Schriftelijke vragen : De bekostiging van Plusopvang vanuit de Jeugdwet
Vragen van het lid Peters (CDA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de bekostiging van Plusopvang vanuit de Jeugdwet (ingezonden 15 mei 2019).
Vraag 1
Heeft u er kennis van genomen dat enkele Gelderse gemeenten vanaf 1 september voor
een grote groep kinderen stoppen met het financieren van Plusopvang, dat wil zeggen
een speciale buitenschoolse opvang (BSO) met extra begeleiding en sturing?1
Vraag 2
Klopt het dat gemeenten op zich vrij zijn om een dergelijke Plusopvang op te zetten,
maar dat gemeenten daarvoor geen specifieke middelen vanuit de Jeugdwet hebben gekregen?
Vraag 3
Wat vindt u er van dat met een dergelijke Plusopvang – waarbij ouders in tegenstelling
tot een reguliere BSO zelf niets hoeven bij te dragen – middelen worden ingezet die
voor jeugdzorg bedoeld zijn?
Vraag 4
Deelt u de mening dat als een Plusopvang gratis wordt aangeboden waar ouders bij een
reguliere BSO wel zelf moeten meebetalen, dit ook kan leiden tot een toenemende vraag
naar deze voorziening?
Vraag 5
Is bij u bekend hoeveel gemeenten met een soortgelijke Plusopvang zijn gestart? Zo
ja, om hoeveel gemeenten gaat het?
Vraag 6
Is bij u bekend hoeveel kinderen gratis naar de BSO gaan met middelen die bedoeld
zijn voor jeugdzorg? Zo ja, om welke aantallen gaat dat en welke budgetten zijn hiermee
gemoeid?
Indieners
-
Gericht aan
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Indiener
W.P.H.J. Peters, Tweede Kamerlid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.