Inbreng verslag schriftelijk overleg : Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda informele Telecomraad 1 maart 2019 (Kamerstuk 21501-33-742)
2019D06749 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft een aantal vragen en opmerkingen
aan de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat voorgelegd over de geannoteerde
agenda van de informele Telecomraad van 1 maart 2019 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 742), het verslag van de Telecomraad van 4 december 2018 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 738), het verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda voor de Telecomraad
van 4 december 2018 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 733) en de antwoorden op de resterende vragen van de commissie over de geannoteerde agenda
voor de Telecomraad van 4 december 2018 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 736).
De voorzitter van de commissie, Diks
De adjunct-griffier van de commissie, Kruithof
Inhoudsopgave
blz.
I
Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
2
II
Antwoord / Reactie van de Staatssecretaris
5
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde
agenda voor de Telecomraad (informeel) op 1 maart 2019 en de bijbehorende stukken.
Deze leden hebben hierbij een vraag.
De leden van de VVD-fractie zijn benieuwd naar de prioriteiten van het kabinet voor
de nieuwe Europese Commissie ten aanzien van een strategisch Europees digitaal beleid.
Deze leden willen de Staatssecretaris vragen naar een toelichting op de Nederlandse
inzet tijdens het informele beleidsdebat over de toekomst van een digitaal Europa
na 2020 en een vragen om een terugkoppeling van de triloog over het Digital Europe
Programme.
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie staan achter de ambitie van het kabinet, neergelegd in
de Nederlandse Digitaliseringsstrategie (NDS), om tot de digitale koplopers van Europa
te blijven behoren en de economische en maatschappelijke kansen van digitalisering
maximaal te benutten. Deze leden zijn benieuwd wat de inzet van Nederland tijdens
het informele beleidsdebat over de toekomst van een digitaal Europa na 2020 gaat zijn
en welke punten uit de NDS Nederland daarin meeneemt.
De leden van de CDA-fractie vragen in het licht van de verkiezingen voor een nieuw
Europees Parlement en de start van een nieuwe periode van de Europese Commissie de
Staatssecretaris naar de uitgangspunten voor een strategisch Europees digitaal beleid.
Deze leden lezen dat onder andere dat eerlijke en competitieve markten, innovatie,
vertrouwen, privacy en ethiek voor het kabinet belangrijke uitgangspunten zijn. Kan
de Staatssecretaris, vooruitlopend op de eerstvolgende voortgangsrapportage voor de
Nationale digitaliseringsstrategie (toegezegd voor het tweede kwartaal van 2019),
alvast kort op elk van deze uitgangspunten reflecteren? Gaat Nederland daarnaast het
thema digitale veiligheid/cybersecurity, bijvoorbeeld in relatie tot misbruik en oneigenlijk
gebruik van data, nog inbrengen tijdens het informele beleidsdebat op 1 maart 2019?
De leden van de CDA-fractie zijn benieuwd wat de uitgangspunten en prioriteiten van
andere lidstaten van de Europese Unie zijn ten aanzien van een strategisch Europees
digitaal beleid. Zijn er lidstaten waarvan de digitale missie wezenlijk afwijkt van
die van Nederland en/of de Europese Unie? Op welke thema’s en uitgangspunten ziet
de Staatssecretaris verschillen en op welke juist overeenkomsten?
De leden van de CDA-fractie zijn benieuwd naar de uitkomsten van de triloog van 13 februari
2019 over het Digital Europe Programme, waarmee 9,2 miljard euro beschikbaar moet
komen voor digitale initiatieven.
De leden van de CDA-fractie hebben reeds in de inbreng voor het verslag van het schriftelijk
overleg van 11 februari 2019 over de geannoteerde agenda Raad voor Concurrentievermogen
op 18 en 19 februari 2019 vragen gesteld over Artificiële Intelligentie (AI) en over
het gecoördineerde actieplan van de Europese Unie over kunstmatige intelligentie.
Voor deze leden is een passend ethisch en juridisch kader een essentiële randvoorwaarde
als het om AI gaat. Zij vragen de Staatssecretaris om een appreciatie van de concept-Raadsconclusies
over het Europese actieplan AI. Ook zijn deze leden benieuwd wanneer het nationaal
strategisch actieplan AI, verwacht voor de eerste helft van 2019, klaar is en wordt
gepubliceerd.
De leden van de CDA-fractie vragen naar aanleiding van het verslag van de Telecomraad
van 4 december 2018 over de gedeeltelijke algemene oriëntatie op de verordening ter
oprichting van het Digital Europe Programma welke landen Ierland bedoelde in zijn
verklaring dat «de deelname van derde landen te vergaand wordt beperkt door het huidige
voorstel».
De leden vragen wanneer de Staatssecretaris verwacht dat de lidstaten overeenstemming
bereiken over de verordening met betrekking tot een kenniscentrum voor industrie,
technologie en onderzoek op het gebied van cyberbeveiliging en het netwerk van coördinatiecentra.
Zijn er onoverbrugbare verschillen van mening die een akkoord in de weg staan?
De leden van de CDA-fractie merken ten aanzien van het herzien van de regels over
e-Privacy op dat enkele lidstaten aangeven dat defensie en nationale veiligheid buiten
de reikwijdte van het voorstel moeten blijven en het de opsporing van online seksueel
misbruik niet in de weg mag staan. Wat is het Nederlandse standpunt hierop? Zouden
deze leden zo spoedig mogelijk na de Telecomraad van 1 maart 2019 een verslag kunnen
krijgen over de laatste ontwikkelingen met betrekking tot e-Privacy?
De leden van de CDA-fractie hebben tijdens het schriftelijk overleg over de geannoteerde
agenda voor de Telecomraad van 4 december 2018 (Kamerstuk 21 501-33, nr. 733) vragen gesteld over het budget van 9,2 miljard euro dat beschikbaar is voor het
Digital Europe Programma beschikbaar. Hoewel vaststelling en invulling van dit budget
nog moet plaatsvinden, zijn deze leden benieuwd naar waar wat de Staatssecretaris
betreft dit bedrag zou moeten landen.
De leden van de CDA-fractie vragen de Staatssecretaris om de stand van zaken over
de Digital Innovation Hubs, waarover deze leden voorafgaand aan de vorige Telecomraad
vragen hebben gesteld. Staan er nog discussiepunten open en wanneer wordt overeenstemming
verwacht? Voor wat betreft de aanpassingen aan de e-Privacyverordening vragen zij
tevens om de stand van zaken en een tijdspad te geven voor de verdere onderhandelingen.
De leden van de CDA-fractie zijn benieuwd naar uitkomsten van de triloog van 28 november
2018 over verplichte certificering voor producten, diensten processen en/of diensten
die kwetsbaar blijken vanwege de zwakke veiligheid. Is er een compromis bereikt, wetende
dat er veel weerstand tegen verplichte certificering bestond bij andere lidstaten?
De leden van de CDA-fractie zijn verder benieuwd welke dossiers de Europese Commissie
nog wil afronden tijdens haar mandaat. Ook zijn deze leden benieuwd op welke wijze
in Europees verband wordt gedacht en gesproken over het borgen van het veiligheidsaspect
rond 5G. Hoe kijken de lidstaten aan tegen dit vraagstuk?
De leden van de CDA-fractie zijn benieuwd hoe de Staatssecretaris staat tegenover
het recente besluit van de Duitse mededingingsautoriteit, waarin Facebook beperkingen
zijn opgelegd bij het verzamelen en samenvoegen van data zonder expliciete toestemming
van de gebruiker. Wat vindt de Staatssecretaris van deze ontwikkeling? Welke gevolgen
zou dit besluit voor Nederland kunnen hebben?
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie hebben de geannoteerde agenda voor de informele
Telecomraad op 1 maart 2019 en aanhangende documenten ter voorbereiding van de Telecomraad
met interesse gelezen. Deze leden moedigen de mensgeoriënteerde aanpak van kunstmatige
intelligentie in de Europese Unie en Europese technologische ontwikkelingen graag
aan. Zij willen, ook met de (aan)komst van nieuwe technologie, dat huidige mensenrechten
worden erkend en worden toegepast. Deze leden kijken dan ook zowel uit naar de beoordeling
van de Europese Commissie over of, en in welke mate, de bestaande Europese wetgeving
geschikt is voor kunstmatige intelligentie als naar het bespreken van de door het
lid Verhoeven geïnitieerde initiatiefnota over mededinging in de digitale economie.
De leden van de GroenLinks-fractie zien wel enkele uitdagingen in het voorkomen van
misbruik van data en het handhaven van privacywetgeving. Welke uitdagingen ziet de
Staatssecretaris? Kan de Staatssecretaris toelichten of zij de huidige inspanningen
op Nederlands, Europees en internationaal niveau voldoende vindt? Zo ja, waarom? Zo
nee, hoe kan het tegengaan van misbruik van data en het handhaven van privacywetgeving
verder worden bevorderd?
De leden van de GroenLinks-fractie hebben vernomen dat het kabinet werkt aan een Nederlands
kunstmatige intelligentie-strategie. Volgens de Staatssecretaris zal dit actieplan
een aanzet bevatten voor de publiek-private samenwerking waar alle geledingen vertegenwoordigd
zullen zijn en ook financiële paragraaf omvatten (Kamerstuk 21 501-30, nr. 450). Bevat de Nederlandse kunstmatige intelligentie-strategie concrete acties en een
tijdschema? Kan de Staatssecretaris een verdere toelichting geven op wat deze strategie
zal bevatten?
De leden van de GroenLinks-fractie zijn zich bewust dat kunstmatige intelligentie
een grote rol kan spelen in vele aspecten van onze samenleving. Hoe komt de Nederlandse
strategie voor kunstmatige intelligentie tot stand? Kan de Staatssecretaris toelichten
welke stakeholders worden betrokken bij de totstandkoming van de Nederlandse strategie
voor kunstmatige intelligentie? Hoe zal de digitaliseringsstrategie zich verhouden
met de Nederlandse strategie voor kunstmatige intelligentie?
De leden van de GroenLinks-fractie hebben vernomen dat er onder leiding van het Ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een visie op ethiek en kunstmatige intelligentie
in de eerste helft van 2019 komt. De High Level Export Group on Artificial Intelligence
van de Europese Commissie komt met ethische richtlijnen voor betrouwbare kunstmatige
intelligentie in maart 2019. Kan de Staatssecretaris uitleggen hoe de Nederlandse
en de inspanningen van de Europese Unie voor een visie op ethiek en kunstmatige intelligentie
zich tot elkaar verhouden? Hoe kan het tijdspad van de ontwikkeling van de Nederlandse
visie gezien worden ten opzichte van het debat over het gecoördineerde actieplan AI
en de uitvoering hiervan?
De leden van de GroenLinks-fractie zijn verheugd dat er een actieplan komt. Kan de
Staatssecretaris de Kamer op de hoogte houden over de stappen die genomen worden richting
de ontwikkeling van dit actieplan? Hoe kan de mensgeoriënteerde aanpak van kunstmatige
intelligentie in de Europese Unie gewaarborgd worden?
II Antwoord / Reactie van de Staatssecretaris
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
L.I. Diks, voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat -
Mede ondertekenaar
L.N. Kruithof, adjunct-griffier
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.