantal bestaande regelingen dat nu door RVO wordt uitgevoerd, zal worden overgeheveld
naar Invest International. De totale portefeuille van deze regelingen vertegenwoordigt
een waarde van ca. EUR 1,5 mld. Deze regelingen, grotendeels voor ontwikkelingssamenwerking,
houden een separaat budget en zullen worden uitgevoerd in opdracht van de Minister
voor BHOS. Zie ook de beantwoording op vraag 29 hieronder.
Daarnaast zal de staat een bedrag van EUR 800 mln. storten ten behoeve van het doen
van investeringen.
Vraag 29
Wat wordt bedoeld met «regelingentaak»? Kan concreet worden weergegeven op welke wijze
de 1,5 miljard euro wordt verdeeld en uitgegeven? Op welke wijze wordt hier toezicht
op gehouden?
Antwoord
De regelingentaak betreft de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van een aantal
bestaande internationale financieringsregelingen, in opdracht van de Minister voor
BHOS, die nu worden uitgevoerd door RVO. Deze regelingen zullen worden overgeheveld
naar Invest International. Concreet gaat het om de volgende regelingen: DGGF (spoor
1), DTIF, DRIVE, Develop2Build en ORIO.
Deze regelingen hebben een eigen, door de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
vastgesteld budget en dragen bij aan verschillende, door de Minister vastgestelde
beleidsdoelstellingen.
Invest International zal deze regelingen uitvoeren in opdracht van de Minister; het
Ministerie van BZ blijft verantwoordelijk voor en houdt toezicht op de uitvoering
ervan.
Vraag 30
Hoe wordt bezien welke bedrijven en projecten «niet op de markt tot stand komen»?
Hoe en door wie wordt bepaald in hoeverre deze in aanmerking komen voor het faciliteren
van investeringen?
Antwoord
Zie antwoord vraag 15.
Vraag 31
Zal worden vastgelegd dat het op te richten Invest International geen financiering
mag verstrekken aan economische activiteiten die in strijd zijn met de richtlijnen
voor multinationale ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking
en Ontwikkeling (OESO) en de UN Guiding Principles? Zo nee, waarom niet?
Vraag 32
Zal Invest International van ondernemers en bedrijven vereisen dat zij de UN Guiding
Principles en OESO-richtlijnen voor verantwoord ondernemen in brede zin naleven voordat
zij in aanmerking komen voor de diensten van Invest International? Zo ja, hoe gaat
Invest International dit toetsen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 33
Hoe wordt toezicht gehouden op het onderschrijven en naleven van de OESO-richtlijnen
door Invest International?
Vraag 34
Hoe zal worden gecontroleerd dat financiering vanuit Invest International niet ten
goede komt aan bedrijfsactiviteiten die in strijd zijn met internationaal maatschappelijk
verantwoord ondernemen (IMVO), ook nadat de financiering reeds is verstrekt? Hoe wordt
de Kamer in staat gesteld om hierop te controleren?
Vraag 35
Welke IMVO-standaarden worden nagestreefd door Invest International? Hoe klinken deze
door in het faciliteren van investeringen en hoe wordt hierop getoetst? Hoe verhoudt
dit zich tot de OESO-richtlijnen en welke zijn hierin leidend?
Antwoord vraag 31, 32, 33, 34 en 35
Het kabinet hecht grote waarde aan een goed IMVO-beleid. In een aanvullende overeenkomst,
een beleidsovereenkomst tussen de aandeelhouders en Invest International, zullen criteria
voor een nader te bepalen IMVO-beleid worden vastgelegd. De OESO-richtlijnen en UN
Guiding Principles zullen daarvoor het uitgangspunt vormen. Daarbij zal worden ingezet
op coherentie met bestaande IMVO-kaders van andere instrumenten van het Ministerie
van Buitenlandse Zaken.
Het kabinet verwacht van alle bedrijven dat zij de OESO-richtlijnen en UN Guiding
Principles kennen en hiernaar handelen.
Invest International zal gevraagd worden over IMVO te rapporteren. De Staat heeft,
als meerderheidsaandeelhouder, de mogelijkheid om de raad van bestuur aan te spreken
op de naleving van IMVO-standaarden. De Minister van Financiën rapporteert in het
Jaarverslag Beheer Staatsdeelnemingen aan de Kamer over de manier waarop hij het aandeelhouderschap
heeft ingevuld.
Vraag 36
Krijgen klanten te maken met de drie genoemde dochtermaatschappijen en op welke wijze
wordt hierbij aansluiting gezocht bij de één loket-gedachte?
Antwoord
De genoemde dochtermaatschappijen betreffen m.n. de inrichting van de interne organisatie
van de nieuwe instelling. Invest Internationaal wordt een klantgerichte organisatie.
Klanten krijgen te maken met één loket.
Vraag 37
Op welke wijze zal de overheid invloed uitoefenen op het beleid of de keuze voor bepaalde
investeringen, gezien de betrokkenheid vanuit het Ministerie van Buitenlandse Zaken
en Economische Zaken en Klimaat?
Vraag 38
Bent u voornemens om bij de aansturing van het fonds ten aanzien van de keuze voor
bepaalde investeringen en het vastleggen van bepaalde uitgangspunten terughoudendheid
te betrachten?
Antwoord vraag 37 en 38
Invest International wordt een staatsdeelneming met door de staat verstrekt kapitaal.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is beleidsverantwoordelijk
voor Invest International. De Minister van Financiën zal de rol van grootaandeelhouder
vervullen. Invest International is echter een zelfstandige organisatie die op afstand
van de overheid staat. De toekomstige deelneming is zelf verantwoordelijk voor het
vaststellen van het investeringsbeleid, binnen bepaalde kaders die worden meegegeven.
De overheid zal dan ook niet meebeslissen over individuele investeringen. Uitzondering
hierop zijn investeringen met een waarde boven een bepaald drempelbedrag. Deze investeringen
dienen goedgekeurd te worden door de algemene vergadering van aandeelhouders. De hoogte
van deze drempel is nog niet vastgesteld.
Vraag 39
Wat is bij het vaststellen van de governance structuur van Invest International de
overweging geweest om niet te kiezen voor een structuur gelijkend aan die bij FMO,
waarbij de organisatie zelf op afstand opereert van de staat en ten behoeve van de
uitvoering van specifieke regelingen afzonderlijke afspraken maakt?
Antwoord
De governance structuur van Invest International zal op een vergelijkbare wijze worden
ingericht als FMO en andere staatsdeelnemingen; op afstand van de staat, waarbij voor
de uitvoering van specifieke regelingen, bijvoorbeeld subsidieregelingen, afzonderlijke
afspraken worden gemaakt tussen het ministerie dat deze regeling financiert en Invest
International.
Vraag 40
Op welke wijze bent u voornemens om de randvoorwaarden op het terrein van bijvoorbeeld
milieuaspecten of sociale aspecten vorm te geven? Bent u voornemens om hierbij bijvoorbeeld
aansluiting te zoeken bij de door de OESO afgesproken normen?
Antwoord
Zie antwoord vraag 31.
Vraag 41
Zo nee, op welke wijze gaat u voorkomen dat bovenop deze randvoorwaarden extra Nederlandse
voorwaarden zullen worden opgelegd, hetgeen zal leiden tot een ongelijk speelveld
tussen Nederlandse en buitenlandse bedrijven?
Antwoord
Zie antwoord vraag 31.
Vraag 42
Op welke manier is binnen Invest International ruimte voor extra mogelijkheden voor
concessionele financieringsvormen? Zal voor de bestaande concessionele financieringsvormen
de maximum projectomvang gehandhaafd blijven? Zo ja, wat is hierbij de overweging?
Vraag 43
Kunt u aangeven hoe er vanuit de markt gekeken wordt naar de maximum projectomvang
van concessionele financieringsvormen?
Antwoord vraag 42 en 43
Invest International zal een aantal financieringsregelingen van RVO overnemen, gericht
op concessionele financiering voor de totstandbrenging van ontwikkelingsrelevante
publieke infrastructuur in ontwikkelingslanden. Het betreft dan Develop2Build, ORIO
en DRIVE.
Voor DRIVE geldt een maximale projectomvang van EUR 60 mln. Een belangrijke overweging
daarvoor is dat juist voor projecten van deze omvang internationaal een financieringsniche
bestaat. Daarnaast spelen risicobeheersing en het totale beschikbare budget, gerelateerd
aan de wens tot spreiding over landen en sectoren, een rol.
Vanuit de markt wordt verschillend naar de maximum projectomvang gekeken, afhankelijk
van de aard en omvang van de marktpartij. Bepaalde Nederlandse aannemers en exporteurs
van kapitaalgoederen richten zich in toenemende mate op relatief kleinere, complexe,
technologisch hoogwaardige projecten in specifieke niches. Op dit terrein zijn deze
Nederlandse aannemers internationaal concurrerend, gezien hun soms relatief kleine
schaal, technologische know-how en sterke reputatie op het gebied van kwaliteit en expertise. Tegelijkertijd is van
andere Nederlandse aannemers, o.m. in de «natte infrastructuur», bekend dat zij wel
graag een grotere maximale projectomvang van concessionele financieringsvormen zouden
zien.
Vraag 44
Welke voorwaarden zijn er verbonden aan de investeringstak van Invest International?
Antwoord
Investeringen vanuit het eigen vermogen zullen moeten voldoen aan een aantal voorwaarden.
Deze zijn nog niet vastgesteld, dit maakt deel uit van het oprichtingsproces. De investeringen
dienen in ieder geval bij te dragen aan de doelstelling van Invest International,
additioneel te zijn aan de markt, te voldoen aan de Nederlandse wet- en regelgeving
en in lijn te zijn met de staatssteunkaders. Ook moeten de investeringen voldoen aan
de nog vast te stellen IMVO-voorwaarden en zal voor deze investeringen een bepaalde,
nog vast te stellen, rendementseis gelden.
Vraag 45
Welke rol krijgen de Regionale Ontwikkelings Maatschappijen (ROMs)?
Antwoord
Zie antwoord vraag 26.
Vraag 46
In hoeverre hebben doelstellingen van Invest International een specifieke focus op
Afrika?
Antwoord
Invest International zal geen specifieke geografische focus kennen. Gezien de additionaliteitseis
en het feit dat de barrières om zaken te doen en financiering uit de markt te krijgen
voor Nederlandse bedrijven het hoogst zijn voor activiteiten in lage- en middeninkomenslanden,
is het echter de verwachting dat de focus op deze landen en markten zal liggen. De
ODA-regelingen die overgaan naar Invest International hebben een focus op Afrika.
Vraag 47
Kunt u het niveau van risico kwantificeren dat u acceptabel acht voor activiteiten
die door Invest International zullen worden gefinancierd?
Antwoord
De activiteiten van Invest International zullen inherent meer risicovol zijn vanwege
de additionaliteits-eis: commerciële partijen kunnen deze risico’s niet geheel of
gedeeltelijk zelf nemen. Investeringsbeslissingen zullen worden getoetst aan van tevoren
vast te stellen voorwaarden, inclusief het behalen van het normrendement op het eigen
vermogen. Invest International is echter een deelneming die op afstand van de overheid
staat en verantwoordelijk is voor haar eigen investeringsbeslissingen, inclusief de
risicobeoordeling.
Vraag 48
Welke ongebonden regelingen, gefinancierd uit ODA-middelen, worden opgenomen?
Antwoord
Invest International zal de volgende ODA-regelingen overnemen van RVO: DGGF (onderdeel
1), DRIVE, Develop2Build en ORIO. Deze regelingen behouden na overdracht hun ongebonden
status. Invest International voert deze regelingen uit in opdracht van de Minister
voor BHOS.
Vraag 49
Bent u voornemens om bij het waarborgen van de additionaliteit van Invest International
oog te hebben voor het belang van de beschikbaarheid van concurrerende financiering
ten opzichte van de mogelijkheden die andere landen bieden?
Vraag 50
Op welke wijze voorkomt u dat het principe van additionaliteit ten opzichte van de
markt het creëren van een gelijk speelveld in de weg staat, omdat Nederland strengere
eisen op dat gebied stelt dan bijvoorbeeld andere landen?
Antwoord vraag 49 en 50
Invest International zal financiering en ondersteuning aanbieden aan ondernemingen
bij het realiseren van projecten in het buitenland. De bedoeling hiervan is om Nederlandse
bedrijven een betere internationale concurrentiepositie te verschaffen.
Europese en OESO- regelgeving inzake staatssteun en financiering zorgen voor een markt
met een gelijk speelveld. Invest International zal zich houden aan deze internationale
afspraken, die voor alle OESO-landen gelden, en aan de kaders van de EU op het gebied
van staatssteun.
Vraag 51
Hoeveel kapitaal van Invest-NL zal worden toegewezen voor Invest International en
de Joint Venture met FMO? Aan de hand van welke randvoorwaarden zal tussentijds worden
geëvalueerd of de verhouding tussen vermogen van Invest-NL en van Invest International
nog aan de vraag beantwoordt?
Antwoord
Oorspronkelijk is EUR 2,5 mld beschikbaar gesteld voor Invest-NL en de joint venture
tussen Invest-NL en FMO. Zoals eerder aan de Kamer gemeld (Kamerstuk 28 165 nr. 298) is later besloten een separate instelling op te richten in de vorm van een joint
venture tussen de Staat en FMO, Invest International. Daarbij wordt EUR 1,7 mld beschikbaar
gesteld voor Invest-NL en EUR 0,8 mld voor Invest International. Deze verdeling zal
onderwerp zijn van een tussentijdse evaluatie, waarbij zal worden gekeken naar vooraf
vastgestelde criteria zoals doeltreffendheid, de resterende pijplijn en liquiditeitsbehoefte.
Vraag 52
Kunt u voorbeelden geven van economische activiteiten van andere marktpartijen die
niet door financiering mogen worden verdrongen?
Antwoord
Zie antwoord vraag 15.
Ondertekenaars
-
, -
Eerste ondertekenaar
R. de Roon, voorzitter van de algemene commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede ondertekenaar
E.A.M. Meijers, adjunct-griffier