Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Laçin over het bericht dat Schiphol deals sluit met omliggende gemeenten
Vragen van het lid Laçin (SP) aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over het bericht dat Schiphol deals sluit met omliggende gemeenten (ingezonden 15 augustus 2019).
Antwoord van Minister Van Nieuwenhuizen Wijbenga (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen
            11 september 2019)
         
Vraag 1, 2, 3, 4 en 5
            
Wat is uw reactie op het bericht «Buurgemeenten maken snel nieuwe afspraken met Schiphol»,
               waaruit blijkt dat Schiphol samen met een paar gemeenten al afspraken aan het maken
               is over het terugdringen van geluids- en milieuhinder?1
Wat vindt u van de verdeel- en heersstrategie die Schiphol lijkt te willen voeren?
Zijn er al gemeenten die nu afspraken hebben gemaakt? Zo ja, wat zijn deze afspraken
               dan?
            
Is het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat betrokken bij deze gesprekken?
               Zo ja, welke waarde hebben de gesprekken dan die u na de zomer gaat voeren met de
               omliggende gemeenten? Zo nee, wat is juridische houdbaarheid van de afspraken dan
               die gemeenten nu gemaakt hebben?
            
Kunt u garanderen dat gemeenten die niet voortijdig zijn begonnen met het voeren van
               gesprekken nu niet «achter het net» vissen bij het terugdringen van geluids- en milieuhinder?
            
Antwoord 1, 2, 3, 4 en 5
            
In de kabinetsbrief van 5 juli2 over de ontwikkeling van Schiphol op de middellange termijn zijn de ambities neergezet
               over het kunnen verdienen van groei door aantoonbare hinderbeperking met aanvullende
               maatregelen ter verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving. Daarin is ook aangegeven
               dat ik met betrokken partijen in gesprek ga over deze aanpak. Ook worden het komende
               half jaar de onafhankelijke veiligheidsanalyses uitgevoerd. Schiphol is gevraagd om
               samen met andere partijen uit de sector en de omgeving te werken aan een uitvoeringsplan
               hinderreductie en om een voorstel uit te werken voor een Omgevingsfonds. Het kan zijn
               dat voorstellen die door Schiphol met de gemeenten worden besproken input zijn hiervoor.
            
Als het gehele pakket gereed is zal ik hierover besluiten en zal ik dat voorleggen
               aan uw Kamer. Er is geen sprake van «wie het eerst komt wie het eerst maalt», of van
               «achter het net vissen bij het terugdringen van milieu en geluidshinder».
            
Ik vind het een goede zaak dat Schiphol, ook los van bovenstaande uitwerkingen, in
               gesprek is met haar buren over het terugdringen van de hinder van de luchthaven. Mijn
               ministerie is niet betrokken bij toezeggingen die Schiphol in dat kader al dan niet
               doet aan de gemeenten in de omgeving. Ik kan derhalve geen oordeel geven over de juridische
               houdbaarheid van betreffende afspraken.
            
Dit najaar zal ik uw Kamer nader informeren over de ontwikkeling van Schiphol op de
               middellange termijn inclusief het uitvoeringsplan hinderreductie en omgevingsfonds.
            
Vraag 6
            
Kunt u deze vragen voor het algemeen overleg Luchtvaart van 11 september aanstaande
               beantwoorden?
            
Antwoord 6
            
Ja.
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.
