Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Van Raak over het bericht dat er actie nodig is om brandweerposten open te houden
Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat er actie nodig is om brandweerposten open te houden (ingezonden 24 april 2019).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 4 juni 2019).
Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 2668.
Vraag 1
Vindt u het wenselijk dat brandweerpersoneel in de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
straks niet meer per se de volledige opleiding hoeft te volgen en sommige taken niet
meer kan uitvoeren?1
Antwoord 1
De veiligheidsregio Midden- en West-Brabant oriënteert zich in samenspraak met haar
medewerkers op alternatieve bedrijfsmodellen om brandweerzorg overdag effectief en
betaalbaar te houden. Ik steun onderzoek naar alternatieven op het gebied van taak-
en inzetdifferentiatie om te zien of deze kunnen bijdragen aan effectieve en betaalbare
brandweerzorg.
Vraag 2
Past het voornemen van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant volgens u binnen
het Besluit veiligheidsregio’s? Zo nee, wat gaat u daarop ondernemen?2
Antwoord 2
Bij de ontwikkeling van nieuwe bedrijfsmodellen blijf ik het van belang vinden dat
goede brandweerzorg en veiligheid voor het personeel gegarandeerd zijn. Indien initiatieven
niet in lijn zijn met de vigerende regelgeving zie ik deze elementen als belangrijke
toetsstenen voor een eventuele aanpassing daarvan.
Vraag 3
Deelt u de mening dat de grote leegloop bij de (vrijwillige) brandweer zorgelijk is?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 3
Mij hebben tot op heden geen signalen bereikt vanuit de veiligheidsregio’s dat er
sprake is van een «grote leegloop» bij de (vrijwillige) brandweer. Ook de cijfers
van het CBS tonen dit niet aan.3
Wel krijg ik uit veiligheidsregio’s signalen dat er met name overdag sprake is van
een beperktere beschikbaarheid van vrijwilligers. Daaraan wordt door het Veiligheidsberaad
in het programma Vrijwilligheid aandacht besteed. Dit programma wordt door mij financieel
ondersteund.
Vraag 4 en 5
Is er op de Veiligheidsregio Midden en West-Brabant bezuinigd in de afgelopen negen
jaar?
Is er binnen de Veiligheidsregio Midden en West-Brabant bezuinigd op de brandweerzorg
in de afgelopen negen jaar?
Antwoord 4 en 5
De veiligheidsregio Midden en West-Brabant heeft mij laten weten dat de regio in de
jaren 2013–2016 in opdracht van de gemeenten een structurele taakstelling van € 7,9
miljoen heeft gerealiseerd. Daarvan had circa € 5,7 miljoen betrekking op de brandweer.
In 2018 heeft het regiobestuur een structurele uitbreiding van het budget met € 1
miljoen goedgekeurd.
De veiligheidsregio Midden en West-Brabant meldt mij daarbij er aan te hechten te
melden dat het huidige onderzoek en de bezettingsvraagstukken niet voortkomen uit
financiële problemen, maar uit teruglopende beschikbaarheid van brandweervrijwilligers
overdag.
Vraag 6
Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat er wordt geëxperimenteerd met onze veiligheid,
bijvoorbeeld als het gaat om variabele voertuigbezetting of het afschaffen van duikteams?4 5
Antwoord 6
Nee. Op grond van artikel 3.1.5 lid 1 van het Besluit veiligheidsregio’s (Bvr) kan
het bestuur van de veiligheidsregio besluiten tot een andere samenstelling van basisbrandweereenheden,
mits daarmee wordt voorzien in een gelijkwaardig niveau van brandweerzorg en geen
afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid en gezondheid van het brandweerpersoneel.
Het is aan het bestuur van een veiligheidsregio om te bepalen op welke wijze, binnen
het vigerend kader van wet- en regelgeving, invulling wordt gegeven aan de ondersteuning
bij waterongevallen. Veiligheidsregio’s zijn niet verplicht te beschikken over een
duikteam.
Vraag 7
Houdt u hier rekening mee bij de evaluatie van de Wet veiligheidsregio’s? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 7
U bent op 19 maart 2019 geïnformeerd over de concept evaluatieopdracht van de commissie.6 Indien uw Kamer hierover vragen dan wel opmerkingen zou hebben, beantwoord ik deze
graag in het kader van het schriftelijk overleg over de evaluatie van de Wet veiligheidsregio’s.
De evaluatie van de Wet veiligheidsregio’s zal worden uitgevoerd door een onafhankelijke
commissie. De commissie stelt haar werkwijze vast en bepaalt zelf welke informatie
zij bij de evaluatie betrekt.
Vraag 8
Kunt u een overzicht geven van de incidenten waar de brandweer te laat kwam in verband
met onderbezetting? Zo nee, waarom niet?7 8
Antwoord 8
Nee, ik beschik niet over een overzicht waarin de relatie wordt gelegd tussen onderbezetting
en te laat arriveren van brandweereenheden. In het rapport Inrichting repressieve
brandweerzorg constateert de Inspectie Justitie en Veiligheid (IJenV) dat het merendeel
van de besturen van de veiligheidsregio’s zicht heeft op gebieden en objecten waar
de tijdnormen worden overschreden. Ook signaleert de inspectie echter dat de registraties
niet gebruikt worden als basis voor verbetermaatregelen in de repressieve brandweerzorg.
Ik heb uw Kamer dat rapport vorig jaar aangeboden9. De voorzitters veiligheidsregio heb ik gelijktijdig per brief gewezen op het belang
van bestuurlijke informatie over onder meer de opkomsttijden om invulling te kunnen
geven aan de bestuurlijke verantwoordelijkheid en daarover transparant verantwoording
te kunnen afleggen. De IJenV houdt toezicht op de opvolging door de veiligheidsregio’s
van de aanbevelingen gedaan in genoemd rapport.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.