Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Dam over het bericht ‘Wapenopslagplaatsen vol: Nederland voldoet niet aan wapenregels EU’
Vragen van het lid Van Dam (CDA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Wapenopslagplaatsen vol: Nederland voldoet niet aan wapenregels EU» (ingezonden 10 september 2019).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 30 oktober 2019).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2019–2020, nr. 215.
Vraag 1
Kent u het bericht van BNR van 21 augustus 2019: «Wapenopslagplaatsen vol: Nederland
voldoet niet aan wapenregels EU»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de huidige praktijk dat wapenhandelaars voor de erkenning van onklaar
gemaakte wapens moeten uitwijken naar Duitsland of België? En dat de wapenopslagplaatsen
vol zijn waardoor wapenhandelaars mensen met wapens terug naar huis moeten sturen?
Antwoord 2
Mij is niet bekend dat wapenopslagplaatsen vol zijn. Ook van de politie heb ik hier
geen berichten over ontvangen. Een wapenhandelaar mag ervoor kiezen gebruik te maken
van andere Europese keuringsinstanties zoals in Duitsland of België. In Nederland
is sinds 23 juli jl. de controlerende autoriteit formeel belegd bij de politie. Sindsdien
kunnen verzoeken voor een keuring worden ingediend.
De politie heeft sinds de openstelling op 23 juli jl. een aantal aanmeldingen of verzoeken
ontvangen en is in contact met tien wapenhandelaren. De controlerende autoriteit maakt
met hen daartoe nadere afspraken opdat binnenkort de dienstverlening van start kan
gaan.
Vraag 3, 4
Kunt u aangeven welke stappen er gezet zijn sinds de invoering van de wijziging van
de Wet wapens en munitie in verband met de Richtlijn (EU) 2017/853? Wanneer verwacht
u dat het Team Korpscheftaken kan beginnen met het uitgeven van certificaten voor
onklaar gemaakte wapens?
Hoe ver is het Team Korpscheftaken in de voorbereiding op het uitgeven van certificaten
voor onklaar gemaakte wapens? Wat is de oorzaak dat dit niet al eerder is opgestart?
Antwoord 3, 4
Sinds 23 juli jl. kunnen wapens aangemeld worden, en de politie is met ingang van
1 oktober jl. in staat om certificaten af te geven.
Ter voorbereiding op deze nieuwe taak heeft de politie geanalyseerd welke werkwijze
toegepast kan worden voor het keuringsproces. Uiteindelijk is de wijze waarop dit
proces in Duitsland is ingericht, overgenomen. Daarnaast heeft de politie in nauwe
samenwerking met vertegenwoordigers van de wapenhandel gewerkt aan de vaststelling
van technische uitvoeringshandelingen. Voorts zijn zogenaamde keurmeesters aangesteld
en aanvullend opgeleid en zijn voor de aanvraagprocedure standaard aanvraagformulieren
ontwikkeld.
De controlerende autoriteit, die overigens niet is ondergebracht binnen de teams Korpscheftaken,
is met de inwerkingtreding van de vuurwapenrichtlijn op 23 juli 2019 geformaliseerd.
Buiten de vermelde voorbereidingen was er voor die tijd geen wettelijke basis om verdere
stappen te zetten. Met de aanwijzing van de korpschef als controlerende autoriteit
is de verdere inrichting hiervan vormgegeven binnen de politie.
Vraag 5, 7
Is al een systeem beschikbaar waar gedeactiveerde vuurwapens aangemeld kunnen worden
zoals de Richtlijn voorschrijft?
Kunt u aangeven of het Verona-systeem op dit moment voldoende is toegerust om de nieuwe
Europese uniforme markering te registreren?
Antwoord 5, 7
Ja, gedeactiveerde vuurwapens kunnen bij de politie aangemeld worden. Daarvoor wordt
het Verona-systeem gebruikt, dat voorziet in de eisen die de richtlijn stelt.
Vraag 6
Is de drie miljoen euro extra die wordt uitgetrokken voor het Team Korpscheftaken
met name bedoeld om de extra taken die voortvloeien uit de wijziging van de Wet wapens
en munitie te bekostigen?
Antwoord 6
Nee, dit bedrag komt ten goede aan de handhavende en vergunningverlenende taak van
de teams korpscheftaken. Voor de dekking van de eenmalige kosten is 3 miljoen euro
voor de politie beschikbaar. Dat geld is afkomstig uit de structurele reeks van € 28,9
mln. voor meer en betere politie waarover ik uw Kamer in mijn brief van 24 juni jl.
berichtte.2 Daarnaast zijn de legeskosten voor een keuringscertificaat ter dekking van de structurele
kosten die voortvloeien uit de wetswijzing in brede zin met € 8,20 verhoogd en vastgesteld
op € 90,–.3
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.