Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Gijs van Dijk over WAO-aanvullingsprogramma’s
Vragen van het lid Gijs vanDijk (PvdA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over WAO-aanvullingsprogramma’s (ingezonden 7 november 2019).
Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 27 november
2019).
Vraag 1
Bent u bekend met zogenaamde Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)-aanvullingsprogramma’s,
waarbij mensen een aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten bij private
partijen, zoals Achmea Centraal Beheer?
Antwoord 1
Ja
Vraag 2
Hoeveel dergelijke programma’s worden afgesloten in Nederland?
Antwoord 2
De WAO is in 2006 vervangen door de WIA en daarmee is een einde gekomen aan de WAO-aanvullingsregelingen.
Het is niet bekend hoeveel aanvullingsproducten in de periode voor 2006 zijn afgesloten
en in hoeveel gevallen de verzekeraar tot uitkering is gekomen of nog steeds uitkeert.
Aanvullingsproducten zijn door private verzekeraars, maar bijvoorbeeld ook door pensioenfondsen
afgesloten waardoor een volledig inzicht niet mogelijk is. Gelet op het beëindigen
van de regeling per 2006 (met uitzondering van lopende uitkeringen) zijn veel gegevens
in verband met privacyregels door verzekeraars verwijderd.
Vraag 3
Wordt de beëindiging van dergelijke programma’s over het algemeen gekoppeld aan het
bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, of aan het bereiken van een specifieke leeftijd?
Kunt u per groep aangeven om hoeveel mensen het gaat?
Antwoord 3
Bestaande uitkeringen worden overeenkomstig de toen gemaakte afspraken afgehandeld,
en eindigen dus op de overeengekomen eindleeftijd. In geval de verzekeraar tot uitkering
komt gelden de verzekeringsvoorwaarden van het moment waarop de verzekerde de polis
heeft afgesloten. De polis wordt niet automatisch aangepast aan een latere einddatum.
Wel hebben verzekeraars in deze situatie vaak voorstellen gedaan met als doel een
toekomstig hiaat te voorkomen. Dit is mogelijk door middel van een eenmalige premie
(koopsom).
In algemene zin geldt dat verzekeraars hun polisvoorwaarden hebben aangepast aan de
opgehoogde AOW-leeftijd. Een vaste koppeling aan de AOW-leeftijd is echter ongewenst.
In dat geval kan een verzekeraar in het kader van kapitaalbeslag niet inschatten welk
bedrag gereserveerd moet worden voor een uitkering. Dat leidt dan tot aanzienlijke
reserveringen die moeten worden doorgerekend aan de deelnemer (premieverhoging).
Vraag 4
Hoeveel mensen kampen nu met een gat in hun inkomen, doordat de AOW-gerechtigde leeftijd
is verhoogd, maar het WAO-aanvullingsprogramma eindigt bij het bereiken van de 65-jarige
leeftijd? Hoe groot zijn de tekorten?
Antwoord 4
Het is niet bekend hoeveel aanvullingsproducten in de periode voor 2006 zijn afgesloten
en in hoeveel gevallen de verzekeraar tot uitkering is gekomen of nog steeds uitkeert.
Deze aanvullingsproducten worden in de private sfeer afgesloten en daar ga ik niet
over. De wettelijke WAO loopt door tot maximaal de AOW-gerechtigde leeftijd. De WAO
biedt voldoende inkomensbescherming voor de gevolgen van arbeidsongeschiktheid. Daarnaast
bestaat recht op de Toeslagenwet indien het totale inkomen van de WAO-gerechtigde
en diens partner onder het sociaal minimum ligt.
Vraag 5
Komt het voor dat verzekeraars sinds de verhoging van de AOW-gerechtigde leeftijd
de polisvoorwaarden hebben aangepast zodat niet langer wordt uitgegaan van de AOW-gerechtigde
leeftijd?
Antwoord 5
Verzekeraars hebben nieuwe polissen aangepast aan de AOW-leeftijd die geldt bij het
afsluiten van de verzekering. Voor WIA-polissen (verzekeraars beëindigden alle WAO-polissen
op 1 januari 2006) geldt dat voor nieuwe polissen de eindleeftijd is aangepast, voor
bestaande polissen een aanpassingsvoorstel is gedaan en de eindleeftijd van lopende
uitkeringen (geldt voor WIA en WAO) niet is aangepast. In geval van lopende uitkeringen
is vaak een eenmalige premie aangeboden om de eindleeftijd aan te passen.
Vraag 6
Vindt u dat de verzekerde het risico zou moeten dragen van beleidswijzigingen zoals
het verhogen van de AOW-gerechtigde leeftijd, of de verzekeraar? Overweegt u om standaard
een koppeling aan de AOW-leeftijd op te laten nemen in dergelijke contracten om te
voorkomen dat mensen gedupeerd raken als de leeftijd stijgt?
Antwoord 6
De wettelijke WAO-uitkering keert uit tot de (verhoogde) AOW-leeftijd. De WAO biedt
voldoende inkomensbescherming voor de gevolgen van arbeidsongeschiktheid. Daarnaast
bestaat recht op de Toeslagenwet indien het totale inkomen van de WAO-gerechtigde
en diens partner onder het sociaal minimum ligt.
De voorwaarden voor een aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering betreffen afspraken
tussen de verzekeraar en de verzekerde. Ik kan en wil daar niet in treden. In mijn
reactie op vraag 3 heb ik aangegeven dat mijns inziens een vaste koppeling aan de
AOW-leeftijd ongewenst is, vanwege het verhogende effect op de premies.
Vraag 7
Welke mogelijkheden ziet u om de groep gedupeerden, die een programma tot het bereiken
van de leeftijd van 65 jaar heeft afgesloten, te helpen?
Antwoord 7
Zoals eerder aangegeven betreffen aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekeringen
afspraken tussen de verzekeraar en verzekerde. De wettelijke WAO-uitkering keert uit
tot de (verhoogde) AOW-leeftijd. Ik zie daarom geen noodzaak tot het ingrijpen in
de private markt.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.