Motie : Motie van de leden Voordewind en Schonis over een redelijke overgangstermijn voor eisen die niet direct de veiligheid betreffen
31 409 Zee- en binnenvaart
Nr. 228
MOTIE VAN DE LEDEN VOORDEWIND EN SCHONIS
Voorgesteld 25 april 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Minister de Regeling zeevarenden in verband met schepen gebezigd
voor het stelselmatig aan boord nemen van drenkelingen heeft ingevoerd (Staatscourant 1 april 2019, nr. 15450);
constaterende dat de Minister heeft aangegeven dat het invoeren van deze regeling
enkel is ingegeven vanuit het perspectief van veiligheid;
overwegende dat niet alle eisen die op basis van de nieuwe beleidsregel worden voorgeschreven
direct verband houden met de veiligheid van de betreffende schepen;
verzoekt de Minister, om een redelijke overgangstermijn te hanteren voor de eisen
die niet direct betrekking hebben op veiligheid, maar op onder andere de arbeidsvoorwaarden
van de bemanning zoals die zijn neergelegd in het Maritiem Arbeidsverdrag,
en gaat over tot de orde van de dag.
Voordewind
Schonis
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.S. Voordewind, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
R.A.J. Schonis, Tweede Kamerlid