Schriftelijke vragen : Uitspraken van de minister inzake het vrijhandelsverdrag met de Mercosur-landen
Vragen van het lid Ouwehand (PvdD) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over uitspraken van de Minister inzake het vrijhandelsverdrag met de Mercosur-landen (ingezonden 1 augustus 2019).
Vraag 1
Klopt het dat u op 8 juli in de Financial Times heeft gezegd dat in het vrijhandelsverdrag
van de Europese Unie (EU) met de landen van de Zuid-Amerikaanse Gemeenschappelijke
Markt (Mercosur) is opgenomen dat bedrijven in de Mercosur-landen zich aan onze productiestandaarden
moeten houden en dat dit strikt gemonitord zal worden?1 Zo nee, hoe zit het dan?
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat uit de op 12 juli volledig gepubliceerde tekst van het akkoord
blijkt dat onder andere op de terreinen dierenwelzijn, gentech en antibioticaresistentie
is afgesproken dat de twee handelsblokken alleen maar dialogen aangaan?
Vraag 3
Kunt u bevestigen dat de teksten van het akkoord stellen dat onder andere op die gebieden
de verdragslanden hun volledige beleidsautonomie houden?
Vraag 4
Kunt u bevestigen dat dit betekent dat de EU hierdoor niet in staat is om af te dwingen
dat de Mercosur-landen zich aan de Europese standaarden houden op deze terreinen?
Zo nee, kunt u de precieze bepalingen in het akkoord aanwijzen waaruit blijkt dat
de EU dit wel zou kunnen?
Vraag 5
Kunt u bevestigen dat op het gebied van de handel en duurzame ontwikkeling, waar ook
de bescherming van het Amazoneregenwoud onder valt, er geen afdwingbare afspraken
zijn gemaakt?
Vraag 6
Kunt u bevestigen dat de EU derhalve geen middel heeft om bescherming van het regenwoud
af te dwingen? Zo nee, kunt u de precieze bepalingen in het akkoord aanwijzen waaruit
blijkt dat de EU dit wel zou kunnen?
Vraag 7
Kunt u bevestigen dat er geen afdwingbare afspraken in het verdrag zijn opgenomen
die het gebruik van landbouwgif in de Mercosur-landen zodanig aan banden gaan leggen
dat die landen in ieder geval geen pesticiden zullen gebruiken die verboden zijn in
de EU? Zo nee, kunt u de precieze bepalingen in het akkoord aanwijzen waaruit blijkt
dat de EU zou kunnen afdwingen dat de Mercosur-landen dezelfde verboden op pesticiden
gaan hanteren bij de teelt van producten die ze naar de EU onder dit akkoord zullen
exporteren?
Vraag 8
Kunt u bevestigen dat EU-landen vanuit het voorzorgsbeginsel alleen maar handelsbeperkingen
kunnen opleggen wanneer het milieu binnen de eigen landsgrenzen in gevaar is, maar
niet op basis van de positie die lidstaten wellicht willen innemen dat zij geen vrije
markttoegang willen bieden aan producten die gepaard gaan met het in gevaar brengen
van het milieu in de Mercosur-landen?
Vraag 9
Gezien het feit dat de geconsolideerde teksten beschikbaar zijn, wanneer gaat de regering
«de balans opmaken» van de brede voor- en nadelen van het handelsakkoord, inclusief
voor de land- en tuinbouwsector, en dit standpunt naar de Kamer sturen?
Vraag 10
Herinnert u uw uitspraken in de Kamer van 4 juli jl., toen u zei dat de standpuntbepaling
van de regering pas zal plaatsvinden nadat de geconsolideerde teksten beschikbaar
zijn?
Vraag 11
Hoe vallen uw stellige uitspraken over wat in het Mercosur-vrijhandelsverdrag zou
zijn opgenomen en uw duidelijke positieve appreciatie van het akkoord in de Financial
Times op 8 juli te rijmen met wat u gezegd heeft in de Kamer, gelet op het feit dat
de geconsolideerde teksten pas op 12 juli beschikbaar kwamen?
Vraag 12
Kunt u deze vragen een voor een beantwoorden zonder te verwijzen naar eerdere antwoorden?
Indieners
-
Gericht aan
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Indiener
Esther Ouwehand, Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.