Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Gijs van Dijk over het artikel ‘verzekeraar MSC Zoe weigert vervolgschade te betalen’
Vragen van het lid Gijs vanDijk (PvdA) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over verzekeraar MSC Zoe weigert vervolgschade te betalen (ingezonden 18 oktober 2019).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
19 november 2019).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Verzekeraar MSC Zoe weigert vervolgschade te betalen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Klopt het dat de verzekeraar van rederij MSC heeft aangegeven de schade van troep
uit de MSC Zoe dat later nog aanspoelt niet meer te willen betalen? In hoeverre frustreert
rederij MSC of de verzekeraar van rederij MSC het schadeafhandelingstraject?
Antwoord 2
Dat klopt niet. Rijkswaterstaat en de rederij MSC zijn nog in onderhandeling over
de schadeafhandeling. Een onderdeel van deze onderhandelingen betreft ook de schade
als gevolg van verloren lading uit de MSC Zoe die mogelijk later nog aanspoelt. Tot
nu toe heeft de reder/verzekeraar aangegeven hiervoor een regeling willen te treffen.
In het schadeafhandelingstraject worden stappen gezet, echter MSC en de verzekeraar
nemen daarvoor veel tijd. Dit is weliswaar niet ongebruikelijk in dit soort trajecten,
maar deze opstelling van de verzekeraar en MSC komt zeker niet ten goede aan een snelle
afwikkeling van de schadeclaims.
Vraag 3
Deelt u de mening dat rederij MSC ook verantwoordelijk is voor de kosten van later
aangespoelde troep vanuit de overboord geslagen containers van de MSC Zoe? Gaat u
rederij MSC erop aanspreken en daarbij aangeven dat zij verantwoordelijk zijn en blijven
voor alle schade (en kosten) die het gevolg zijn van de overboord geslagen containers
en deze kosten volledig moet vergoeden?
Antwoord 3
Ja, ik heb de reder dit kort na de ramp al laten weten.
Vraag 4
Wat is de reden dat Rijkswaterstaat haar schadeloket wilt sluiten? Verwacht Rijkswaterstaat
geen kosten meer te maken bij het opruimen van de troep die het gevolg zijn van de
overboord geslagen containers van de MSC Zoe?
Antwoord 4
Rijkswaterstaat zal het schadeloket pas sluiten wanneer over de schade adequate afspraken
met de reder/verzekeraar zijn gemaakt. Voorlopig sluit Rijkswaterstaat het schadeloket
nog niet.
Vraag 5
In hoeverre klopt het dat Rijkswaterstaat haar eigen claims niet op orde heeft? Welk
gedeelte van de claims heeft Rijkswaterstaat ingetrokken en wat is de reden hiervoor?
Wie gaat nu de kosten betalen voor gemaakte overhead en BTW? Komen deze kosten nu
bij de overheid terecht?
Antwoord 5
Dit klopt niet. Rijkswaterstaat heeft zijn totale claim op MSC verlaagd met € 483.000.
Rijkswaterstaat heeft de taak om in geval van een calamiteit als die met de MSC Zoe,
onmiddellijk te handelen teneinde gevaar voor de scheepvaartveiligheid zoveel als
mogelijk te reduceren. Rijkswaterstaat heeft daarom kort na het overboord slaan van
de containers van de Msc Zoe besloten om het RWS schip de Arca in te zetten, voor
eigen rekening van Rijkswaterstaat. Daarbij werd op dat moment gedacht dat de inzet
van korte duur zou zijn; MSC had immers toegezegd alle lading te gaan bergen en was
druk bezig om schepen in te huren. De inzet van de Arca is gecommuniceerd met MSC,
met de vermelding dat deze inzet voor rekening van RWS zou zijn.
Korte tijd later had MSC inderdaad schepen aan het werk. Gezien de grootte van het
incidentgebied was dit echter onvoldoende. Daarop heeft Rijkswaterstaat besloten nog
meer schepen in te zetten en dit gemeld aan MSC. Ook de Arca is actief gebleven. Daarbij
is helaas verzuimd de eerdere mededeling over de kosten van de Arca in te trekken.
Vervolgens is bij het opstellen van de claim van RWS deze afspraak over de inzet van
de Arca over het hoofd gezien. De verzekeraar heeft Rijkswaterstaat gewezen op de
gemaakte afspraak over de inzet van de Arca. Uiteindelijk zijn daarom alle kosten
van de inzet van de Arca uit de claim gehaald.
Voor de meeste van de door overheidspartijen ingediende claims heeft MSC/verzekeraar
eerder al bezwaar gemaakt tegen het berekenen van een overheadtarief bovenop de kosten
voor inzet van eigen mensen. Hetzelfde geldt voor het in rekening brengen van de BTW-kosten
die claimende partijen gemaakt hebben voor de inzet van bedrijven. Over de vergoeding
van deze overheadkosten en BTW ben ik echter nog in onderhandeling met MSC en de verzekeraar.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.