Mededeling (uitstel antwoord) : Uitstel beantwoording vragen van de leden Van Raan, Kröger en Laçin over de buitensporige subsidie van de luchtvaartsector
Vragen van de leden Van Raan (PvdD), Kröger (GroenLinks) en Laçin (SP) aan de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van Financiën en de Staatssecretaris van Financiën over de buitensporige subsidie van de luchtvaartsector (ingezonden 24 juni 2019).
Mededeling van Staatssecretaris Snel (Financiën), mede namens ministers van Infrastructuur
en Waterstaat en van Financiën (ontvangen 5 juli 2019).
Vraag 1
Kent u het artikel «Een goedkoop vliegticket komt niet uit de lucht vallen»?1
Vraag 2
Onderschrijft u de in dit artikel berekende subsidie van 86,29 euro per persoon, exclusief
de met 43 euro per persoon opgelopen staatsschuld, dankzij de aanschaf van aandelen
Air France-KLM? Zo nee, hoe zit het dan?
Vraag 3
Deelt u de mening dat dit subsidiebedrag buitensporig hoog is in verhouding tot het
beprijzen van andere vervoersmiddelen en de enorme impact van de luchtvaart op het
klimaat en de leefomgeving van mens en dier? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Hoe past deze buitensporige subsidie van de luchtvaartsector binnen het advies van
de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) dat de luchtvaartsector als een
«gewone bedrijfstak» moet worden behandeld?2
Vraag 5
Wat is uw inzet om deze subsidiestromen in te zetten voor de transitie naar een daadwerkelijk
duurzaam mobiliteitssysteem?
Vraag 6
Kunt u een zo volledig mogelijke lijst verschaffen van alle mogelijke overheidssteun,
kortingen, arbeidsuren en subsidies richting Schiphol, waaronder ook de innovatiesubsidies,
leefbaarheidsfondsen en projecten en samenwerkingen?
Vraag 7
Als bunkerbrandstoffen, zoals kerosine en stookolie, voor schepen normaal zouden worden
belast met een zelfde accijns als diesel en normale btw, hoeveel geld zou dit opleveren
voor de schatkist?
Vraag 8
Hoeveel vliegtuigpassagiers zouden, bij benadering, voor een ander vervoersmiddel
hebben gekozen bij op dergelijke wijze gelijkgestelde belastingtarieven?
Vraag 9
Wat is de extra uitstoot van schadelijke gassen en stoffen als gevolg van deze extra
passagiers?
Vraag 10
Kunt u aangeven wat de directe en indirecte milieukosten van de aan Nederland gerelateerde
luchtvaart zijn, zoals vervuiling, geluidsoverlast, gezondheid en het vrijwaren van
grote gebieden van andere functies zoals woningbouw?
Vraag 11
Kunt u aangeven hoeveel geld Schiphol zelf bijdraagt aan de landzijdige bereikbaarheid
van Schiphol?
Vraag 12
Wat is uw specifieke mening over de verhouding in bedragen die de overheid betaalt
en die Schiphol zelf betaalt voor het bereikbaar houden van Schiphol? Kunt u dit uitgebreid
toelichten?
Vraag 13
Zijn de tarieven en dividendafdracht van Schiphol ook na de beloofde tariefverhoging
nog steeds lager dan wat vergelijkbare andere luchthavens vragen en afdragen? Kunt
u een nieuw overzicht geven?
Vraag 14
Klopt het dat voor het passeren van het Nederlandse luchtruim een lager tarief geldt
dan voor andere landen? Kunt u een overzicht geven van de Europese landen?
Vraag 15
Bent u het eens met de stelling uit het FTM-artikel dat de EU de luchtvaart «met honderden
miljoenen» sponsort? Zo nee, kunt u toelichten op welke manier deze stelling in uw
ogen niet klopt?
Vraag 16
Onderschrijft u de stelling in het FTM-artikel dat mensen met een laag inkomen meebetalen
aan de vliegvakanties van mensen met een hoger inkomen, omdat mensen uit de hoogste
inkomensgroep vaker vliegen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 17
Erkent u daarmee dat deze buitensporige subsidie van de luchtvaartsector vooral in
het voordeel uitpakt van de hogere inkomensgroepen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 18
Onderschrijft u de stelling van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) dat de «goedkope
leningen» aan Airbus niet in overeenstemming zijn met internationale afspraken? Zo
nee waarom niet?
Vraag 19
Op welke manier zijn Nederlandse bedrijven of overheidsinstellingen direct of indirect
betrokken bij bovenstaande leningen?
Vraag 20
Onderschrijft u de stelling van de WTO dat de «bepaalde belastingvoordelen» voor Boeing
niet in overeenstemming zijn met internationale afspraken? Zo nee waarom niet?
Vraag 21
Kunt u uitsluiten dat bij deze door de WTO benoemde «bepaalde belastingvoordelen»
Nederlandse bedrijven of private instellingen direct of indirect betrokken zijn? Zo
ja, waar blijkt dat uit? Zo nee, waarom niet?
Vraag 22
Kunt u uitsluiten dat bij deze door de WTO benoemde «bepaalde belastingvoordelen»
de Nederlandse fiscus afspraken gemaakt heeft? Zo ja, waar blijkt dat uit? Zo nee,
waarom niet?
Vraag 23
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden?
Mededeling
Hierbij laat ik u, mede namens de Ministers van Infrastructuur en Waterstaat en van
Financiën, weten dat ik de vragen van de leden Van Raan (PvdD), Kröger (GroenLinks)
en Laçin (SP) over de buitensporige subsidie van de luchtvaartsector (ingezonden op
24 juni 2019) niet binnen de termijn van drie weken kan beantwoorden.
Voor een goede beantwoording van deze vragen is nadere interdepartementale afstemming
noodzakelijk. Ook dient er aanvullende informatie te worden verzameld. Verder is er
een grote mate van samenhang met de vragen die in het verslag in het kader van het
wetsvoorstel vliegbelasting zijn gesteld. Ik streef ernaar de antwoorden zo spoedig
mogelijk naar uw Kamer te sturen gelijktijdig met de nota naar aanleiding van het
verslag van het wetsvoorstel vliegbelasting.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Snel, staatssecretaris van Financiën -
Mede namens
W.B. Hoekstra, minister van Financiën -
Mede namens
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.