Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Kuiken over de bewapening van boa’s bij Oud en Nieuw
Vragen van het lid Kuiken (PvdA) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de bewapening van boa's bij Oud en Nieuw (ingezonden 6 december 2018).
Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 16 januari 2019).
Vraag 1
Kent u het bericht «Boa's bang voor oud en nieuw»?1
Antwoord 1
Ja
Vraag 2, 3, 4 en 5
Begrijpt u dat boa's, die rond Oud en Nieuw de lokale vuurwerkverboden handhaven,
zich zorgen maken over hun veiligheid? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?
Is er sprake van een toenemende onveiligheid voor deze boa's? Zo ja, waar blijkt dat
uit en houdt dat verband met het feit dat delen van gemeenten vuurwerkvrij moeten
zijn en andere delen niet?
Wat wordt er op dit moment gedaan teneinde deze boa's te beschermen? Acht u dit voldoende
effectief? Zo ja, waar blijkt dat uit? Zo nee, waarom niet?
In hoeverre is de inzet van boa's tijdens Oud en Nieuw afhankelijk van de aanwezige
politiesterkte? Is er afdoende politie aanwezig teneinde naast hun eigen werk ook
boa's te beschermen?
Antwoord 2, 3, 4 en 5
Helaas moet worden geconstateerd dat zich rond Oud en Nieuw onveilige situaties voor
kunnen doen voor medewerkers met een publieke taak, waaronder boa’s. Het is van groot
belang dat deze medewerkers, ook tijdens Oud en Nieuw, op een veilige manier hun werk
kunnen doen. Gegevens omtrent de (on)veiligheid van boa’s, al dan niet in relatie
tot lokale vuurwerkvrije zones, worden niet centraal bijgehouden. Het is aan het lokale
gezag om afspraken te maken over de wijze van handhaving van vuurwerkvrije zones,
daarbij een inschatting te maken van mogelijke risico’s en naar aanleiding daarvan
maatregelen te nemen om de veiligheid van de medewerkers te waarborgen. De Staatssecretaris
van Infrastructuur en Waterstaat en ik hebben in de brief van 17 december 20182 onder andere een onafhankelijke evaluatie van de jaarwisseling aangekondigd. Daarbij
zal de situatie van boa’s tijdens de jaarwisseling worden meegenomen.
Geweld tegen medewerkers met een publieke taak wordt door politie en Openbaar Ministerie
behandeld op basis van de uitgangspunten van de zogeheten Veilige Publieke Taak (VPT)
aanpak. Dit betreft onder andere een prioritaire afhandeling van de aangifte en een
verhoogde strafeis zoals opgenomen in het wetsvoorstel herwaardering strafbaarstelling
actuele delictsvormen dat ik Uw Kamer op 13 november jl. heb aangeboden.
In mijn brief van 10 december 2018 aan uw Kamer3 ben ik ingegaan op de verhouding tussen politie en boa’s. Boa’s en politie opereren
complementair en versterken elkaar. De politie is primair aan zet wanneer het gaat
om het handhaven van de openbare orde en de veiligheid. Kern van het werk van de gemeentelijke
boa in Domein I is dat hij in de openbare ruimte aanwezig is en toezicht houdt, en
handhavend optreedt waar nodig in geval van kleine ergernissen, overtredingen en overlastsituaties
die de leefbaarheid in wijken en buurten aantasten. In beginsel treedt de boa op in
situaties zonder een te verwachten gevaarzetting. Wanneer de boa situaties tegenkomt
met geweld of dreigend geweld, zal hij een beroep doen op de politie.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.