Voorstel van wet : Voorstel van wet
35 173 Wijziging van de Embryowet in verband met de aanpassing van het verbod op geslachtskeuze en gebruik van geslachtscellen en embryo’s ten behoeve van kwaliteitsbewaking
ARTIKEL I
ARTIKEL II
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de Embryowet aan te
passen om geslachtskeuze toe te staan ingeval bij het kind het risico bestaat op een
ernstige erfelijke aandoening met een ongelijke geslachtsincidentie en om te voorzien
in een grondslag voor het gebruik van geslachtscellen en embryo’s ten behoeve van
de bewaking van de kwaliteit van de fertiliteitszorg;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden
en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Embryowet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 2, tweede lid, wordt «9» vervangen door «9a».
B
Aan paragraaf 2 wordt een artikel toegevoegd, luidende:
Artikel 9a
1. In dit artikel wordt verstaan onder restmateriaal: geslachtscellen of embryo’s die
ten behoeve van eigen geneeskundig gebruik beschikbaar zijn of die ingevolge deze
wet ter beschikking zijn gesteld, maar niet meer zullen worden gebruikt voor eigen
geneeskundig gebruik of het doel dan wel de doelen waarvoor ze ter beschikking zijn
gesteld.
2. Restmateriaal mag worden gebruikt ten behoeve van kwaliteitsbewaking die direct verband
houdt met de diagnostische processen of behandelprocessen in de fertiliteitszorg,
voorafgaande aan de vernietiging, bedoeld in artikel 7.
C
In artikel 26, tweede lid, wordt «voor» vervangen door «op» en wordt aan dat lid aan
het slot een zin toegevoegd, luidende «Het verbod, bedoeld in het eerste lid, is ook
niet van toepassing indien naar wetenschappelijk verantwoord medisch inzicht het risico
bestaat op een ernstige erfelijke aandoening met een ongelijke geslachtsincidentie
bij het kind en de handelingen plaatsvinden ter verkleining van dat risico.».
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries,
autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering
de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.